Harry Potter and the Goblet of Fire
Recensie

Harry Potter and the Goblet of Fire (2005)

De plot wordt niet echt vooruit gestuwd, waardoor het een wat lange film is.

in Recensies
Leestijd: 3 min 31 sec
Regie: Mike Newell | Cast: Daniel Radcliffe (Harry Potter), Emma Watson (Hermione Granger), Rupert Grint (Ron Weasley), Michael Gambon (Albus Dumbledore), Brendan Gleeson (Mad Eye Moody) e.a. | Speelduur: 157 minuten

Vergeleken bij Frodo uit The Lord of the Rings is Harry Potter natuurlijk een watje. Af en toe eens een slang, een driekoppige hond of in dit geval een draak; ieder gevaar trotseert hij met gemak om vervolgens verbaasd te zijn over hoe gemakkelijk dat ging. Echt afzien komt er niet bij kijken. Dat litteken lijkt zowel zijn ergste kwelgeest als zijn reddende engel. Het noodlot redt hem toch wel, hij balanceert nooit écht op het randje van de dood. Maar de taak die hem in The Goblet of Fire te wachten staat is er een van een heel ander niveau. Een die met de voettocht naar Mount Doom kan concurreren. Hoe vraagt hij dat schattige Aziatische meisje Cho mee naar het bal?

Het vierde deel uit de reeks is zowel een spektakelstuk als een hormonencircus. Kleine kinderen worden groot en die oogjes turen nu regelmatig een heel andere kant op dan naar oplossingen of aanwijzingen voor allerlei soorten raadsels. Ron’s vaste one-liner “bloody hell”, wordt nu uitgesproken met de overslaande stem van een volbloed puber. Als Hermione tijdens het bal de trap afkomt in een verpletterende galajurk, vergezeld door de meest begeerde Quidditch-speler uit Bulgarije, staan haar twee maatjes stomverbaasd aan de grond gebeiteld. Dat wijsneusje is toch eigenlijk wel erg aantrekkelijk. Kriebels in de onderbuik en jaloezie zijn ineens even grote vijanden als Hij-Die-Niet-Genoemd-Mag-Worden, al is deze in de gedaante van acteur Ralph Fiennes zonder neus toch behoorlijk angstaanjagend.

Harry Potter and the Goblet of Fire mag dan bij tijd en wijle een heuse high school-film zijn, een jaar op Hogwarts mag natuurlijk niet zonder excentrieke professoren en merkwaardige geheimen verlopen. Na een desastreus verlopen WK Quidditch (kort in beeld, snel weer door) is de rode draad door het vierde schooljaar het Triwizard Tournament, waarin vertegenwoordigers van verschillende scholen een drietal bizarre uitdagingen moeten aangaan. De vuurbeker uit de titel spuugt de briefjes met de kandidaten uit en ook Potter zit ertussen. Een opvallende keuze, want hij heeft zich én niet aangemeld én is niet bevoegd om mee te doen. Dumbledore ruikt bedrog en gevaar, maar trekt de beslissing niet in. Medestudenten en beste vriend Ron kijken hem argwanend aan. Potter zelf is met stomheid geslagen, maar ziet zich noodgedwongen mee te doen. De bekers wil is wet.

De Britse regisseur Mike Newell (Four Weddings and a Funeral en Mona Lisa Smile staan op zijn wisselende cv) weet de actie vaardig in beeld te brengen, maar brengt met zijn komst ook weinig verrassingen voor de franchise mee. Hoe fraai de techniek ook is, Potter op zijn bezemsteel versus het kwaad in verschillende gedaantes is een ingrediënt waar we aan gewend zijn geraakt. Misschien dat daarom wel het gepuber en geflirt de meest gedenkwaardige scènes oplevert. Er is veel geschreven over de steeds duisterder wordende toon van de reeks, maar in The Goblet of Fire staat daar veel vrolijkheid tegenover. Kwalijker is dat Newell het meest gevoelsarme deel op zijn naam heeft staan, want hoewel de personages zichtbaar en in fysieke zin zijn gegroeid, is van emotionele ontwikkeling geen enkele sprake.

Steeds een nieuwe regisseur is een nobel streven, maar het zou wonderen verrichten eens een andere scriptschrijver aan het werk te zetten. Steve Kloves zit duidelijk nog steeds bij J.K. Rowling onder de plak en durft bij het bewerken maar niet wat meer afstand te nemen van haar boeken. Het is een logische tactiek om de fans tevreden te houden, maar met meer lef zouden de films korter, krachtiger en samenhangender kunnen worden. Probleem blijft dat ook The Goblet of Fire weer bestaat uit losse, op zichzelf staande stukjes, die maar geen vlot geheel willen worden. Miranda Richardson is als roddeljournalist Rita Skeeter een aangename verschijning, maar rekt met haar aanwezigheid de lengte uit zonder de plot vooruit te helpen. Zo duren 157 minuten wel heel erg lang. Willen ze deze lessen meenemen naar The Order of the Phoenix dan mogen ze wel opschieten. De kindersterren zijn straks letterlijk uit hun tovergewaden gescheurd, met daarna nog twee delen in het vooruitzicht.