'Vingt Dieux': kalverliefde en het geheim van de beste koemelk
Recensie

'Vingt Dieux': kalverliefde en het geheim van de beste koemelk (2024)

Meer kaas dan coming-of-age in levendig plattelandsdrama over het maken van de perfecte Comté.

in Recensies
Leestijd: 2 min 46 sec
Regie: Louise Courvoisier | Scenario: Louise Courvoisier, Théo Abadie, Marcia Romano | Cast: Clément Faveau (Totone), Maïwene Barthelemy (Marie-Lise), Luna Garret (Claire), Mathis Bernard (Jean-Yves Bretin), Dimitri Baudry (Francis), e.a. | Speelduur: 92 minuten | Jaar: 2024

Aan de oostgrens van Frankrijk ligt de Jura. De streek is de thuisbasis van de Comté, een uiterst gewaardeerde kaassoort, en van Louise Courvoisier, die met Vingt Dieux (in grappiger Engels: Holy Cow) haar eerste speelfilm aflevert. Genoeg voer voor een smaakvolle bioscoopervaring, maar de ruwe lijnen van het scenario staan een diepgravend debuut de weg.

Totone en zijn vrienden halen het soort kattenkwaad uit dat je van tieners in die leeftijdscategorie kunt verwachten. Op feestjes bezatten ze zich en dagen ze elkaar uit om het randje op te zoeken; in de openingsscène trekt de jongen in een jolige stemming zijn kleren uit en danst hij op een bartafel.

Vlakbij woont Marie-Lise, een stoere boerin die net een paar jaartjes ouder is dan Totone. Ouders of verzorgers zijn in de wijde omtrek nergens te bekennen, maar zij weet haar zaakjes prima te rooien en haar koeien staan bekend om hun goede melk. Zo baldadig als Totone zich opstelt in het bijzijn van zijn vrienden, zo schuchter is hij in het bijzijn van Marie-Lise.

Van veel meer dan kalverliefde lijkt in eerste instantie geen sprake, tot Marie-Lise bij een ontmoeting aan huis abrupt initiatief neemt. Het is een onwennig moment, dat de scenaristen (Courvoisier schreef mee) geleidelijk invoelbaar hadden kunnen maken als ze de prille relatie verder hadden uitgewerkt. In plaats daarvan blijkt Totone al snel een speciaal motief te hebben om Marie-Lise op te zoeken: terwijl zij hem oprechte aandacht schenkt, jat hij de sleutel die hem toegang geeft tot de melkvoorraad van de boerderij.

Vingt Dieux wikkelt meerdere plotlijntjes af zonder echt door te dringen tot de gevoelens van de personages. Marie-Lise is overduidelijk gekwetst als ze achter Totones bedrog komt, maar stapt daar later in een oogwenk weer overheen. Totone verliest aan het begin van de film zijn vader en moet de zorg voor zijn zevenjarige zusje op zich nemen, maar we zien zijn rouwgevoelens nooit echt bovenkomen. De nieuwe passie waar het verdere verhaal om draait, het maken van de perfecte kaas, is eerder een wending die het plot voortdrijft dan een geloofwaardige persoonlijke drijfveer.

Een hoogtepunt in de film is een dromerige scène waarin een ervaren kaasmaker stap voor stap uitlegt hoe de perfecte kaas tot stand komt. In de schaduw van een brandende zomerzon staart Totone gebiologeerd naar de ketel waarin nu nog een dik mengsel broeit. Ironisch genoeg is het tafereel eerder een aanmoediging om zelf eens naar de Jura te trekken (en wellicht zo'n kaas te proeven) dan een nazinderende bevestiging van Totones nieuwe roeping.

De prettige locatie en de vlotte vertelstijl maken Vingt Dieux tot een levendig plattelandsdrama. Om ook te kunnen overtuigen als coming-of-agevertelling is de film te schematisch. Gelukkig is Totones verhaal niet voor een gat te vangen, en kun je zijn inspanningen om de perfecte kaas te maken ook beschouwen als een eerbetoon aan een regio en een manier van leven. Niet voor niets castte Courvoisier zo'n beetje alle jongeren bij lokale crossraces en agriculturele evenementen. Toen de opnames gedaan waren, spoedde hoofdrolspeler Clément Faveau zich terug naar zijn eigen boerderij. Ongetwijfeld smaakte de kaas er prima.