De Dans van Natasja
Recensie

De Dans van Natasja (2024)

De té ongrijpbare hekkensluiter in het oeuvre van een Nederlandse auteur.

in Recensies
Leestijd: 3 min
Regie: Jos Stelling | Scenario: Jos Stelling | Cast: Willem Voogd (Daantje), Bram Reurink (Daantje, jong), Anastasia Weinmar (Natasja), Hadewych Minis (moeder Daantje), Gene Bervoets (vader Daantje), Jan Bijvoet (Igor), Loek Peters (vriend moeder Daantje), Michiel Romeyn (Louis) e.a. | Speelduur: 102 minuten | Jaar: 2023

Jos Stelling is een bastion in de Nederlandse filmcultuur. In 1974 debuteerde hij met Mariken van Nieumeghen, de eerste van vijftien films (elf lange, vier korte). In Utrecht opende hij eerst filmtheater Springhaver, later het Louis Hartlooper Complex en in 2022 Filmtheater Slachtstraat. Ook het Nederlands Filmfestival was er niet geweest zonder hem. Vorig jaar september ging op dat festival zijn vijftiende - en naar eigen zeggen laatste - film in wereldpremière: De Dans van Natasja. Nu is deze in het hele land in de bioscoop te zien.

Opmerkelijk genoeg heeft Stelling in het buitenland, misschien vooral Oost-Europa, steevast meer waardering gekregen dan in eigen land. Dat zal zeker te maken hebben met zijn overduidelijk internationale filmsmaak. Stellings films ademen affiniteit met onder andere die van Federico Fellini en Andrej Tarkovski. Ook De Dans van Natasja tapt uit dat vaatje, met stevige ondertonen van Hongaar Béla Tarr. Haarscherp zwart-witbeeld, een kalm en bedachtzaam tempo en een flinke dosis absurdisme.

De film volgt Daantje die weigert te praten. Zijn ouders zijn al gemankeerd genoeg zonder Daantjes rare gedrag, en laten zich nog verder tot wanhoop drijven door zijn zwijgzame staren met een maf, gebreid mutsje op zijn hoofd. Als volwassen man praat hij nog steeds alleen maar op selectieve momenten. Daantje - de verkleinvorm houdt hij gewoon aan - ontmoet de Russische gebroken ex-ballerina Natasja, die wil terugreizen naar de datsja van haar oma. Hij nodigt zichzelf mee uit op die reis.

Natasja voelt zich zichtbaar aangetrokken tot deze merkwaardige figuur, maar tegelijkertijd ook afgestoten. En dus zitten we lange tijd opgescheept met dit tweetal op hun lange reis. Het ene moment zijn ze samen tegen de wereld, het andere moment zijn ze twee compleet verschillende werelden samen in één ruimte. Maar altijd zijn ze omgeven door zonderlinge figuren die net iets meer gebroken, net iets vreemder en net iets bruter zijn dan zij.

De Dans van Natasja beweegt zich voort in een droomachtige logica, en dat is nog een vrij gulle manier om de film te omschrijven. Allerlei dingen overkomen de hoofdpersonen en het einddoel is duidelijk, maar toch voelt de film richtingloos. Het is vrijwel onmogelijk om een lijn te vinden in het verhaal. Je voelt een hoop intentie achter de prachtige monochrome beelden, maar niet wat die intentie is. En ze bevatten eerlijk gezegd te weinig substantie om er zelf op filosofische wijze mee aan de slag te gaan.

Hoe graag je ook wilt dat Jos Stelling slaagt met zijn laatste film, geen enkele hoeveelheid goede wil is genoeg om je er bevredigend doorheen te loodsen. De Dans van Natasja zit ogenschijnlijk volgestopt met van alles wat in de fantasie van de maker heel erg voor zichzelf spreekt. In interviews praat hij openlijk over zijn wens om de film vooral van de kijker te laten zijn en er zelf betekenis in te vinden, maar zelfs de meest doorgewinterde filmliefhebber krijgt het daar lastig mee.

Stellings vorige titel - het tien jaar oude Het Meisje en de Dood - heeft zijn eigen schare liefhebbers, maar het zal een stuk moeilijker worden om die te vinden voor De Dans van Natasja. Het is een sympathiek project, maar vooral effectief als een object van morbide fascinatie. De Nederlandse auteur Stelling doet helemaal zijn eigen ding, maar waarschijnlijk te veel. En hoe jammer dat ook is, het heeft ook wat moois en respectabels.