Het is geen geheim dat Guy Ritchie's King Arthur: Legend of the Sword een zwakke prestatie vertoonde in de bioscoop, zowel kritisch als financieel. Zo'n eindresultaat is voor iedereen droevig, al kan hoofdrolspeler Charlie Hunnam zich met enig gemak er overheen zetten. Dat komt niet omdat de acteur geen moer geeft om de fantasie/avonturenfilm, maar omdat het proces van film maken belangrijker voor hem is.

Dat vertelde hij in gesprek met de Boston Herald. "Ja, zoiets is onvermijdelijk. Mijn carrière heeft meer met mislukkingen te maken gehad dan met succes, absoluut. Daar krijg je een dikke huid van. Uiteindelijk voel ik me zeer gezegend dat ik kan doen waar ik van hou, wat het maken van films is. En ik richt me meer op dat proces."

Hoewel het niet helemaal gek is wat hij zegt, voelt Hunnam zich erg afgesloten van de post-productie en het uitbrengen van de film. "Ik heb er dan geen belang meer bij. Voor mij is het proces heilig en beeldschoon. Al mijn energie gaat in het verkennen van het idee om ergens een waarheid in te vinden. En te genieten van het maken van films. Tussen het bewerken van de film en de perstour zit een grote afstand voor mij."

Volgens de 38-jarige Engelsman - die kennelijk zijn eigen, afgeronde films niet bekijkt, geeft hij maar gedeeltelijk om het eindresultaat. "Wanneer iets uitkomt en iedereen haat het en het brengt geen geld op, dan is dat uiteraard jammer. Maar het heeft niet echt een grote invloed. Het enige wat mij raakte, was dat ik zes weken lang bezig was met de pers. Ik werd soort van ondergedompeld in het verkopen van die film. Dat wekt ongetwijfeld verwachtingen op voor het moment wanneer de film uitkomt en we zien hoe hij presteert."