Regisseur Martijn Hullegie over IMAGINE

Welke rol ziet de filmmaker van de korte film Schrik voor het festival weggelegd in kader van het Nederlandse filmaanbod?


FilmTotaal interviewt regisseur Martijn Hullegie (39) die met zijn korte horrorfilm Schrik uit 2007, deelnam aan het programma European Fantastic Shorts #2. In zijn film maakt een getrouwd echtpaar elkaar in overtreffende trap aan het schrikken tot en met de lugubere climax. Schrik met acteurs Romijn Conen (Liever Verliefd, Flikken Maastricht) en Betje Koolhaas (Ernstige Delicten, Goede Tijden, Slechte tijden) won op het Zwitserse Neuchâtel International Fantastic Film Festival de publieksprijs en werd genomineerd voor de Gouden Meliès. Hoe ziet Hullegie de rol van IMAGINE in het Nederlandse filmaanbod?

Wat trok je aan in Schrik om het te regisseren?
Ik houd me vooral bezig met poppenanimatieseries voor kinderen, zoals Het Zandkasteel voor Teleac en het al wat oudere Aangespoeld voor Villa Achterwerk. Via producent André Bos kreeg ik het script van Helen van Oosten en vond het interessant omdat het zo slim geschreven is. Het horrorgenre is geen logische stap als je de kinderprogramma’s maakt, maar voor mij daardoor een welkome afwisseling. Schrik is een genre oefening en ik heb geprobeerd elk schrikmoment een eigen stijl te geven.

Het gegeven van Schrik is een gimmick – ik was bang dat geoefende kijkers het trucje snel doorhebben. Daarom heb ik me in de regie vooral gericht op de de scènes tussen de schrikmomenten, waar de relatie van hoofdpersonen Olivier en Barbara het intiemst is.

Welke films uit European Fantastic Shorts #2 had je zelf wel willen regisseren?
Coupé Court van Pascal Chind is een van mijn persoonlijke favorieten. Deze film over het resizen van een volwassen vrouw tot een lilliputter heeft de full package in de zin van mooie beelden en eenheid in verhaal. Uiteraard was de twee minuten durende animatie Operator van Matthew Walker fantastisch; een man die het lukt God aan de telefoon te krijgen en dan de meest onbenullige vraag van alle stelt; “Waarom kan ik mijn eigen elleboog niet likken?”

In Nederland worden voornamelijk genrefilms of literaire speelfilmadaptaties gemaakt in plaats van ‘nieuw werk.’ Als dit wel gebeurd, is het vaak in de vorm van een korte films zoals Schrik. Waarom is dit creatieve aanbod zo gelimiteerd volgens jou?
Korte films als Schrik zijn overzichtelijk qua kosten en qua inhoud waardoor producent, fonds, etc weet waar ze hun geld in steken. Bij grotere projecten, speelfilms moet de visie van veel meer spelers een plek krijgen waardoor het risico bestaat op verwatering van het oorspronkelijke concept. Boekverfilmingen zijn gestoeld op het succes van het boek zodat iedereen zich kan indekken als het onverhoopt geen succes mocht zijn. Dit is jammer maar ook logisch dat het zo werkt. Als filmmaker moet je, je hierdoor niet laten ontmoedigen.

Op welke wijze is IMAGINE als festival belangrijk voor het Nederlandse filmaanbod?
Het filmaanbod van Nederlandse bioscopen is beperkt en vooral Amerikaans georiënteerd. Festivals als deze geven aan kijkers de mogelijkheid om films te zien waar je anders nooit in aanraking mee zou komen. Wat zeer goed is aan het festival is dat er niet alleen Amerikaanse producties getoond worden maar ook veel Europese en Japanse. De monocultuur wordt zo tegen gegaan, voor zover dat mogelijk is. Daarbij komt een film als Schrik beter tot zijn recht in de sfeer van IMAGINE dan wanneer het in een minder fantasierijke setting zou worden getoond. Op IMAGINE is Schrik een lichte komedie terwijl het op een andere plekken zwartgallig wordt gevonden.

Er worden in Nederlandse bioscoopzalen maar een fractie vertoond van wat er daadwerkelijk aan filmische schatten te vinden zijn. IMAGINE is een belangrijk tegengeluid.

NieuwsFilm

meest populair