Stories We Tell
Recensie

Stories We Tell (2012)

Over de doden niets dan goeds, in deze boeiende, maar wat eenzijdige documentaire van Sarah Polley.

in Recensies
Leestijd: 2 min 39 sec
Regie: Sarah Polley | Cast: Sarah Polley (zichzelf), Michael Polley (zichzelf), Joanne Polley (zichzelf), Mark Polley (zichzelf), Rebecca Jenkins (Diane Polley), Peter Evans (Michael Polley), e.a. Speelduur: 108 minuten | Jaar: 2012

Actrice Sarah Polley is voornamelijk bekend van haar werk voor de camera, maar ook als regisseur timmert ze hard aan de weg. Na een aantal korte films maakte ze in 2006 haar speelfilmdebuut met Away from Her, gevolgd door Take This Waltz in 2011. Beide films verhalen over een complex huwelijk, een onderwerp dat Polley aan het hart gaat. Vandaar dat ze in haar eerste documentaire de camera op haar eigen familie richt. In Stories We Tell gaat Polley op zoek naar haar moeder Diane, die overleed toen ze nog jong was, maar een groot stempel op haar familie heeft gedrukt.

In de zoektocht naar haar moeder laat Polley haar hele familie aan het woord. Als de blonde Polley haar donkerharige broers en zussen introduceert is al snel duidelijk dat de samenstelling van het gezin niet bepaald traditioneel te noemen is. Hoe de vork precies in de steel zit wordt duidelijk naarmate ze verder in het verleden van haar moeder duikt. Daarnaast haalt ze ook oude vrienden en collega’s van haar moeder voor de camera en illustreert ze hun verhalen met door acteurs nagespeelde situaties.

Maar als Polley gevraagd wordt naar haar redenen voor het maken van deze documentaire weet ze daar niet goed antwoord op te geven. Schoorvoetend geeft ze toe dat ze verschillende perspectieven op het leven van haar moeder wilde bieden. Het waarheidsgehalte van een verhaal hangt af van degene die het vertelt, denkt ze. Dat is een interessante notie, maar wel één die in deze documentaire wat vals klinkt: alle geïnterviewden zijn het namelijk roerend met elkaar eens over wat voor soort vrouw Diane Polley was. Er wordt weinig aandacht geschonken aan andere visies. Daardoor worden de verhalen over Diane wat eentonig.

Polley laat juist de invalshoeken weg die een ander, zij het minder positief, licht op het leven van haar moeder hadden kunnen laten schijnen. Vooral de stem van haar vader, Michael Polley, ontbreekt. Ook al is hij de verteller van de documentaire en leest hij voor uit zijn eigen memoires, zijn eigen mening geeft hij maar weinig. Hij is tijdens een groot deel van zijn huwelijk voorgelogen door zijn vrouw, maar ook hij gaat mee in de bijna kritiekloze verering van Diane. Zijn onverschillige houding is frustrerend. De twee beelden die van Diane ontstaan – het ene van een ondergewaardeerde en vrijgevochten vrouw, en de andere van een vrouw die juist met dat gedrag het één en ander heeft aangericht – zijn door Polleys roze bril moeilijk met elkaar te verenigen.

Desondanks slaagt Polley er wel in aan te tonen wat de kracht van een goed verhaal is. De kijker weet ze moeiteloos te betrekken bij haar reconstructie van het leven van haar moeder. Al snel ben je net zo nieuwsgierig naar deze vrouw als Polley zelf. Maar ook bij de mensen voor de camera brengt Polley het nodige teweeg. De herinneringen die ze oproept maken duidelijk emoties los bij de geïnterviewden, emoties die door de universele thema’s als familie en verlies maar al te herkenbaar zijn.