Poltergeist
Recensie

Poltergeist (2015)

Ze zijn (weer) hier…

in Recensies
Leestijd: 3 min 29 sec
Regie: Gil Kenan | Cast: Sam Rockwell (Eric Bowen), Rosemarie DeWitt (Amy Bowen), Jared Harris (Carrigan Burke), Saxon Sharbino (Kendra Bowen), Kennedi Clemens (Madison Bowen), Kyle Catlett (Griffin Bowen), Jane Adams (Dr. Claire Powell), e.a. | Speelduur: 94 minuten | Jaar: 2015

Ondanks zijn iconische status als een van de essentiële films van de jaren tachtig blijft Poltergeist een geval apart. De film werd officieel geregisseerd door The Texas Chainsaw Massacre-regisseur Tobe Hooper, maar draagt de onmiskenbare sfeer van een Spielbergiaanse familiefilm. Het verhaal wil dan ook dat het voornamelijk Spielberg was die als producent de touwtjes tijdens de opnames in handen hield. Dat de film kundig genoeg gemaakt is om dertig jaar na dato nog overeind te blijven, staat buiten kijf, maar voor bovengetekende zal Poltergeist altijd in een wat vreemd hoekje van het horrorgenre blijven hangen. Het slag griezelfilm dat je prima kunt bekijken met een nachtlampje aan, gewikkeld in een comfortabele fleecedeken onder het genot van een warme beker chocomel. Dat een horrorfilm aanvoelt als een warm bad vol nostalgie is op zichzelf al een unicum, maar de keuze voor een remake is mogelijk nog curieuzer.

Wie zit te wachten op een écht angstaanjagende uitvoering die het origineel volledig op de schop neemt, is echter aan het verkeerde adres. Qua sfeer en plot blijft Gil Kenans versie namelijk aardig dicht in de buurt van die van Hooper. Ook dit keer verhuist een doorsnee Amerikaans gezinnetje met een tienerdochter en twee kleine koters naar een burgerlijke buitenwijk met een wat dubieus verleden. Aan het hoofd van de familie staat de sinds kort werkeloze vader Eric. Een rol die uitstekend vertolkt wordt door de altijd charismatische Sam Rockwell. Als nukkige huisvader die zo nu en dan een speelse scheut whisky in zijn koffie gooit en zijn kroost liefdevol omschrijft als een stel ‘monsters’, weet hij de op eerste gezicht vrij voorspelbare scènes rondom de geldzorgen en aanpassingsproblemen van de kinderen aangenaam luchtig te houden.

Natuurlijk komt de film pas echt op gang wanneer de kwade geesten in huis de bewoners beginnen te terroriseren. Het grappige is dat ook in deze nieuwe versie de hand van een bekende regisseur als uitvoerend producent te herkennen is, zij het in een wat minder overheersende mate dan bij het origineel het geval was. In de door Sam Raimi geproduceerde remake jaagt Kenan met zichtbaar plezier zijn personages de stuipen op het lijf. Hier en daar bijgestaan door kwaadaardige boomtakken en vieze drabachtige smurrie doet de film bij vlagen zelfs denken aan een gekuiste versie van Raimi’s eigen Evil Dead of Drag Me To Hell. Echt eng of over de top wordt het zelden, maar de film is zeker niet saai. Vooral niet wanneer uiteindelijk de pleuris losbreekt in huize Bowen.

Tegelijkertijd wordt ook gepoogd om met wat nieuwerwetse toevoegingen de remake in de eenentwintigste eeuw te trekken. Waar de Freelings het in het origineel nog moesten stellen met een bescheiden tv-setje, zijn de Bowens van alle moderne apparatuur voorzien. Hoewel het precies het soort geforceerde pogingen om bijdetijds te blijven zijn die doorgaans met een zucht onthaald worden, werkt het in de nieuwe versie gelukkig niet al te afleidend. Er is zelfs een scène waarin een geestenwereld met een drone verkend wordt die vrij aardig uitpakt. Bovendien blijkt de keuze om het geheel in 3D op te nemen voor de verandering weer eens van toegevoegde waarde. Met name de sequenties waarin de camera op spookachtige wijze door het huis heen zweeft leveren een verrassend fraaie beleving op.

Op papier is er dan ook vrij weinig aan te merken op Kenans Poltergeist. Het enige probleem is echter dat wat in 1982 nog vrij nieuw was, we anno 2015 al een stuk vaker gezien hebben. Het maakt de film dermate voorspelbaar dat het hele verloop van het verhaal al op voorhand kan worden uitgestippeld: gezin verkast naar een nieuwe woning, kind praat met dingen die er niet zijn, meubels verschuiven en halverwege de film mag er een karakteracteur opdraven als geestenjager die de boel op moet zien te lossen. Veel verrassingen hebben Kenan en consorten verder niet in petto, maar de degelijke uitvoering, het prima tempo en de aardige vertolkingen houden de film overeind.