Cannes dag 2: droefenis en piratenhysterie

Cannes in rep en roer om komst Johnny Depp, drie droeve festivalfilms en rondrennen tot je peentjes zweet.

De tweede dag in Cannes leidt gelukkig tot wat meer filmisch genot, maar ook tot veel praktische frustratie. Van A naar B komen als Johnny Depp in de buurt is, blijkt niet mee te vallen. Gelukkig maken de films van vandaag veel goed.

Mijn dag begint met de nieuwe film van Mohammad Rasoulof, de Iraanse filmmaker die net als Jafar Panahi veroordeeld werd tot zes jaar gevangenisstraf en een twintig jaar durend filmverbod opgelegd kreeg. Zijn film laat zien hoe moeilijk het is om Iran uit te komen. Een jonge vrouw wier man – een blogger, gezocht door de regering – ondergedoken zit, stelt alles in het werk om Iran te kunnen verlaten en raakt zelfs zwanger als onderdeel van het plan. Dat dat meer risico's met zich meebrengt dan van tevoren voorzien was, wordt al snel op bijzonder pijnlijke wijze duidelijk. De fotografie van Bé Omid é Didar sluit naadloos aan op de thema's en is bij vlagen een benauwende filmervaring. Hoewel sommige metaforen wat voor de hand liggen, trekt Rasoulof mij wel mee in zijn duistere Iran, en schuwt daarbij het gebruik van ronduit griezelige scènes niet. Bé Omid é Didar is bij wijlen een thriller en verkrijgt een extra dimensie omdat we weten dat het er in Iran werkelijk zo aan toe gaat als in de film. Onder de indruk verlaat ik de zaal. De crew en actrices krijgen een fikse ovatie.


Na Bé Omid é Didar probeer ik kort naar de persconferentie van Pirates of the Caribbean: On Stranger Tides te kijken, waar regisseur Rob Marshall, Johnny Depp en Penélope Cruz zijn aangeschoven. Hoewel er in het Palais alleen mensen met een badge rondlopen, heerst er in de aanwezigheid van deze sterren toch lichte opschudding, maar dat is niet te vergelijken met wat er later op de dag op de rode loper gebeurt qua hysterische mensenmassa's die een blik op Johnny Depp willen werpen. Een journaliste uit Colombia vraagt gehaaid of Johnny Depp zich zorgen maakt over de critici die de film zullen gaan bekijken. Zijn antwoord: jazeker, daarom ben ik hier ook! Eerder op de dag hoorde ik een Amerikaanse criticus zich hardop afvragen hoe Depp van plan zou zijn het acteren weer op te pakken na deze in zijn ogen schlemielenfilms. Wie het weet mag het zeggen. Zelf was ik in ieder geval niet bereid om al om half acht in de rij te gaan staan voor het nieuwe deel.

Echt lang blijf ik niet bij de persconferentie; ik heb een afspraak op de Marché du Film met een Franse distributeur. Het biedt me meteen de kans op de Marché te blijven hangen en een beetje rond te grazen in het overweldigende aanbod aan standjes (stel je een beurs voor in een bescheiden versie van de Jaarbeurshallen) met distributeurs, productiemaatschappijen, overkoepelende filmorganisaties en filmfondsen. Wie wat te verkopen heeft in de filmwereld is op deze beurs. Bij ieder standje kun je kilo's papieren promotiemateriaal meenemen. Boekjes, flyers, gidsen; ondanks dat mijn postvak alweer overvol zat na de eerste vertoning vandaag neem ik toch nog flink wat mee. Jammer dat ik zo'n hamsteraar ben. Als ik mijn dvd’s van de distributeur heb gekregen haast ik me weer naar buiten, maar niet voor ik weer minstens drie kilo aan catalogi en andersoortige boekjes in mijn tasje heb gepropt onder het mom van research en aanvulling. De vraag is echter of ik dat nog allemaal mee ga krijgen in mijn koffer.

Weer naar binnen geraken bij de volgende voorstelling blijkt nog niet zo eenvoudig. Dat Johnny Depp vandaag in Cannes is, brengt niet alleen een heleboel hysterische vrouwen en pers met zich mee, maar ook een overdadige hoeveelheid politie die om de vijf minuten de straat afzetten omdat er een belangrijke auto doorheen moet. Bij mijn pogingen bij de volgende vertoning naar binnen te raken, in het Grande Theatre Lumière – de overbekende grote trap met rode loper die je altijd op tv ziet – ren ik minstens drie keer heen en weer, en dankzij de politieafzettingen duurt dat al met al zeker veertig minuten. Andere journalisten rennen met me mee en samen vloeken we erop los. Toch lukt het me uiteindelijk binnen te geraken bij de vertoning van Markus Schleinzers nieuwe film Michael, in het grootste theater waar ik ooit heb gezeten.


Het is geen toeval dat Markus Schleinzer een leerling van Michael Haneke was; in Michael observeert hij de dagelijkse gang van een pedofiel die een klein jongetje gevangen houdt in zijn kelder met een bijna ondraaglijke afstandelijkheid. In de openingsscène zien we de pedofiel thuiskomen en een deur openen die aan de binnenkant bekleed is met schuimrubber. De toon is gezet. Pedofiel Michael leidt een zeer ordelijk leven met een uitstekende baan en verzorgt zijn slachtoffer om optimaal gebruik van hem te kunnen maken. Helaas biedt de film echter geen antwoorden, en blijf je als kijker met veel vragen achter. Toch is het acteerwerk van de twee hoofdrolspelers in combinatie met het intrigerende thema goed genoeg om van Michael een hele ongemakkelijke, doch interessante kijkervaring te maken, en wie weet ook een schandaalfilm: na de screening wordt er eerst een applaus gegeven; daarna kortstondig heel hard boe geroepen en gefloten.

Na Michael spoed ik me naar een Nederlands feestje in een van de tenten aan de Croisette, de lange boulevard van Cannes. Ik ben er te vroeg, maar moet ook al binnen een half uur weer weg omdat ik naar de screening van de nieuwe film van de gebroeders Dardenne wil. Langzaam druipen er Nederlandse distributeurs en programmeurs binnen. Net als het wat voller raakt ren ik weer de deur uit om in de rij te gaan staan voor Le Gamin au Vélo. Tussendoor eet ik maar weer snel een broodje. Echt tijd om te eten is er nauwelijks in Cannes, tenzij je bereid bent er films voor te missen.

Ook de toegang tot deze screening loopt vandaag niet zo soepel. Dertig minuten van tevoren komen is werkelijk een risico; vlak voor ik eindelijk bijna naar binnen mag wordt de toegang gesloten en moet iedereen wachten tot vijf minuten voor aanvang van de screening. Een aantal journalisten raakt flink geïrriteerd maar gelukkig mogen we uiteindelijk toch naar binnen.


Net als in hun vorige films nemen de Dardennes in Le Gamin au Vélo weer de Waalse onderklasse onder de loep. Vincent, elf jaar, is in de steek gelaten door zijn vader en woont in een soort weeshuis. Zijn vader wil van hem af, heeft zijn fiets verkocht en is zomaar verhuisd – niemand lijkt te weten waarheen. Als Vincent op zoek gaat naar zijn vader ontmoet hij kapster Samantha. Zij zorgt in de weekenden voor Vincent, maar al snel stellen Vincents problemen haar voor dilemma's.

Le Gamin au Vélo is weer een typische Dardennefilm met verdrietige thema's die je bijblijven. Toch is de geschetste wereld niet zo donkergrijs als gebruikelijk. Het verdriet en het noodlot zijn er wel; de Dardennes blijven tenslotte de Belgische nazaten van de neorealisten. Toch kent de film meer kleur en een lichtere toon dan hun vorige werk; niet alles is verloren. Een prettige observatie na een dag vol bijzonder sombere films van hoog niveau; ik kan alleen maar hopen dat de komende dagen ook zo goed zullen zijn.

NieuwsFilm

meest populair