Sing Me a Song
Recensie

Sing Me a Song (2019)

De boeddhistische monnik die uitkeek naar de komst van internet staat centraal in dit confronterende portret over vooruitgang.

in Recensies
Leestijd: 3 min 19 sec
Regie: Thomas Balmès | Scenario: Thomas Balmès | Cast: Peyangki, Ugyen e.a. | Speelduur: 100 minuten | Jaar: 2020

Je ziet niet zo vaak meer dingen die je nog nooit hebt gezien. Oud worden, maar vooral het internet eet zich gretig een weg door de opwinding van het iets voor de eerste keer zien. In één internetsessie kan je tegelijk voor het eerst walvissen zien, voor het eerst al je geld verliezen en voor het eerst een blauwtje lopen. Hoe anders was het tien jaar geleden voor de toen achtjarige Peyanki. Hoog tussen de besneeuwde bergtoppen van Bhutan waren hij en zijn medekloosterlingen afgesloten van de buitenwereld. En daarmee van een heel grote berg dingen die je voor het eerst ziet. Geen wegen, geen elektriciteit, geen internet. Puur en geïsoleerd op weg om de volgende lama te worden.

In Happiness leerden we deze Peyanki kennen omdat regisseur Thomas Balmès inzag dat daarboven in het stadje Laya, hoog weggeborgen in de weerbarstige Himalaya, een klooster lag dat op het punt stond zijn puurheid te verliezen. Wegen en elektriciteit, en daarmee televisie en internet, stonden op dat moment letterlijk voor de deur. Er werd teer gesmolten en de elektriciteitsmasten werden geheven. Het onschuldige en balsturige schoolkind Peyanki zag het voor zijn ogen gebeuren en reageerde met de wijsheid van de monnik die hij later wilde worden: "Ik wil als ik monnik ben betalen voor elektriciteit."

Voor Sing Me a Song keert Balmès tien jaar later terug naar Laya en Peyanki. De microkosmos van de school van Boeddha biedt een belachelijk goed kijkje in de snelkookpan van vooruitgang. Peyanki staat inmiddels op de drempel van volwassenheid. Hij bidt en studeert nog alle dagen. De regelmaat is hetzelfde, maar de toewijding lijkt anders. Waar zijn leven spiritueel nog is overgegeven aan Boeddha, is het fysiek in handen van de smartphone. Of de smartphone in handen van hem.

Van het moment dat hij gewekt wordt door de smartphonewekker tot het moment dat hij de slaap niet kan vatten omdat hij via WeChat verliefd is geworden op een stadsmeisje dat zich uren rijden bij hem vandaan bevindt, is de telefoon verkleefd aan zijn vingers. Zelfs tijdens het uitspreken van de mantra's blijven zijn ogen gefixeerd op het scherm. De komst van het internet heeft de taken van de meesters van het klooster onmogelijk gemaakt. De studerende jongens zijn alleen nog fysiek aanwezig. Mentaal zijn ze verdwenen in het wijde en ongelimiteerde web van dingen voor de eerste keer zien.

Sing Me a Song is net als Happiness een documentaire. De beelden van de groteske bergen, kleurrijke gewaden en flakkerende kaarsen zijn minstens zo mooi als in 2013 en Peyanki heeft zijn verlokkelijke eigenzinnigheid niet verloren. Die eigenzinnigheid lijkt echter het enige dat fungeert als scheidslijn tussen een documentaire en een actief geregisseerde fictiefilm. Balmès neemt wellicht niet zelf het initiatief tot de dingen die zich op het scherm en in Bhutan ontvouwen - daar moet je als kijker tenminste op kunnen vertrouwen - maar hij is wel duidelijk merkbaar de eerste die luidkeels zijn instemming geeft bij ieder idee dat zijn 'boy meets world'-agenda interessant maakt.

Zo is het haast dubieus hoe de regisseur zijn hoofdrolspeler hardop laat dromen over het stadsmeisje van WeChat, terwijl hij, en met hem de kijker, inmiddels weet dat de werkelijkheid een stuk ingewikkelder is en een stuk minder glimt dan de jongensdroom. Deze ietwat cynische filmhouding zorgt voor een wrang bijsmaakje. Maar Balmés houdt heel mooi het midden tussen de regisseur die de leeuwen voor zijn camera het zebrakalf laat verschalken en de regisseur die het zebrakalf uit de dierentuin haalt en aan de leeuwen voert. Balmés passief-agressieve regie is een tegelijk onmiskenbaar en onmisbaar onderdeel van het verhaal. Het verhaal dat toch ook vooral gaat over vooruitgang en maakbaarheid van geluk. Peyanki is veranderd van een jochie dat wilde betalen voor elektriciteit in een man die betaalt voor elektriciteit. Het blijkt echter niet alleen geld te zijn dat hij ervoor betaalt.