Een Oscar verdienen, kost vaak bloed, zweet en tranen maar soms kost het vooral veel geld als er eentje op een veiling wordt aangeboden. De duurste Oscar in de geschiedenis is die van Orson Welles won voor Citizen Kane. Deze werd namelijk verkocht voor $861,542 in 2011.
Oscars voor die film doen het goed, want op nummer twee in de lijst van de duurste Oscars staat het beeldje dat Herman Mankiewicz won voor het meeschrijven aan het scenario van Citizen Kane. Deze verkocht voor $332,165.
De beste regie Oscar voor Skippy uit 1931 staat op plek nummer 4, met een opbrengst van $301,973 gevolgd door de beste film Oscar voor de klassieker How Green Was My Valley uit 1941, dat $274,520 opleverde. Op plek 6 staat het beeldje dat Wuthering Heights won voor beste cinematografie, dat daarmee trouwens de enige Oscar was dat de film won. Het leverde $226,876 op. Op de zevende plaats met $206,250 staat de Oscar die acteur Ronald Colman won in 1947 voor zijn rol in A Double Life.
Maar verwacht niet dat je de Oscars die vanavond worden vergeven op een dag zal kunnen kopen. Sinds 1950 heeft de Academy als regel ingesteld, dat elke Oscar door hun teruggekocht mag worden voor een dollar, om zo te voorkomen dat winnaars ze verkopen. Vandaar ook dat de Oscars die voor 1950 gewonnen werden, de enige zijn die verzamelaars kunnen kopen als ze worden aangeboden, waarmee de waarde ervan nog meer wordt vergroot.