Ik Wil Gelukkig Zijn
Recensie

Ik Wil Gelukkig Zijn (2016)

Regisseur Annette Apon brengt Hollands eerste diva Fien de la Mar tot leven.

in Recensies
Leestijd: 2 min 51 sec
Regie: Annette Apon | Speelduur: 70 minuten | Jaar: 2016

Het is dat een theater haar achternaam draagt, anders zou ze buiten strikt artistieke kringen vast al zo'n beetje vergeten zijn geweest. Fien de la Mar was in haar tijd een legendarisch figuur: ze had een ongekend talent voor acteren en zingen, was een telg uit een roemrucht Amsterdams theatergeslacht en werd om haar eigenzinnige gedrag zowel bewonderd als gevreesd. Maar omdat ze haar successen vierde in de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw - toen film in de kinderschoenen stond en er zelden een camera in de schouwburg aanwezig was - is die grootsheid voor een groot deel vergeten. Opgelost in de tijd, behalve voor kenners.

Filmmaakster Annette Apon trok zich dat lot aan, en besloot een documentaire over Fien de la Mar te maken. Het resultaat, Ik Wil Gelukkig Zijn, is een liefdevolle ode aan Hollands eerste diva. Apon maakte het zichzelf lastig met haar onderwerpkeuze. Er was immers weinig bewegend beeld voorhanden en er leeft bijna niemand meer die de in 1965 gestorven actrice van dichtbij heeft meegemaakt. Dus hoe wek je zo'n vrouw tot leven? Apons oplossing was even creatief als elegant: ze maakte een montage van het bestaande film- en fotobeeld en vroeg een aantal hedendaagse acteurs om teksten voor te lezen die tijdgenoten van De la Mar over haar uitspraken. Daardoor ontstaat een levendig beeld van een grillige, maar o zo verleidelijke vrouw.

We weten het: het zijn sterke schouders die de weelde van een grote gave kunnen dragen. En al was Fien beslist geen zwak poppetje, zo laat Apon zien, ze ging aan al die hartstocht en dat onbegrensde talent toch ten onder. "Ze leefde als een diertje", typeerde tekstschrijver Martie Verdenius haar. "Zó onbewust. Ze deed het zomaar goed." Haar vaste pianist zag iets anders: "Toen ik Fien moest begeleiden, heb ik één keer in haar ogen gekeken. Dat heb ik nooit meer gedaan: toen keek ik in twee poelen van vuur." En in de woorden van ex-minnaar Henk Rigters : "Ze was een vlam, losgewaaid van het vuur. Ze brandde aan zichzelf op."

Het karakter van De la Mar wordt op deze manier sterk neergezet; we zien dat deze vrouw, even krachtig als kwetsbaar, even stoer als sensueel, geboren was voor een meeslepend leven. Jammer genoeg zakt de documentaire na pakweg drie kwartier een beetje in. De oprichting door Fien en haar man Piet van theater De La Mar, de ondergang daarvan, haar nadagen op het toneel, de eenzaamheid en uiteindelijk haar zelfmoord: het wordt er al te snel doorheen gejast. Waarschijnlijk was er uit die tijd nóg minder beeld voorhanden, maar dat maakt het gemis er niet minder om.

Ter verlevendiging vroeg Apon actrice Johanna ter Steege om een tekst voor te dragen over het bombardement op Rotterdam. De la Mar sprak of zong dezelfde woorden vlak na de oorlog, en dat optreden moet een hoogtepunt zijn geweest uit haar loopbaan. De beelden van Ter Steege die opgemaakt wordt, haar zinnen oefent en ze voordraagt, doen echter gekunsteld aan en leiden meer af van het onderwerp dan het te ondersteunen.

Ondanks die makken biedt Ik Wil Gelukkig Zijn een zeldzaam inkijkje in de vaderlandse toneel- en film wereld uit de eerste helft van de vorige eeuw, en zet het één van de belangrijkste figuren uit die tijd weer eens in de schijnwerpers. Terecht, want Fien en de vergetelheid, die twee zouden niet samen mogen gaan.