Mijn man-crush op Indy [column]

[header]Ik heb het lang, veel te lang niet durven inzien. Maar na het nogmaals bekijken van Raiders of the Lost Ark kan ik er toch niet meer omheen ...[/header]Ik heb het lang, veel te lang niet durven inzien. Maar na het nogmaals bekijken van Raiders of the Lost Ark (wat zal ’t zijn geweest? De twintigste, dertigste keer?) kan ik er toch niet meer omheen: ik heb een enorme man-crush op Indiana Jones. Hij is m’n held, hij is m’n buddy, hij is m’n alles. Maar ik zal niet de enige zijn met deze gevoelens. Toch?

Het is nu al een tijdje een traditie van me: elke keer als een van de Mummy-films op televisie komt, deze film heel bewust boycotten en de DVD van Raiders of the Lost Ark opzetten. En met alle herhalingen van The Mummy op de commerciële zenders, kan ik je zeggen dat ik veroordeeld ben tot veel, heel veel Indy. Erg is dat niet. Want Raiders is simpelweg de beste actiefilm aller tijden. En eigenlijk mag dat best vaker gezegd worden.

Neem nou alleen al de introductie van het personage. In precies 12 minuten en 19 seconden wordt de figuur Indiana Jones haarscherp neergezet: charmant, met een kwajongensachtige glimlach. Herkenbaar uit duizenden, met zijn ongeschoren koppie, hoed en zweep. Een actieheld, maar kwetsbaar. Groots en menselijk tegelijk. Indy is geen held die de actie overstijgt. Hij krijgt heel wat tegenslagen te verduren, schrikt net zo van een explosies als wij, en komt er haast nooit zonder kleerscheuren van af. Maar als uiteindelijk de stofwolken optrekken, is Indy degene die als laatste – wankelend – overeind staat. Indy vormt de meetlat waarlangs elke andere avonturier gelegd moet worden. Dit is een man van wie je hart sneller gaat kloppen. Althans, dat van mij.

Behalve het personage, de actie en de typische mystieke verhaallijnen (die op een of andere manier toch altijd geworteld blijven in realiteit, voornamelijk door het ontbreken van overdadige, lawaaierige computereffecten), is er nog iets wat zo kenmerkend is voor de Indiana Jones-films: de humor. De films karakteriseert zich door een knipoog, door zelfrelativering. Een dergelijke vorm van humor probeert men ook de huidige avonturenfilms binnen te fietsen, schaamteloos jattend van Indy, maar elke keer slaat men de plank volkomen mis. De nieuwe films zijn zich zo bewust van hun zelfspot, dat het geen zelfspot meer is, geen zelfspot meer kán zijn. En er zitten wel heel veel knipogen in de moderne avonturenfilms, maar om deze vooral niet te missen, worden ze er voor de zekerheid met een honkbalknuppel in geramd. Maar hiermee neutraliseer je die hele knipoog!

Maar nog even over The Mummy, want er is nog zo veel meer mis met die slechte Indy-kopie, die wanstaltige, voorspelbare, slappe, flauwe, irritante fastfoodfilm. Het is hap-slik-weg entertainment, dat niet vult, maar wel maagkramp veroorzaakt. De film bevat geen werkelijke personages, maar slechts poppetjes die ons loodsen van special effect naar special effect. En Brendan Fraser? Dat papventje verbleekt in de nabijheid van Indiana. Brendan mag niet eens in de schaduw van Indy lopen. Niet eens de voeten kussen van onze avonturenheld.

Goed, genoeg geklaagd. Wat dan te denken van de nieuwe Indiana Jones, waarvan de opnames volgende maand starten? Allereerst is daar natuurlijk de leeftijd van Harrison Ford. Spreekt een actieheld van in de zestig nog wel net zo tot de verbeelding als die jonge god uit de jaren tachtig? Heel simpel: dat hangt af van het verhaal. En hier beginnen de kopzorgen. Er zijn talloze scripts geschreven, elke keer door heel respectabele auteurs (o.a. Frank Darabont, van The Green Mile en The Shawshank Redemption), maar George Lucas was telkens niet tevreden met het resultaat, terwijl Spielberg zich wél kon vinden in de scenario’s. Da’s toch ongekend! Wordt het niet eens tijd dat de man die met zijn infantiele schrijfwerk eigenhandig de Star Wars-saga om zeep heeft geholpen een spreekverbod krijgt?

De grootste vraag is echter: waarom? Waarom nóg een Indy-film? Als je het mij vraagt is het een nostalgische beslissing van de makers. De grote drie-eenheid uit de jaren tachtig (Spielberg, Lucas, Ford) wordt een dagje ouder en verlangt terug naar de tijden dat ze de wereld domineerde met haar films. Maar zoals vaak het geval is met nostalgie, is het geen goed idee om die vervlogen momenten opnieuw tot leven te brengen. Het zal niet meer hetzelfde zijn. Sterker nog: grote kans dat het vooral een trieste bedoeling wordt. Bovendien moet je je eigen hang naar nostalgie niet proberen op te dringen aan anderen. Je loopt zo namelijk het gevaar mooie herinneringen bij je publiek kapot te maken. De wereld is veranderd. We hebben te maken met zoveel Indy-rip offs dat een nieuwe Indy een rip off van zichzelf zou lijken. De film zal vooral laten zien hoe briljant de oude trilogie eigenlijk was.

Maar goed, het is natuurlijk veel te vroeg om dit allemaal te roepen. Misschien valt ’t allemaal wel mee. Laten we gewoon 22 mei 2008 afwachten. Tot die tijd blijf ik gewoon stug Raiders kijken. Elke zaterdagavond opnieuw. In mijn pyjama voor de tv, bakje chips en limonade. Zwijmelend over Indy... mijn Indy.



NieuwsFilm

meest populair