Woman at War
Recensie

Woman at War (2018)

Een IJslandse dirigente houdt er een opmerkelijk dubbelleven op na als milieuactiviste. Ruw en vol droge humor.

in Recensies
Leestijd: 2 min 45 sec
Regie: Benedikt Erlingsson |Cast: Halldóra Geirharðsdóttir (Halla/Ása), Jóhann Sigurðarson (Sveinbjörn), Juan Camillo Roman Estrada (Juan Camillo), Jörundur Ragnarsson (Baldvin), e.a. Speelduur: 101 minuten | Jaar: 2018

Halla is een vrouw van in de vijftig met een missie en een opmerkelijk dubbelleven. Enerzijds heeft ze een rustige baan als muzieklerares en dirigent van een koor. Maar in haar vrije tijd is de revolutie in haar losgekomen. Halla doet er alles aan om de vervuilende industrie in IJsland een halt toe te roepen. Ze is een verbeten milieuactivist die het maatschappelijk leven ontwricht en de landelijke media bezighoudt. Doelwit is de aluminiumindustrie.

In de openingsscène van het doordringende IJslandse drama Woman at War zoekt Halla dekking tegen de helikopters van de autoriteiten die haar op de hielen zitten. Ze is door de media omgedoopt tot de 'Bergvrouw' en haar ware identiteit is voor velen een groot mysterie. In haar vluchtpoging vindt ze onderdak bij en hulp van een boer. Haar tweelingzus Ása is een introverte yogalerares en heeft geen flauw benul van de heldhaftige, maar gevaarlijke acties van Halla.

Woman at War van Benedikt Erlingsson staat bol van de tegenstellingen. Zo contrasteren het werkende leven en de vrijetijdsbesteding van Halla sterk met elkaar, is ze compleet verschillend van haar tweelingzus en houdt het qua toon het midden tussen drama en gortdroge humor. Opvallend hierbij is dat Erlingsson er niet per se op uit is om zijn publiek een moraal op te leggen.

Hij relativeert de situatie en keuzes van Halla behoorlijk door de uitvoerders van de soundtrack pontificaal in beeld neer te zetten. Al is het een klein kamertje: het orkestje wurmt zich er naar binnen of strompelt achter Halla aan. Het lijkt een kunstgreep, maar het pakt uiterst innemend uit. Het doet hierdoor denken aan het werk van Roy Andersson.

Uitgerekend als Halla op het punt staat haar grootste slag ooit te slaan krijgt ze opmerkelijk nieuws. Ze heeft als langdurig alleenstaande vrouw jaren moeten wachten om een kind te mogen adopteren. Ze krijgt een oproep van het adoptiebureau dat een meisje in een weeshuis in Oekraïne zit te smachten op een nieuwe moeder. Dit biedt Erlingsson de gelegenheid om de dubbele moraal opnieuw aan de kaak te stellen. Want je kunt de vele vormen van ellende in de wereld onmogelijk rangschikken. En kan een activist die neigt naar links terrorisme wel
een goede, zorgzame moeder zijn?

Erlingsson maakt eerder het indringende Of Horses and Men waarbij de liefde voor paarden en de gemoedelijke omgang van de IJslanders werd afgezet tegen het ruwe, mossige landschap van het noordelijk gelegen eiland. De actrice die de dubbelrol van Halla en Ása neerzet weet een opmerkelijke mix van volharding, daadkracht en zachtaardigheid op te roepen. Het maakt de afwegingen die Halla moet maken des te moeilijker, maar laat tegelijkertijd ook een ongemakkelijk gevoel bij de kijker achter.

Wat buiten kijf staat is dat Erlingsson met zijn derde speelfilm als regisseur aantoont dat iemands zwakte tevens iemands kracht kan zijn en andersom. Hij toont eveneens de moeizame band tussen mens en natuur aan: het één vloeit voort uit het ander, maar ze kunnen ook lijnrecht tegenover elkaar komen te staan. Halla vecht voor een ogenschijnlijk goede zaak, maar werpt wel de vraag op of het doel de middelen heiligt.