Tickets
Recensie

Tickets (2005)

Dankzij een redelijke dosis humor en weinig pretenties weten vooral de laatste twee segmenten toch behoorlijk te overtuigen.

in Recensies
Leestijd: 2 min 27 sec
Regie: Ermanno Olmi, Abbas Kiarostami, Ken Loach | Cast: Carlo Delle Piane , Valeria Bruni Tedeschi , Silvana De Santis , Filippo Trojano , Martin Compston, e.a. | Speelduur: 115 minuten

Shorts, ook wel korte films, zijn het weeskindje van de cinema. Terwijl iedereen klaagt over de blaasonvriendelijke lengte van King Kong en consorten verpietert de gemiddelde short ergens op een obscuur festivalletje in de provincie. Een bioscoopbezoek staat voor veel mensen gelijk aan een avondje uit, en dan wil je niet na vijftien minuten alweer in de foyer belanden. Wie kan er ook maar één van de huidige genomineerden voor de Oscar voor de beste korte film opnoemen?

Oplossing: het drieluik. Vorig jaar leverde dit principe onder meer het erg wisselvallige Eros op, en nu is het de beurt aan filmhuislievelingen Ermanno Olmi, Abbas Kiarostami en Ken Loach om ons een half uur lang een kijkje te gunnen in een treincoupé. Een opvallende keuze, want de drie regisseurs lijken stuk voor stuk een enorme hekel te koesteren voor dit vervoersmiddel. Het is er druk, de mensen zijn irritant en je zakken zijn zo gerold.

Olmi’s rijke zakenman had dan ook liever het vliegtuig genomen, en moet nu genoegen nemen met twee (anders zit je zo krap) zitplaatsen in de eerste klas. Aldaar begint hij na te denken over de 'Brief Encounter' die hij op het station had. Het is het meest pretentieuze, maar ook het meest uitgewerkte deel van de film.
Dit in tegenstelling tot Kiarostami’s deel, dat zich ook bezighoudt met een onverwachte ontmoeting, maar een totaal andere benadering kiest. Het verhaaltje over een Judi Dench-achtige bitch, haar jongere reisgenoot en zijn verleden is een stuk subtieler, en leunt vooral op de memorabele personages en sterke dialogen, zonder echt ergens uit te blinken.
Als uitsmijter is er dan nog het segment van Ken Loach, die de vervelendste volksstam op aarde, Schotse voetbalsupporters, een hoofdrol gunt. Loach zou Loach niet zijn zonder een confrontatie tussen culturen en hij richt zich dan ook meer op de plot dan zijn twee vakbroeders. Na een komisch begin lijkt zijn verhaal een beetje te verzanden in politiek correct gebazel, maar het prima acteerwerk en een toffe twist aan het einde maken dit het meest bevredigende deel, en dus de perfecte afsluiter.

Ieder drieluik heeft onvermijdelijk een segment dat beter is dan de rest en een stuk dat minder is dan de rest. Tickets is daarop geen uitzondering, maar het heeft wel een extra troef achter de hand. Doordat alles zich in één trein af lijkt te spelen, ontstaat er meer samenhang tussen de verhaaltjes. Als de ene hoofdpersoon uitstapt gaan de anderen net zitten, waardoor de schijn wordt gecreëerd dat het een doorlopend verhaal betreft. Dat doet niets af aan de pretenties van Olmi’s luik, de alledaagsheid van Kiarostami’s verhaal of de gekunsteldheid van Loach’ stuk, maar het brengt alle drie delen bij elkaar, zodat ze samen uiteindelijk toch nog een verrassend uitgebalanceerde film vormen.