The Purge: Election Year
Recensie

The Purge: Election Year (2016)

Derde uiting in de beangstigende dystopiereeks is wederom sterker en controversiëler dan het voorgaande deel, maar laat nog steeds veel potentie liggen.

in Recensies
Leestijd: 4 min 3 sec
Regie: James DeMonaco | Cast: Frank Grillo (Leo Barnes), Elizabeth Mitchell (Senator Charlie Roan), Mykelti Williamson (Joe Dixon), Joseph Julian Soria (Marcos), Betty Gabriel (Laney Rucker), Terry Serpico (Earl Danzinger), Edwin Hodge (Dante Bishop), Kyle Secor (Minister Edwidge Owens), Ethan Phillips (Chief Couper), Brittany Mirabile (Kimmy), e.a. | Speelduur: 105 minuten | Jaar: 2016

Na een tweejarige rustpauze keert de Purge weer terug, de jaarlijkse vrije moorddag zonder consequenties, ditmaal met een politiek tintje. De elite en corrupte regeringsleden laten niet alleen subsidieslurpende arme mensen uitgeroeid worden, maar ook de politieke moraalridders die het proberen te stoppen. Wederom is de insteek vrij creatief en sadistisch; The Purge: Election Year blijft een horrorachtige neowestern waarbij schietpartijen worden aangemoedigd, onder het mom van Amerikaanse rechten en sociaal Darwinisme. Dit jaar lijkt de filmserie controversiëler dan ooit, met thrillermomenten die angstvallig dichtbij de realiteit komen.

Voorgangers The Purge en The Purge: Anarchy werden dankzij de combinatie van een origineel concept en een laag budget een soort mini-kaskrakers. Toch waren de films geen meesterwerken en werden ze teruggehouden door een kleinschalig gevoel, B-filmachtige dialogen en goedkope schrikmomenten. Bovendien maakten de films er topsport van om zoveel mogelijk deus ex machina’s op een rijtje te krijgen. Gelukkig neemt James DeMonaco de natuurlijke selectie van de serie ter harte en verbetert hij in iedere sequel meerdere pijnpunten. Anarchy maakte gehakt van de kleinschaligheid en oninteressante personages door Frank Grillo een rol te geven als een nonchalante badass die zich een weg moet banen door de stad. Election Year opteert vooral voor een sterkere opbouw.

De film neemt zijn tijd en introduceert Joe als eigenaar van een lokaal winkeltje, Laney als pacifistische hulpverlener, Charlie Roan als idealistische presidentskandidaat en Leo Barnes is terug als haar persoonlijke beveiliger. Dit groepje protagonisten wordt niet meer voortdurend gered door willekeurige omstanders met een goed gevoel voor timing. Reddingsmomenten ontstaan juist doordat de verhaallijnen en personages elkaars pad kruisen, dus geen onverdiende plottwists meer die uit het niets komen. Ook de dialogen komen een stuk minder tenenkrommend en geforceerd over, vooral Mykelti Williamson maakt scènes vermakelijk door geloofwaardig te reageren en biedt een redelijk inleefbaar personage.

Door de jaren heen is DeMonaco duidelijk gegroeid en heeft hij geslepen aan de Purge-formule om keer op keer betere films af te leveren. Op technisch vlak is Election Year dan ook de beste van de drie. Als het aankomt op het prikkelen van de hersencellen of het laten rillen van de ruggengraat is er echter nog genoeg ruimte voor verbetering. Election Year heeft namelijk een keus te maken tussen een satirische aanpak of sociaal commentaar en gaat op twijfelachtige wijze voor beide. Het ene moment wordt moordtoerisme geïntroduceerd als ludiek element of wordt de filmversie van de NRA prekend en moordend in een kerk neergezet. DeMonaco kiest er echter net zo vaak voor om op een veel serieuzere wijze te preken dat geweld in Amerika alleen maar om geld draait en dat de corrupte regering fanatieke moordenaars in spe daarom faciliteert. De verschillende tonen versterken elkaar niet, maar leiden juist tot disharmonie .

Tevens is de film vrij krom in zijn weergave van rechtvaardigheid. Wanneer de regering militairen op de idealistische politica afstuurt omdat zij een dreiging vormt, worden de intenties van de regering duidelijk geframed als kwaadaardig. Vervolgens wordt een stel tienermeisjes die een lokaal winkeltje bedreigen genadeloos afgeknald door de ‘helden’ voordat de meisjes ook maar één serieus schot gelost hebben. Dit wordt geportretteerd als keiharde gerechtigheid, gezien de hardwerkende man achter de toonbank en de agressieve meiden die vroegen om een corrigerende tik. Het is zonde dat een film die duidelijk probeert iets te zeggen over gerechtigheid en wapenwetten, zelf ook geweld goedpraat wanneer het mooi uitkomt. Hypocrisie wordt heel eventjes aangekaart door een van de hoofdpersonen, maar in een geheel andere context, waarmee een mooi thema grotendeels genegeerd wordt.

Mocht je toch weinig verwachtingen hebben van een diepere laag, dan valt er soms te genieten van de constante actiemomenten in de gestoorde anarchistische wereld die de film neerzet. Toch is de actie vrij wisselend van kwaliteit. Een enkele scène met kerstachtig verlichte auto’s, sweet-sixteen-meisjes en een shotgun biedt brute en prima gefilmde actie. Dit is echter in groot contrast met de reguliere vuistgevechten en confrontaties in de rest van de film, deze worden vrijwel altijd gefilmd met stereotiepe schuddende camera’s om de matige choreografie te verhullen.

The Purge: Election Year is best aardig te pruimen wanneer het concept helemaal tot uiting komt. Toch zijn de diepere laag, de ludieke elementen en de actie wederom niet van het benodigde niveau om van The Purge-franchise echt een aanrader te maken. Sneuvelen er in de toekomst nog meer zwakke elementen, dan krijgen we misschien alsnog een Purge-film die zijn potentie waarmaakt. Tot die tijd zullen we het moeten doen met matig uitgevoerde tussendoortjes die het voornamelijk van het interessante concept moeten hebben.