Recensie

Night at the Museum (2006)

Klassieke Hollywoodconstructie: een held ondervindt problemen en aan het eind van de film heeft hij ze overwonnen.

in Recensies
Leestijd: 2 min 36 sec
Regie: Shawn Levy | Cast: Ben Stiller (Larry Daley) Mickey Rooney (Gus) Ricky Gervais (Dr. Mc Phee) Dick van Dyke (Cecil) e.a. | Speelduur: 108 minuten | Jaar: 2006

Meg Ryan die zichzelf blootgeeft in In the Cut, Jim Carrey in zijn eerste ‘serieuze’ acteerklus Man on the Moon en actieheld Mel Gibson die het eens probeert met de romantische komedie What Women Want; bijna elke acteur heeft ooit zo’n moment dat hij van het gebaande pad af wil dwalen en een zogeheten out of characterproduct fabriceert. Maar let op: het luistert nogal nauw wanneer een dergelijke move wordt gemaakt; als je te laat bent ligt eeuwige typecasting in het verschiet. Ook lachkanon Ben Stiller probeert onder dat juk uit te komen. Na jarenlang deel uitgemaakt te hebben van The Frat Pack (met o.a. Owen Wilson en Vince Vaughn) in veelal hilarische films als Zoolander en Dodgeball kiest hij er nu voor de jongere filmliefhebbers te amuseren. Jawel, Stiller komt met een heuse familiefilm.

Night at the Museum heeft in ieder geval een intrigerend en kindvriendelijk concept. Stiller alias Larry is een ietwat meelijwekkende gescheiden en werkloze vader, die keer op keer zijn ex-vrouw en zoontje teleurstelt. Als hij weer eens uit huis gezet dreigt te worden neemt hij uit moed der wanhoop een baantje als nachtwaker in het Museum of National History, waar - zoals wij natuurlijk al lang voelden aankomen - iets niet pluis is. Want geloof het of niet, ’s nachts komt alles tot leven. Van een wassen Teddy Rooseveltbeeld tot een Tyrannosaurus Rexgeraamte. Larry’s taak: ervoor zorgen dat het museum ’s ochtends nog overeind staat. Dat is zowaar nog niet gemakkelijk. Die dinosaurus bijvoorbeeld, die speelt graag tikkertje en duldt geen ‘nee’ als antwoord. En Attila de Hun en de zijnen hebben besloten dat ze Larry graag zouden vierendelen. Niet bepaald een rustig nachtje soezen achter een balie dus.

Night at the Museum is een klassieke Hollywoodconstructie: een held ondervindt problemen en aan het eind van de film heeft hij ze overwonnen. De formule is zo oudbakken dat we niks verklappen met deze spoiler. Voor sommige mensen zal het dan ook een te voorspelbaar en makkelijk product zijn. Dat alle museumstukken blijken te leven is in het begin erg geinig, maar na een keer of zes gezien te hebben hoe een stel holbewoners vuur probeert te maken, kun je een gaap toch moeilijk onderdrukken.

Verwacht hier dan ook geen Stillervehikel à la Zoolander. Af toe is er nog wel een grappig moment, maar nergens wordt het dijenkletsend leuk. Ook die oh zo herkenbare Amerikaanse moraal sijpelt overal tussendoor. Larry ontdekt dat hij best wat kan en zijn zoon is niet langer teleurgesteld in zijn vader; we kennen het concept. Maar toch zitten er genoeg goede kanten aan Night at the Museum. Zo is het écht een familiefilm, waar je met je opa én je kleine zusje, nichtje of dochtertje naartoe kunt. Niet in het bezit van een van deze familieleden? Dan is het nog altijd interessant om te zien hoe Stiller eens wat anders probeert. Hoewel hij toch, eerlijk is eerlijk, pas écht excelleert in een Frat Packachtig product.