Recensie

Il Caimano (2006)

Je zou willen dat zijn boodschap zo onomwonden was als die in het fictieve Il Caimano.

in Recensies
Leestijd: 4 min 29 sec
Regie: Nanni Moretti | Cast: Silvio Orlando (Bruno Bonomo), Margherita Buy (Paola Bonomo/Aidra), Jasmine Trinca (Teresa), Nanni Moretti (zichzelf/Silvio Berlusconi) e.a. | Speelduur: 112 minuten | Jaar: 2006

Nanni Moretti presenteerde Il Caimano, een film over een film over Silvio Berlusconi, enkele weken voor de Italiaanse parlementsverkiezingen. Zijn doel was om, als een soort Italiaanse Michael Moore, de publieke opinie zodanig te beïnvloeden dat Berlusconi, de aalgladde mediamagnaat die politicus werd, zich gedwongen zou zien af te treden als premier. De film was in Italië een groot succes en even later won de linkse partij van Romano Prodi de verkiezingen. Of dat betekent dat Il Caimano slaagde waar Fahrenheit 9/11 faalde, valt te betwijfelen. Waar Moore direct en nogal onbehouwen de aanval op George W. opende, is Moretti’s boodschap verpakt in zoveel schokdempend materiaal, dat het moeilijk is voor te stellen hoe hij veel impact kan hebben gehad. De film-in-de-film, die ook Il Caimano heet en wel zonder omhaal zijn tanden in Berlusconi zet, lijkt eigenlijk veel interessanter. Maar die komt helaas maar sporadisch aan bod.

Moretti’s protagonist is niet Berlusconi zelf, maar Bruno Bonomo, een producent van B-films wiens glorietijd alweer dertig jaar achter hem ligt. Toen maakte hij films als Cataratte, waarin de amorele heldin Aidra (gespeeld door Bruno’s vrouw Paola) slachtingen aanrichtte onder allerlei links-intellectualistisch gespuis. Toen werd hij uitgemaakt voor fascist, maar wisten de mensen tenminste nog wie hij was. Nu kan hij alleen nog geld verdienen door zijn studio uit te huren aan thuiswinkelprogramma’s. Privé gaat het ook al niet best: Paola wil van hem scheiden en hun twee zoontjes lijken besmet te raken met Bruno’s neurotische trekjes. Liever dan de werkelijkheid onder ogen te zien vlucht Bruno met hen in een fantasiewereld: voor het slapen gaan vertelt hij ze, tot in de bloederige details, hoe het Aidra verder vergaat.

Dan schuift een jonge moeder met haar baby op de arm hem een filmscript toe: Il Caimano. Omdat hij toch niks beters te doen heeft, begint hij het door te lezen. Wij zien wat Bruno in zijn verbeelding ziet: een zelfgenoegzame, kalende zakenman kijkt tevreden toe hoe een enorme koffer met geld door het plafond van zijn kantoor komt vallen. Zijn bureau breekt in tweeën door het gewicht van de koffer en vele miljarden lires vliegen in het rond. De zakenman – de Kaaiman – staat lachend als een kind temidden van de neerdwarrelende biljetten. Maar waar komt al dat geld vandaan? Dat is de vraag die steeds weer opduikt, terwijl de Kaaiman woonwijken uit de grond stampt, voetbalclubs opkoopt en televisiestations lanceert. Waar komt al dat geld vandaan, vragen zijn criticasters, om vervolgens door de Kaaiman te worden ingelijfd met behulp van vette salarischeques.

Waar het geld vandaan komt laat zich wel raden. Al jaren worden er vraagtekens gezet bij de snelle opkomst van Berlusconi in de jaren zestig, waarbij veelvuldig is gezinspeeld op de rol van de maffia. Intrigerender is de vraag hoe de Italianen zich meer dan dertig jaar lang door iemand als Berlusconi hebben kunnen laten piepelen. Enkele fragmenten van beruchte tv-optredens die Moretti in de film verwerkte, spreken wat dat betreft boekdelen, evenals het door Berlusconi min of meer toegegeven feit dat hij de politiek inging om faillissement en strafrechtelijke vervolging te ontlopen. Hoe kon zo’n narcistische, ongemanierde boef de koers van Italië zo naar zijn hand zetten?

Moretti laat Bruno Bonomo zijn landgenoten vertegenwoordigen om tot een antwoord te komen. Bruno is een kinderlijke, kleinzerige figuur die geen verantwoordelijkheid wil nemen voor zijn eigen leven en alles doet om de realiteit van zijn mislukte bestaan te ontlopen. Bovendien heeft hij een instinctieve hekel aan alles wat links is. Het duurt even voordat hij doorheeft dat Il Caimano over Berlusconi gaat, waarna hij uit schrik op een auto botst. “Ik heb nota bene zelf op hem gestemd!” zegt hij ontsteld tegen zijn medepassagier Teresa, de jonge schrijfster van het script. Waarop de gedupeerde voorligger hem vol ongeloof van repliek dient: “En dat zeg je dan ook nog eens hardop!”

Teresa daarentegen vertegenwoordigt de hoop van Italië: de jongere generatie die niet bang is om zich uit te spreken tegen figuren als Berlusconi en minder verkrampt tegen het leven aankijkt. Onze taak, zo luidt Moretti’s boodschap aan zijn generatiegenoten, is om deze jonge mensen te helpen hun doel te bereiken. Dat is de manier om Italië weer de goede kant op te sturen. Het is een mooi statement, dat helaas bijna verloren gaat temidden van het ietwat banale echtscheidingsdrama en de tragikomische verwikkelingen rond het verfilmen van Teresa’s script. Door zich te concentreren op Bruno en zijn gezin blijft Moretti dicht bij zichzelf (hij is tenslotte de man achter het sobere, veelgeprezen familiedrama La Stanza del Figlio), maar zijn aanpak leidt teveel af van wat zijn film interessant maakt: de kritiek op Silvio Berlusconi. In de finale maakt Moretti veel goed door weer terug te keren naar Teresa’s Kaaiman en zelf in diens huid te kruipen. Nadat hij - anders dan in de werkelijkheid - door een rechtbank is veroordeeld tot een gevangenisstraf, haalt de Kaaiman nog eens vlijmscherp uit naar zijn vijanden. In de laatste beelden van de film zien we hoe hij ondanks zijn veroordeling toch nog als winnaar uit de bus komt. Een indrukwekkend zwart einde, dat je doet wensen dat Moretti’s film meer op die van Teresa leek.