Four Lions
Recensie

Four Lions (2010)

Komedie over terrorisme is erg geestig, maar heeft wel wat problemen de juiste toon te vinden.

in Recensies
Leestijd: 2 min 20 sec
Regie: Christopher Morris | Cast: Riz Ahmed (Omar), Kayvan Novak (Waj), Nigel Lindsay (Barry), Arsher Ali (Hassan), e.a. | Speelduur: 94 minuten | Jaar: 2010

Het is een gewaagde zet om nu een komedie te maken over terrorisme. Hoewel de ‘dreiging’ van terroristische aanslagen de laatste jaren wat is verminderd, blijft het toch een onderwerp waar een groot taboe op rust. Dat taboe wilde Chris Morris doorbreken met behulp van een komedie en het resultaat is Four Lions, waarin vijf niet al te snuggere hobbyterroristen worden gevolgd.

Omar is een toegewijde Brits-Pakistaanse moslim die toe is aan zijn persoonlijke jihad. Met zijn goede vrienden Waj, Faisal, Hassan en Barry, een Engelsman die zich tot de islam heeft bekeerd, heeft hij een team samengesteld om een groot gebaar te maken tegen de zondige, westerse samenleving. Probleem is echter dat zijn vrienden niet de slimste terroristen op aarde zijn. Zo heeft Barry het idee om een moskee op te blazen zodat de gematigde moslims in opstand zullen komen en heeft Waj de intellectuele capaciteiten van een kleuter.

Four Lions is op de eerste plaats gewoon een sterke komedie. De grappen volgen elkaar in een rap tempo op, waarbij vooral de extremistische Barry, uitstekend gespeeld door Nigel Lindsay, garant staat voor een aantal hilarische momenten. Zijn gedachtekronkels zijn zo absurd en politiek incorrect dat je niet lang een strak gezicht kan houden. In dit eerste deel van de film lijkt Chris Morris weinig anders voor ogen te hebben dan een scherpe komedie over een moeilijk onderwerp dat doorgaans extreem serieus wordt benaderd.

Toch sluipt er gaandeweg Four Lions wat meer drama in de film en dat zorgt ervoor dat de humor niet meer zo onschuldig is als die in eerste instantie leek. Als een van de vrienden bijvoorbeeld zichzelf opblaast doordat hij over een schaap struikelt weet je niet meer of je moet lachen of moet huilen. Maar ook scènes waarin Omar de jihad probeert uit te leggen aan zijn zoontje aan de hand van The Lion King komen vreemd over. De balans tussen slapstick en serieus drama is in deze momenten zoek.

Uiteindelijk lijkt het Morris echter te doen te zijn om het feit dat alle terroristen, wat hun ideologieën ook moge zijn, gewoon hele domme mensen zijn die niet doorhebben dat wat ze doen nergens op slaat. Maar net toen ik me begon af te vragen of hij terrorisme nu voorzichtig aan het relativeren is, wordt er in een volgende scène juist weer keihard mee afgerekend. Hoewel Morris een leuke, interessante film heeft gemaakt, is het hem niet altijd gelukt de juiste toon te vinden en duidelijk te maken wat hij nu eigenlijk precies met de film wil zeggen. Maar voor wie niet naar een onderliggend thema op zoek is, valt er gelukkig toch nog voldoende te lachen in Four Lions.