In the Heart of the Sea
Recensie

In the Heart of the Sea (2015)

Rauwe vertelling van de waargebeurde ramp waar Herman Melville zijn roman Moby Dick op baseerde. Ron Howards nieuwste heeft de emotionele impact van zeeschuim.

in Recensies
Leestijd: 3 min 31 sec
Regie: Ron Howard | Cast: Chris Hemsworth (Owen Chase), Benjamin Walker (George Pollard), Cillian Murphy (Matthew Joy), Brendan Gleeson (Tom Nickerson), Ben Whishaw (Herman Melville), Michelle Fairley (Mrs. Nickerson), Tom Holland (Thomas Nickerson), e.a. | Speelduur: 121 minuten | Jaar: 2015

Nog voordat Chris Hemsworth en Tom Holland als Thor en Spider-man naast elkaar te zien zijn, jagen ze dit jaar samen op walvissen in de verfilming van het waargebeurde verhaal van de Essex, een zeeschip dat aangevallen werd door een majestueuze walvis. Het bekende verhaal diende als inspiratiebron voor de literaire klassieker Moby Dick, maar in de film is auteur Herman Melville nog op zoek naar inspiratie voor zijn fameuze boek. Hij vindt die in een vissersdorpje bij een verbitterde overlevende, die met tegenzin het verhaal van ambitie en leed vrijgeeft. Onder anderen Chris Hemsworth, Tom Holland, Cillian Murphy en Benjamin Walker spelen de walvisjagers in de dramatische terugblikken op een zeetocht waarvan weinig landrotten terugkeren.

Het verhaal van walvisoliemagnaten en zeebonken die in de negentiende eeuw bereid waren tot het einde van de wereld te varen voor de laatste beetjes olie, overtuigt in de vroege minuten met een avontuurlijke toon en de enthousiaste pioniers die het dok verlaten. De realistische setting, de 3D-beelden en een avontuurlijke kleurbalans bieden ook een frisse blik op het koloniale tijdperk met een visuele stijl die het midden vindt tussen Pirates of the Caribbean en Master & Commander. Het avontuur op azuurblauwe wateren hoeft zich niet te schamen voor de 3D-conversie; er wordt veelvuldig gebruik gemaakt van vage objecten in de voorgrond, touwen en zeilen die boven de personages hangen en cameraperspectieven met toegevoegde diepte. Sommige sfeervolle settings en actiescènes schitteren hierdoor en maken het 3D-prijskaartje bijna de moeite waard. Tijdens de dialogen zit de extra ‘diepgang’ echter meer dan eens in de weg. De hand van de cinematograaf is allesbehalve subtiel en de 3D-lagen bewegen hinderlijk voor de acteurs langs.

Na de inleidingsrituelen komt het verhaal pas echt op stoom met het duo van George Pollard en Owen Chase die respectievelijk kapitein en eerste stuurman worden. De twee vormen een archetypische persoonlijkheidsbotsing: de rijke zoon die nooit hoefde te werken en op de familienaam teert versus de arme landjongen die niets anders heeft dan eer en doorzettingsvermogen. Jonkie Thomas Nickerson vervult tussen deze twee de rol van het publiek en de stille Matthew Joy is het pacifistische maatje van de groep. Al worden de conflicten prima opgezet en is Hemsworth in eerste instantie redelijk overtuigend als de serieuze protagonist, het inlevingsvermogen begint vreemd genoeg weg te ebben zodra het noodlot toeslaat. Zowel kapitein Pollard als Owen Chase blijken oppervlakkig, de één arroganter en dommer dan het gemiddelde zelfopofferend lammetje in een horrorfilm, de ander overdreven ridderlijk en eervol voor iemand die alles tegen zich heeft. Samen bieden ze een tsunami van ambities, wat hen uiteraard duur komt te staan, maar de persoonsontwikkeling komt hierbij niet echt goed uit de verf. Zodra de walvis zich laat zien, veranderen de hoofdpersonages vrij plots en gemakkelijk. Naast de persoonlijke conflicten stort ook het algemene verhaal een beetje in na ‘het’ moment. De film gooit de ankers overboord om de dramazeilen aan te spannen, maar bereikt enkel een duf tempo en melodramatische taferelen. De conflicten dobberen qua diepgang nog maar net onder zeeniveau.

Het is allemaal vrij zonde aangezien de film het best aardig doet in de scènes waarin het avontuur opstart, het walvisjagen en wanneer men op creatieve wijze olierestanten van een dode walvis moet schrapen. De actie op het water overtuigt lang niet altijd vanwege de wisselende kwaliteit van de computerbeelden. Ook de kleurbalans van de film past niet bij de dramatische tendens van het verhaal. In the Heart of the Sea is half een avonturenfilm en half een waarachtig drama, maar blinkt in geen van beide uit. De verschrikkelijke taferelen bereiken daardoor nooit de gewenste spanning.

Deze ambitieuze film eindigt dus ondanks de goede start met een domper, waarbij voornamelijk Cillian Murphy een beetje verkwanseld wordt en er in de hopeloze situaties te weinig catharsis of emotionele impact te vinden is. De net-niet-Moby-Dick-film verliest zichzelf in het rauwe maar simpele drama. Een van de hoofdpersonages zegt het zelf best mooi: “Ik zal het verhaal vertellen... maar het einde zal je waarschijnlijk teleurstellen”.