We Summon the Darkness
Recensie

We Summon the Darkness (2019)

Voor wie graag naar Alexandra Daddario staart, is dit prima. Ironisch gezien had de film meer body mogen hebben.

in Recensies
Leestijd: 2 min 32 sec
Regie: Marc Meyers | Scenario: Alan Trezza | Cast: Alexandra Daddario (Alexis), Keean Johnson (Mark), Maddie Hasson (Val), Amy Forsyth (Beverly), Logan Miller (Kovacs), Austin Swift (Ivan), Johnny Knoxville (John Henry Butler), Allison McAtee (Susan), Tanner Beard (Sheriff Dembrowski), e.a. | Speelduur: 91 minuten | Jaar: 2019

De jaren tachtig waren een bizarre tijd. Angst voor satanisme in de metalscene tierde welig en sommige mensen waren oprecht overtuigd dat de bandnaam AC/DC stond voor 'Anti-Christ/Devil's Child'. En dus niet de Engelstalige aanduiding voor zwakstroom/wisselstroom die op de zijkant van een naaimachine die in het huis van de gitaarspelende broertjes Young stond opgesteld. We Summon the Darkness is een lichtgewicht horrorfilm die zich afspeelt in 1988, en gretig gebruik maakt van deze tijdsgeest.

Als drie welgevormde jonge vrouwen op weg zijn naar een metalconcert, worden ze ingehaald door een busje. Plotseling belandt er een chocolademilkshake op hun voorruit. De gooiers blijken drie mannelijke metalheads die dezelfde band gaan kijken. De biertjes om het goed te maken vallen echter goed en alle voortekenen worden genegeerd dat deze staat, Indiana, wordt geteisterd door een moordzuchtige bende van satanisten. Zes jonge mensen belanden in een afgelegen huis. Kampvuurtje erbij, en de sfeer is helemaal klaargestoomd om compleet om te slaan.

De voornaamste kartrekker aan deze film is Alexandra Daddario, die met optredens in het eerste seizoen van True Detective en de filmversie van Baywatch gemakkelijk de aandacht naar zich toe wist te trekken. Ze heeft dan ook al een aardige schare fans. En in het eerste halfuur van We Summon the Darkness geeft ze als Alexis ook echt wel het idee dat ze klaar is voor een hoofdrol zoals deze. Daarna ontspoort de boel in zo'n snel tempo dat ook haar overtuigingskracht een flinke duik neemt. En met die van haar ook die van de andere acteurs.

Het grootste deel van de film, dat zich dus in het huis van Alexis' vader afspeelt, is vooral de zwartgallige versie van een klucht. Er is een kolderieke situatie ontstaan tussen moordenaars en slachtoffers, en er verschijnen onverwacht nieuwe personages ter plaatse die de boel steeds weer opnieuw op de spits drijven. Maar zelden komt er echt een knipoog dat zo'n situatie grappig is bedoeld, en nooit voelt het echt ernstig genoeg om daadwerkelijk om deze personages te geven. De film voelt vooral erg zelfbewust van het feit dat dit allemaal vermakelijk bedoeld is. Het resultaat is een tandeloze bedoening.

We Summon the Darkness laat zich het beste omschrijven als een zwarte komedie zonder echte grappen, of een horrorthriller met slechts mondjesmaat spanning. Het is heus nog wel goed mogelijk om hier plezier aan te beleven, maar nog veel gemakkelijker om er onverschillig door te raken. Tegen de tijd dat Johnny Knoxville echt ten tonele verschijnt, als meer dan alleen die priester die je in het begin even op tv zag, is er geen redden meer aan. Met zijn geschmier benadrukt hij vooral dat hier een idee achter zit met veel meer potentieel dan de uitwerking laat zien. Ach, in elk geval wordt het nooit irritant slecht.