Saw VI
Recensie

Saw VI (2009)

Deel zes in deze langlopende horrorfranchise doet wat van het verwacht wordt en levert anderhalf uur malle plots en smerigheid.

in Recensies
Leestijd: 2 min 40 sec
Regie: Kevin Greutert | Cast: Tobin Bell (Jigsaw / John), Costas Mandylor (Mark Hoffman), Mark Rolston (Dan Erickson), Betsy Russell (Jill Tuck), Shawnee Smith (Amanda Young) | Speelduur: 93 minuten | Jaar: 2009

Sinds 2005 is in de Verenigde Staten de traditie ontstaan om elke Halloween een nieuwe Saw uit te brengen, waarna de films rond de jaarwisseling in Nederland worden uitgebracht. Dit jaar wordt de heuglijke komst van Saw VI gevierd. Hoewel het niveau van de eerste Saw uit 2004 nooit geëvenaard is, is de kwaliteit van de reeks na het tweede deel niet enorm geslonken. Mensen die met deel twee uit de voeten konden, zullen zich dus ook vermaken met alweer het zesde deel, mits ze niet te veel vernieuwing verwachten. Deel zes zal dan ook weinig nieuwe zieltjes winnen.

Net als in de vorige delen draait het wederom om psychopaat Jigsaw en zijn kameraden. Mensen worden wakker in ruimtes die ze niet kennen om vervolgens zeer pijnlijke, en bij voorkeur zeer bloederige opdrachten te voltooien om hun leven te redden. Mocht je een stalen maag bezitten, dan kun je altijd nog misselijk worden van het onrustige cameragebruik dat inherent is aan de serie. De narratieve structuur heeft veel weg van een soap, waarbij personage x uit deel zes een neefje is van personage y uit deel twee. Om te zorgen dat ook nieuwelingen van de serie zich thuis voelen, is ervoor gekozen om nogal veel flashbacks te gebruiken. Niet alleen scènes uit vorige delen worden getoond om zaken te verduidelijken, maar ook scènes die zich vijftien minuten geleden afspeelden worden speciaal voor de mensen met een geheugen als een zeef nog eens herhaald.

Ondanks dit alles blijkt ook het zesde deel weer redelijk onderhoudend te zijn. Want hoe veel er ook op de serie aan te merken valt, iedereen weet inmiddels wel dat er bij een nieuwe Saw geen fenomenale cinematografie of briljant acteerwerk te verwachten valt. Dat is natuurlijk geen excuus om een film boven zijn waarde te beoordelen, maar het betekent wel dat er kan worden uitgekeken naar een vermakelijk anderhalf uur vol met idiote plotwendingen, bizarre martelwerktuigen en afgehakte, vermorzelde en verbrande lichaamsdelen. Als toetje wordt er nog wat maatschappelijke relevantie toegevoegd aangaande de penibele staat van de gezondheidszorg in de Verenigde Staten.

De man die in dit deel goed de pineut is, is namelijk het hoofd van een verzekeringsbedrijf dat liever geen risicovolle patiënten wil aannemen en naar mazen in de wet zoekt om patiënten te dumpen die al wel verzekerd zijn maar te veel geld kosten. Zo’n directeur fungeert uiteraard als prima proefkonijn. Hoeveel zou hij voor zijn eigen leven over hebben? Waar Jigsaw in het verleden nog wel eens dubieuze keuzes maakte bij de selectie van zijn slachtoffers, heeft hij deze keer voor een echte rotzak gekozen.

Saw VI is niet echt een verrassing geworden. De maatschappelijke kritiek daargelaten voldoet de film precies aan de verwachting. Wellicht dat het geheel net iets strakker en compacter aandoet dan de vorige paar delen, maar er wordt geen gooi naar de originaliteitsprijs gedaan. Dat hoeft natuurlijk ook niet zolang het maar onderhoudend blijft. Anderhalf uur lang malle plots en smerigheid. Dat is toch eigenlijk waar een Saw-film voor dient, nietwaar?