David Tennant presenteerde afgelopen zondag de 77ste editie van de BAFTA Awards, de Britse filmprijzen die worden gekozen door de British Academy of Film and Television Arts. De twee grote winnaars zijn Oppenheimer en Poor Things, goed voor respectievelijk zeven en vijf beeldjes.

De beide grote winnaars van de Britse prijzen wisten ook de meeste nominaties binnen te slepen toen ze begin januari bekend werden gemaakt. Vooral bij de grote prijzen constateren we weinig verrassingen: Oppenheimer werd bekroond tot beste film en pakte daarnaast prijzen voor regisseur (Nolan) en twee acteurs (Murphy en Downey jr). Poor Things won een acteerprijs (Stone) en de meeste technische awards (4 stuks).



Onder de prijzen die Oppenheimer binnensleepte zit uiteraard ook een Nederlandse winnaar: Hoyte van Hoytema was hoofd verantwoordelijk voor het camerawerk en hij won daarmee de prijs voor beste cinematografie. Van Hoytema werd al drie keer eerder genomineerd voor een BAFTA maar pakt nu zijn eerste overwinning.

Lege handen
Opvallend is dat Barbie met lege handen terugkeert naar Amerika. Margot Robbie en Ryan Gosling waren beiden genomineerd maar wonnen hun prijzen niet, net als de drie andere categorieën waarin zij werden genomineerd.

In de Britse categorieën, die we dus nergens anders tegenkomen, wonnen The Zone of Interest (beste Britse film), Earth Mama (beste Britse debuut), Jellyfish and Lobster (beste Britse korte film) en Crab Day (beste Britse korte animatiefilm). De Rising Star Award ging naar Mia McKenna-Bruce, die dit jaar de hoofdrol vertolkt in How to Have Sex.