Recensie

Pan's Labyrinth (2006)

Del Toro maakt er met deze filmische aanklacht tegen het fascisme vooral een visueel feest van.

in Recensies
Leestijd: 3 min 14 sec
Regie: Guillermo del Toro | Cast: Ariadna Gil (Carmen Vidal), Ivana Baquero (Ofelia), Sergi López (Kapitein Vidal) e.a. | Speelduur: 112 minuten | Jaar: 2006

Een sprookje voor volwassenen, dat was de opdracht die de Mexicaanse Guillermo del Toro zichzelf gaf voor zijn zesde speelfilm. Het idee voor Pan’s Labyrinth had Del Toro al voor hij begon te schrijven aan zijn debuutfilm Cronos uit 1993, maar hij wilde dit project precies maken zoals hij het in zijn hoofd had en geen concessies doen aan de uitvoering. De Mexicaan wachtte dus al die jaren op het noodzakelijke budget om zijn ultieme sprookje te creëren. Nu het zover is, wordt het wachten gedeeltelijk beloond, want Pan’s Labyrinth is in ieder geval Del Toro’s mooiste geworden met drie terechte Oscars voor make-up, camerawerk en art direction.

Al had publiekslieveling Guillermo del Toro, eerder verantwoordelijk voor onder andere The Devil’s Backbone, Blade II en Hellboy, het idee al jaren laten borrelen en gisten, het kostte hem en zijn team uiteindelijk een jaar voorbereiding, vier maanden draaien en een half jaar postproductie voordat Pan’s Labyrinth gereed was. Voor deze even lieve als bizarre mix van horror, fantasy en drama werden bijvoorbeeld 34 verschillende sets gebouwd om zo het donkere uiterlijk zo precies mogelijk onder controle te houden. Niets werd aan het toeval overgelaten. Met scherp oog voor detail, kleurgebruik en vormgeving zijn Del Toro en zijn team erin geslaagd om een geheel op zichzelf staande sprookjeswereld te creëren die, zoals het klassieke sprookjes betaamt, afwisselend de vorm van een onschuldige droom en een monsterlijke nachtmerrie aanneemt.

Het centrale karakter in Pan’s Labyrinth is het tienjarige meisje Ofelia. Het is 1944, de Spaanse Burgeroorlog is al vijf jaar voorbij, maar in de noordelijke regio Navarra vechten rebellen nog altijd tegen de fascisten en monarchisten van Franco, de dictator van het land. Ofelia verhuist samen met haar zwangere moeder naar de bewuste regio, waar haar stiefvader als de verantwoordelijke fascistische leider de rebellen bestrijdt. Met leren handschoentjes, strak achterover gekamd haar en een onafscheidelijke sigaret wordt deze kapitein Vidal gespeeld door de in slechteriken gespecialiseerde Sergi López, bekend van zijn diabolische rol in Harry, Un Ami Qui Veut du Bien. Als het niet blijkt te boteren tussen Vidal en Ofelia, vlucht het meisje in haar fantasierijke verbeelding.

Zo wordt ze al snel na aankomst bij haar stiefvader door een wonderlijk beestje naar Pan gebracht, de Griekse god van dieren, de natuur en vruchtbaarheid. Dit zonderlinge wezen met geitenhoorns, hoeven en een menselijk bovenlichaam verzekert het meisje een prinses te zijn; dochter van de koning van de elfen- en onderwereld. Pan geeft Ofelia de kans om over haar koninkrijk te beschikken door drie opdrachten uit te voeren waar ze niemand iets over mag vertellen. Intussen vecht en martelt Vidal er lustig op los in de echte wereld van Pan’s Labyrinth. De film wil daarmee veel meer zijn dan slechts een fantasyfilm over de verbeeldingskracht van een jong meisje. Del Toro plaatst het fascistische Francoregime, gepersonifieerd door Kapitein Vidal, rechtstreeks tegenover de kinderlijke onschuld, om zo zijn afschuw voor dit regime een vorm te geven.

De vormgeving van Guillermo del Toro’s zesde en meest ambitieuze project is verbluffend. De rijk aangeklede, enorm gedetailleerde sets zijn een genot om te zien en de drie opdrachten die Ofelia uitvoert zijn de fantasievolle hoogtepunten van Pan’s Labyrinth. Daartegen steekt de ruime aandacht voor de wat al te clichématige figuur Kapitein Vidal helaas wat magertjes af. De drijvende kracht achter de verhalende ontwikkeling van dit nachtmerrieachtige sprookje is Ofelia, waardoor de te nadrukkelijke aandacht voor de eendimensionale Vidal de film uit balans trekt na het sterke eerste half uur. Dat mensen hebben bewezen monsterlijker te kunnen zijn dan veel fantasiegedrochten wordt als centraal thema duidelijk naar voren gebracht, maar Del Toro maakt er met deze filmische aanklacht tegen het fascisme vooral een visueel feest van.