Laura's Ster
Recensie

Laura's Ster (2004)

Truttig, simpel, voorspelbaar en braaf.

in Recensies
Leestijd: 2 min 55 sec
Regie: Piet de Rycker, Thilo Rothkirch | Stemmen (Nederlandse versie): Veerle Burmeister (Laura), Xavier Werner (Tommie), Jurre Wieten (Max), Hans Kesting (Vader), Ingeborg Wieten (Moeder), e.a. | Speelduur: 75 minuten

Nu Disney en Dreamworks zich allebei hebben teruggetrokken van het 2D-animatiefront blijft Studio Ghibli heel eenzaam achter, sporadisch vergezeld door een Europese tekenfilmproductie. Vooral Scandinavië is een enthousiaste leverancier (kijk op zondagmorgen eens naar de publieke omroep), maar hun creaties zijn vrijwel altijd gebaseerd op een boek en missen daardoor de fantasie en details van de meesterlijke Ghibli’s. Zo ook het Duitse Laura’s Ster, een verfilming van het kinderboek, dat bar weinig toevoegt aan de oorspronkelijke bron. Studio Ghibli mag dan niet de laatste der Mohikanen zijn, het staat wel eenzaam aan de top.

De zevenjarige Laura, haar broertje Tommie en kat Poessie zijn net verhuisd naar de grote stad. Laura mist haar appelboom en verlangt hevig terug naar haar oude huis op het platteland, tot er op een mooi getekende nacht een ster neerstort in een nabijgelegen parkje. Het arme ding heeft zijn pootje gebroken, maar met een pleister biedt Laura de helpende hand. Nog geen uur geleden riep ze tegen haar nieuwe buurjongetje dat ze helemaal geen vrienden nodig heeft en toch terug naar huis zal lopen, maar nu leert ze van de ster dat vrienden maken erg leuk en gezellig is en dat je echte thuis daar is, waar de mensen zijn van wie je houdt.

De moraal is eeuwenoud en het verhaal vervalt continu in plotmechanismen die we al decennia kennen, maar de toevoeging van een vriendelijke ster valt origineel te noemen. Een enorme brandende bol gassen lijkt niet meteen de ideale speelkameraad voor een onzeker meisje van zeven, maar het geeft de film wel een aangenaam fantasievol tintje. Sterrenvrienden zijn zo gek nog niet; als je ’s nachts niet kan slapen door hun felle schijnsel vraag je gewoon of ze even uit willen gaan.

In het boek werd de ster geprint met speciaal glittermateriaal waar kinderen over konden wrijven, maar dat aspect is in de film natuurlijk verdwenen. Niet gevreesd, het animatieteam achter Laura’s Ster is prima bezig geweest en alles ziet er mooi en netjes uit. De samensmelting van 2D en 3D animaties gaat behoorlijk vlekkeloos, en het zachte kleurenpalet geeft het allemaal een rustig kindvriendelijk sfeertje. Helaas ontbreekt het een beetje aan de details die de beelden echt tot leven zouden kunnen brengen. Het blijft allemaal een beetje middelmatig, te gewoontjes. Ook de score van Hans Zimmer (Gladiator, The Last Samurai) is uiterst degelijk, maar mist gewoon een beetje durf.

De truttigheid druipt nu regelmatig van het scherm, met ffieuw-geluidjes als er iets omvalt en een nasynchronisatie waarin elke zin dood gearticuleerd wordt door de Gooise stemacteurtjes (‘sterw!’). De enige allochtoon in de film is de schoonmaakster met een raar accent. Laura’s Ster is een film voor de allerkleinsten, en eigenlijk alleen voor die doelgroep geschikt. Dit is geen Ghibli, geen Pixar en zelfs geen ‘good old fashioned’ Disney.
Laura’s Ster is truttig, simpel, voorspelbaar en braaf. Het is dan ook een film voor kinderen tot een jaar of negen, omdat die nog niet zo zwaar tillen aan dergelijke bezwaren. Belangrijker zijn de aardige beelden, het beetje fantasie dat de film bevat en bovenal de speelduur van een kleine tachtig minuten, waardoor ook volwassenen er geen trauma’s aan over zullen houden. Je kunt ze natuurlijk ook een Ghibli voorschotelen en zelf meegenieten, maar ach, het is in ieder geval beter dan Fox Kids.