Prey for the Devil
Recensie

Prey for the Devil (2022)

Gaat weer een stapje verder in exorcisme-onzin, maar gelukkig kort en vermakelijk.

in Recensies
Leestijd: 3 min 21 sec
Regie: Daniel Stamm | Scenario: Robert Zappia | Cast: Jacqueline Byers (Sister Ann), Virginia Madsen (Dr. Peters), Christian Navarro (Father Dante), Posy Taylor (Natalie), Colin Salmon (Father Quinn), e.a. | Speelduur: 93 minuten | Jaar: 2022

Een serieuze film over duivelse uitdrijvingen moet iets te bieden hebben wat voorgangers niet hadden. Menig film binnen dit subgenre kiest ervoor om uitbundiger te zijn in het tonen van paranormale extremiteiten. Kaken die wijder open gaan, ruggengraten die verder kunnen buigen, en zelfs tegen muren opklimmen - in hoeverre is dit nog eng in plaats van lachwekkend? Prey for the Devil gaat ook voor deze optie. Het resultaat is over de top en daar voorbij.

Na een moeilijke jeugd kiest Ann voor een nonnenbestaan. Ze is net aangenomen bij een 'exorcismeschool' waar ze potentiële bezetenen verpleegt. Uitdrijvingen doen mag niet, want dat is uitsluitend voor mannen. Kort na haar komst beginnen sommige patiënten dingen te zeggen die haar doen denken aan wat haar gestoorde moeder als kind tegen haar zei. Zuster Ann wil niet aan de zijlijn staan en eist een kans om exorcist te worden. Dat mag, en ze blijkt er zowaar uitzonderlijk talent voor te hebben. Dat komt toevallig ook net goed uit, want de hel staat op losbarsten.

In 1973 kwam The Exorcist uit. Mensen stonden letterlijk uren op straat in de rij om hem te kunnen zien. Op YouTube is er een informatief filmpje over te vinden. Het was niet de eerste film die iets liet zien over het uitdrijven van demonen, maar wel de eerste die zich er volledig op toelegde. Dat had flinke impact op de kijkers.

Hoe maak je het daarna dan nog enger? Veel filmmakers denken dat dit lukt met bovennatuurlijk stuntwerk, en ergens is dat logisch: er zit een bepaalde energie in dingen die vreemd zijn. Inmiddels is alles mogelijk met behulp van de computer, en daarmee is dit soort films doorgeslagen. In Prey for the Devil halen bezetenen Spider-Manachtige capriolen uit, kunnen zich volledig dubbelvouwen en met half afgesneden gezicht doorpraten zonder verandering van stemgeluid.

Dat is niet meer eng, het is gewoon flauw. De film is juist enger op momenten dat je weet dat er een schrikeffect aan zit te komen. Ja, dat gaat vaak op de clichématige manier van een personage alles heel langzaam laten doen, maar je wordt er evengoed nerveus van. Er valt dus wel degelijk iets te griezelen, maar dat is tijdens de kalmere horrormomenten.

Logica is ook ver te zoeken in de rest van het plot: op de school geeft dr. Peters aan dat ze vreemde dingen heeft gezien die uiteindelijk altijd zijn te verklaren. Enkele minuten later is er een hysterisch demonenmoment. Is dit dan soms de allereerste keer ooit dat zoiets gebeurt? Wat de dokter erover te zeggen heeft zullen we nooit weten, want die komt niet meer aan het woord.

Wel leuk is het feministische ondertoontje, al gaat het op de makkelijke manier door mannen als een stelletje onbeholpen klunzen neer te zetten, terwijl Ann bij haar eerste poging al resultaat boekt. Toch is het goed, want we leven nog steeds in een wereld waarin bepaalde beroepen ten onrechte als mannenwerk worden bestempeld. Ook heeft het bezeten zijn een diepere laag. Er schuilt iets in over moederlijke schuld, geen ouder willen zijn of zichzelf onbekwaam achten.

Maar goed, het blijft een simpele horrorfilm, dus al te diep wordt niet geboord. En gelukkig ook niet al te lang. Het verhaal ontwikkelt zich in het heden, maar je krijgt ook wat flashbacks naar Anns jeugd én er komt nog een plottwist voorbij - het tempo houdt je interesse vast. En voordat je het weet ben je bij het laatste half uur, volgt de climax en verschijnt de aftiteling in beeld.

Volgend jaar trakteert regisseur David Gordon Green ons op een nieuwe The Exorcist, volgens zeggen een rechtstreeks vervolg op het origineel. Hetzelfde deed hij met Halloween en daar verdiende hij vast een goede boterham mee, maar hopelijk begrijpt hij dat subtiliteit vele malen enger kan zijn dan een hysterisch CGI-feest zoals dit.