Nadat Warner Bros. geprobeerd heeft de zaak af te wenden, heeft een Amerikaanse rechter besloten een potentieel zeer dure rechtszaak rond de The Conjuring-franchise toch door te laten gaan. De Conjuring-franchise volgt het werk van Ed en Lorraine Warren, onderzoekers naar het paranormale.

Schrijver Gerald Brittle publiceerde in 1980 een boek over de Warrens, The Demonologist genaamd en stelt dat hij een afspraak had met hen dat er geen film zou komen, tenzij hij toestemming gaf. De schrijver claimt de rechten in handen te hebben op de zaken die de Warrens onderzochten.

Het is niet zeker of Warner Bros. en New Line dit wisten toen ze met de Warrens in onderhandelingen gingen in de jaren negentig. Dat liep nergens op uit, maar in 2011 sloot Lorraine Warren definitief een filmdeal met Warner Bros., die leidde tot de succesvolle horrorfranchise. Brittle claimt dat dit helemaal niet mocht en dat hij geen toestemming gegeven had. Hij eist tot wel 900 miljoen dollar aan compensatie voor onder meer auteursrechtschending en samenzwering.

Warner Bros. is het daar natuurlijk niet mee eens: de studio vindt dat niemand exclusief recht heeft op levensverhalen of waargebeurde zaken. Tegelijk vroeg Warner aan de rechter om de zaak door te schuiven naar het arbitrage hof, zodat er een schikking getroffen kon worden. Maar dat zag de rechter niet zitten en nu krijgt de zaak dus zijn doorgang.

Wanneer deze zal beginnen is niet bepaald zeker, maar Warner dit verliezen, zal het een dure zaak worden en is het maar de vraag wat de toekomst voor de horrorfranchise in verschiet heeft. De vier films die tot nu toe verschenen, brachten tot nu toe 1,1 miljard dollar op.