Strijder
Recensie

Strijder (2022)

Twaalfjarige Dylan zit in een rolstoel, maar wil voetbalprof worden.

in Recensies
Leestijd: 2 min 48 sec
Regie: Camiel Schouwenaar | Scenario: Camiel Schouwenaar en Job Tichelaar | Cast: Maik Cillekens (Dylan), Anouar Kasmi (Youssef), Martijn Fischer (Dennis), Walid Benmbarek (Tarek), Maartje van de Wetering (Marjan), Mohammed Tijani (Mimoun), Kailani Busker (Maya), Soufiane Touzani (Touzani), e.a. | Speelduur: 90 minuten | Jaar: 2022

Dylan ademt voetbal, hij eet voetbal en hij leeft voetbal. Op zijn twaalfde heeft hij maar één doel voor ogen, en dat is profvoetballer worden. Hij praat alleen in spelanalyse, ziet willekeurige mannen met een das in clubkleuren aan voor een talentscout en weet helemaal zeker dat hij - bijna eigenhandig - de beker gaat pakken bij het straattoernooi van Soufiane Touzani. Het is ook tijdens een balletje trappen, dat hij per ongeluk voor een rijdende auto stapt.

In eerste instantie blijft Dylan nog volhouden dat hij zijn dwarslaesie wel in een paar maandjes te boven komt. Maar hoe langer, hoe pijnlijk duidelijker wordt dat zijn droom in duigen ligt. Pa Dennis, die ook zijn trainer is, kan maar moeilijk toezien hoe Dylan zijn lot probeert te ontkennen. En ook groeit de frustratie bij de jongeman, wanneer hij maar moet toezien hoe zijn beste vriend Youssef nog wel de droom kan najagen die ook de zijne was. Strijder is een jeugdfilm over trauma, herontdekking en giftige omgangsvormen.

Het verhaal is mede gebaseerd op de persoonlijke ervaringen van scenarist Job Tichelman, en het is ook geen toeval dat Soufiane Touzani in de film zit. Deze balkunstenaar en beroepsmatige topgozer - zie Touzani TV op YouTube - heeft op zestienjarige leeftijd te horen gekregen dat hij scoliose had, waarna hij een metalen pin in zijn rug kreeg en een jaar niet mocht voetballen. Hij is het schoolvoorbeeld van iemand die heeft leren omgaan, en zelfs floreren, met een medische tegenslag.

Maik Cillekens is geen typische hoofdrolspeler in een jeugdfilm, niet zo'n onuitputtelijk vat theatrale energie dat al veel te jong tot bloei is gekomen en schreeuwt om een filmrol. En dat maakt hem eigenlijk wel een beetje perfect voor deze rol. Hij voelt simpelweg authentiek als een eigenwijs Rotterdammertje met een veel te grote bek. Maar ook innerlijke pijn weet hij over te overbrengen, zelfs wanneer zijn personage Dylan die probeert te verbergen. Het is duidelijk dat regisseur Camiel Schouwenaar precies wist wat hij van Cillekens wilde en hoe hij dat uit hem kon krijgen.

Een opmerkelijke kwinkslag in het verhaal is voetballer Touzani die zichzelf speelt, maar dan vooral ook als een soort denkbeeldig vriendje van Dylan, op de momenten wanneer hij de grootste behoefte heeft aan een brok positiviteit. Want aan de ene kant is het totaal niet erg dat Touzani duidelijk geen acteur is. Hij barst namelijk wel van het natuurlijke charisma, en weet met een paar woordjes en een brede grijns de camera geheel in te palmen. Zij rol is alleen op scriptniveau raar, wanneer hij iets eerst als fantasiefiguur zegt - "Hé, strijder!" - en later ook als zijn echte zelf. Het is van dat net wat te grote toeval dat je uit de film haalt.

Maar behalve een aangrijpend verhaal met een paar vergeeflijke minpuntjes is Strijder vooral ook een moderne vertelling. Waarin de schreeuwende voetbalvader langs de kant wordt geproblematiseerd. Waarin een Rotterdams jeugdelftal een realistische mix van verschillende achtergronden heeft. En waarin het ook oké is dat mannelijke personages hun gevoeligheid tonen. Ook aan elkaar. Zelfs al ligt er nog wel een laagje stoerheid overheen.