Mange tes Morts
Recensie

Mange tes Morts (2014)

Net vrijgekomen dief Fred neemt zijn jongere broers mee op avontuur in het noorden van Frankrijk. Origineel actiedrama over het leven op een Jenisch reizigerskamp.

in Recensies
Leestijd: 3 min 5 sec
Regie: Jean-Charles Hue | Cast: Frédéric Dorkel (Fred), Jason François (Jason), Mickaël Dauber (Mickaël), Moïse Dorkel (Moïse), Philippe Martin (Tintin), e.a. | Speelduur: 98 minuten | Jaar: 2014

Gierende banden, krakende bierblikken en een hoop schor geschreeuw figureren als filmmuziek in dit originele Franse drama. Documentaire en fictie versmelten in het rauwe landschap rond Parijs, een van de thuisregio's van de Jenische: een reizigersvolk uit Centraal-Europa dat zowel religieuze restricties als banale vrijheden tot hun levensmotto heeft gemaakt. Een viertal authentieke jongens rijdt op topsnelheid een onvoorspelbare nacht tegemoet, op zoek naar morgen.

Stof dwarrelt over het vlees aan het spit, als Freds auto in een noodtempo het kamp binnenrijdt dat hij vijftien jaar heeft moeten missen. Hij had geen keuze, vindt hij. De flikken sprongen zelf voor zijn wagen – hij wilde alleen maar brood op de plank voor zijn familie. Zijn moeder drukt de reus aan haar borst en draagt haar familie op rekening te houden met de beleefwereld van een voormalig dief die net uit de gevangenis komt. De kampbewoners kijkend argwanend toe. Het kortgeschoren, hoogblonde koppie van de evangelische neef Moïse staat bezorgd als hij Freds halfbroer aanraadt geen stommiteiten uit te halen. Jason kijkt namelijk met grote ogen naar de teruggekeerde legende die duidelijk wat van het leven weet. Misschien moet hij zijn kleutercriminaliteit ook eens opschalen. Vanavond is de enige optie - een dag voordat hij gedoopt wordt.

Het trage intro dat aan Freds entree voorafgaat, duurt lang: pas met hem komt het kamp tot leven. De misleidende stilte vervloeit in eerlijk lawaai, het statische beeld krijgt wat dynamische schwung. Er wordt gegeten, geproost, gevochten en geknuffeld. Korte shots gaan over in lange scènes en vage dialogen krijgen een geschiedenis. Na een krat bier springen Moïse en Jason in de auto bij opvliegende broers Mickaël en Fred, onderweg naar een koperdiefstal. Het sociale drama ontpopt zich in een paar minuten tot een actiefilm die de kwetsbaarheid van de ogenschijnlijk bikkelharde jongens onthult.

Regisseur Jean-Charles Hue weet hoe hij amateurs als professionele acteurs neer kan zetten. In zijn laatste film La BM du Seigneur (ook over de Dorkelfamilie, Jenische en het kampleven) kon worden geoefend, nu lijken ze volleerd. Hue schijnt veel ruimte te hebben gelaten voor improvisatie en dat maakt het wel en wee van de reizigers realistisch. De standaarden en drijfveren van de jongens zijn soms onbegrijpelijk en tergend naïef, maar er bestaat geen twijfel over dat dit het echte leven is. De film is echter schreeuwerig en chaotisch: de geur van lekkende benzine, brandend rubber en zweterige, ongewassen mannen is bijna te ruiken en het testosteron druipt van het scherm. Humoristische momentjes zorgen voor een adempauze, bijvoorbeeld als allesweter Fred stiekem in een fastfoodrestaurant de weg vraagt of in het kader van zijn ‘Dief zijn voor Dummies’-levenslessen de groep opdraagt zo dicht mogelijk bij de auto te poepen. Zogenaamd artistieke uitspattingen waarin Fred verward naar boomtakken of draaiende ventilatoren staart, bijgestaan door een plotselinge en overbodige soundtrack, werken echter vervreemdend en onderbreken de spanning die zo vakkundig was opgebouwd. Toch blijft het geheel intrigerend.

De titel Mange tes Morts (letterlijk: ‘eet je doden’) verwijst naar de grootste belediging die de kampers kunnen maken. De uitdrukking betekent vrijelijk dat iemand zijn voorouders verloochent. Familie is alles voor de Jenische, net zoals God en vrije keuzes. Hue legt de nadruk op de contradictie tussen die twee waarden. Hij laat zien dat de laatste niet altijd gepaard gaat met helderblauwe watervallen en eindeloze horizonnen, soms is vrij leven grauw, duister en bruut. De levensveranderende rit draagt naast actie- en achtervolgingsscènes een Amerikaans roadmoviesfeertje met zich mee - een zeldzaamheid in de Franse cinema.