Recensie

Wild Romance (2006)

Oppervlakkige biopic over de eerste jaren van Herman Broods rock-'n-roll carrière.

in Recensies
Leestijd: 2 min 49 sec
Regie: Jean van de Velde | Cast: Daniël Boissevain (Herman), Marcel Hensema (Koos), Karina Smulders (Nina) e.a. | Speelduur: 103 minuten | Jaar: 2006

Ruim vijf jaar geleden sprong hij. Met een vermoedelijke levensverwachting van nog slechts enkele maanden vond Herman Brood dat het zo goed was en maakte op 11 juli 2001 een einde aan zijn leven. Het zijn tevens de openingsbeelden uit de langverwachte biopic Wild Romance, die na de verbeelding van die fatale sprong een stap terug in de tijd doet naar het midden van de jaren zeventig toen Broods ontmoeting met kroegbaas Koos van Dijk zijn succesvolle muzikale carrière als Herman Brood & His Wild Romance inluidde.

Koos van Dijk zag iets in Brood dat anderen niet zagen. Hij keek verder dan de harddrugs en het kinderlijke, onzakelijke gedrag dat Herman al vaker een aanstelling in een band had gekost en besloot zijn manager te worden. Regisseur Jean van de Velde (De Kleine Blonde Dood, Lek) heeft er voor gekozen om in deze eerste lange speelfilm over het leven van Herman Brood vooral het verhaal van Koos te vertellen. Nagenoeg alles laat hij zien door de ogen van Broods manager, een keuze die op zichzelf prima te verantwoorden is. Helaas pakt Van de Veldes benadering van het onderwerp niet goed uit.

Van meet af aan is duidelijk dat Wild Romance niet hét verhaal van Herman, maar een verhaal van Herman vertelt. De toon van de film is vanaf het begin al sterk gekleurd. De introductie van de belangrijkste personages in het Groningse Winschoten, waar Koos zijn kroeg had, is bijvoorbeeld zo kluchtig dat je je verdwaald voelt in een komedie. Het accent van Marcel Hensema als Koos is daar flink debet aan, want dat is zo dik aangezet dat het een persiflage lijkt. Een waarachtige levensschets verwacht je op dat moment niet meer, maar als Koos ook nog eens terloops de camera in kijkt en het publiek aanspreekt, vervalt Wild Romance in het andere uiterste van de karikatuur.

De film volgt de beginjaren van de carrière van Brood vanaf de ontmoeting met Koos. In vogelvlucht zien we hun gezamenlijke avonturen waaronder de opnames van de eerste twee albums, de hit Saturday Night, het optreden in Paradiso, de film Cha Cha met Nina Hagen en tenslotte de mislukte tournee door de Verenigde Staten. De dialogen zijn daarbij tot een minimum beperkt en ieder stil moment in de film is dichtgeplaveid met muziek. En dat levert in dit geval de beste scènes op, want de concertregistraties zijn mooi in beeld gebracht en geven de film de pit die het nodig heeft. De mimiek en zangstem van Daniël Boissevain zijn adequaat en vormen een welkome afwisseling van zijn wel erg eendimensionale karakterisering van de zanger.

Zowel in stem als in gedrag heeft de Boissevain niet geprobeerd om de ware Brood zo dicht mogelijk te benaderen. Het schichtige, wat gekromde loopje van de zanger is wel treffend, maar verder is het - zoals de film zelf - meer een ode aan, dan een realistisch portret van het leven van de muzikant geworden. Toch wringt met name de oppervlakkige benadering. Natuurlijk staat het iedere regisseur vrij om zijn eigen invulling te geven, maar tijdens Wild Romance heb je nergens het gevoel dat het unieke van Neerlands enige echte rock-‘n-roll junkie waarlijk eer wordt aangedaan. Daarvoor is de verbeelding te vrij, te kluchtig en te oppervlakkig.