Recensie

Bright Star (2009)

Magnifiek kostuumdrama van Jane Campion over de relatie tussen John Keats en Fanny Brawne is een lust voor het oog en het hart.

in Recensies
Leestijd: 3 min 39 sec
Regie: Jane Campion | Cast: Abbie Cornish (Fanny Brawne), Ben Whishaw (John Keats), Paul Schneider (Charles Armitage Brown), Kerry Fox (Mrs. Brawne) e.a. | Speelduur: 119 minuten | Jaar: 2009

Waarschuwing: slechts voor echte romantici. Het zou zomaar op de poster kunnen staan van Bright Star, de nieuwste film van Jane Campion (The Piano). Dit is een film over De Liefde, met hoofdletters geschreven, en dat zal ongetwijfeld mensen afschrikken die de laatste jaren gewend zijn geraakt aan de vele Amerikaanse romantische komedies, waarin alles uiteindelijk goed komt. Wie daar voorbij durft te kijken, krijgt een hartverscheurend mooi portret van twee mensen die zoveel van elkaar houden dat het meer pijn dan geluk oplevert. Want dat is wat echte liefde ook kan zijn.

De relatie tussen dichter John Keats en zijn grote liefde, en muze, Fanny Brawne vormt het kloppende hart van Bright Star. Campion wilde geen gewone biopic over Keats maken en besloot het verhaal wijselijk vanuit het perspectief van Fanny te vertellen. Gevolg is dat Keats altijd een mysterie blijft en Campion de kijker uitdaagt hem te leren kennen via zijn poëzie. In het begin van de film is Keats nog een armlastige dichter die worstelt een eigen stijl te vinden. Zijn buurmeisje Fanny Brawne moet in eerste instantie ook weinig van hem en zijn voor haar onbegrijpelijke poëzie hebben, maar dat verandert als ze zich in de materie verdiept en Keats vraagt haar te onderwijzen in de geheimen van de dichtkunst.

Tussen de twee ontstaat een hartstochtelijke liefde, die door hun beider omgeving wordt afgekeurd. De beste vriend van Keats, dichter Charles Brown, ziet Fanny als een simpele, oppervlakkige vrouw die Keats er slechts van weerhoudt zijn grote talent tot uiting te brengen en de omgeving van Fanny wijst haar erop dat een huwelijk onmogelijk is gezien de slechte financiële situatie van Keats die zichzelf niet eens kan onderhouden, laat staan een vrouw. Hun liefde lijkt zich dan ook noodgedwongen te beperken tot smachtende blikken en poëtische brieven. Tot de dood van de dan nog maar 25-jarige John Keats een definitief einde aan hun illusies maakt.

Campion weet als geen ander dat de mooiste en puurste vorm van liefde schuilt in het onvervulde verlangen naar de ander. Wat ze dan ook op meesterlijke wijze doet, is dat verlangen te incorporeren in de beeldtaal van de film. Bright Star zit vol met de meest prachtige visuele vondsten, die de gemoedstoestand van de twee protagonisten symboliseren. Als de twee, tegen het einde van de film, bijvoorbeeld meer dan ooit naar elkaar verlangen, maar in verschillende kamers in hetzelfde huis moeten verblijven, schuiven ze hun twee bedden tegen de muur aan en raken ze elkaar bijna, slechts gescheiden door een dun laagje cement. Hoewel dit op papier misschien vreselijk afgezaagd en melodramatisch klinkt, is de emotionele intensiteit van dit shot ongeëvenaard.

Bright Star is in alle opzichten een poëtische film. Niet alleen in de adembenemend mooie fotografie, maar ook op een wat explicieter niveau, te weten de onderwerpkeuze. Keats is een van de belangrijkste romantische dichters van zijn tijd maar wordt, evenals de meeste andere dichters, maar door een klein publiek gelezen, mede door de algemeen heersende tendens dat poëzie ‘moeilijk’ is. Door Fanny dezelfde denkbeelden als een groot deel van het publiek mee te geven, beleven we de gedichten van Keats door haar ogen en word je aangezet moeite te doen de poëzie te doorgronden. Hoewel dat misschien niet altijd even makkelijk is, valt het te prijzen dat Campion niet de makkelijke weg inslaat en de kijker laat kennismaken met de schoonheid van de Engelse taal.

Hoewel Bright Star niet helemaal perfect is (de emotionele intensiteit blijft niet altijd even sterk), herbergt deze film zoveel schoonheid dat je dat al snel vergeet. Van de intense, originele muziek van Mark Bradshaw tot de voortreffelijke kostuums van Janet Patterson die een nieuwe standaard aan het genre van de kostuumdrama stellen, over alles is tot in de puntjes nagedacht. Ben Whishaw en (vooral) Abbie Cornish excelleren in de hoofdrollen en de regie van Campion is, evenals het camerawerk, subtiel en zeer ingetogen. Het maakt van Bright Star een film om te koesteren en onophoudelijk te prijzen, want zo vaak gebeurt het niet dat een film zo oprecht en vol schoonheid een tragische liefde tot leven weet te wekken, zonder ook maar een moment in makkelijke sentimenten te vervallen. Prachtig.