Footnote
Recensie

Footnote (2011)

De Israëlische Oscarinzending vertelt een boeiend verhaal over een vader en een zoon die weliswaar in hetzelfde vakgebied actief zijn, maar wier verschillen onoverbrugbaar lijken.

in Recensies
Leestijd: 4 min 12 sec
Regie: Joseph Cedar | Cast: Lior Ashkenazi (Uriel Shkolnik), Shlomo Bar-Aba (Eliezer Shkolnik), Micah Lewensohn (Yehuda Grossman), Aliza Rosen (Yehudit Shkolnik), Alma Zack (Dikla Shkolnik), e.a.| Speelduur: 103 minuten | Jaar: 2011

Door de enorme hype waarin het Iraanse drama A Separation het afgelopen jaar constant was gehuld, was het natuurlijk ondenkbaar dat een van de andere kandidaten de Oscar voor beste buitenlandse film zou krijgen. En of dit nu de terechte winnaar was of niet, in een situatie als deze mag je A Separation gewoon zijn winst gunnen en blij zijn dat de andere vier door hun nominatie tenminste internationale aandacht hebben gekregen die er anders waarschijnlijk niet was geweest. In Nederland resulteert het in elk geval voor alle vijf genomineerde films in een bioscooprelease, al zit er tussen het uitkomen van het Belgische Rundskop en het Poolse In Darkness (gepland voor september dit jaar) niet minder dan zestien maanden tijdverschil. Het Israëlische Footnote lijkt de minst aansprekende titel van de vijf maar die Oscarnominatie en de prijs voor het beste script die op het filmfestival van Cannes werd toegekend, komen niet geheel uit de lucht vallen.

Eliezer Shkolnik is een academicus van de oude stempel: star, in zichzelf gekeerd en volledig toegewijd aan zijn jarenlange studie van de Talmoed (het op een na belangrijkste boek in het jodendom). Zijn levenswerk heeft hem binnen de academische wereld echter nooit erkenning opgeleverd, omdat zijn rivaal hem door een toevalstreffer ooit net te vlug af was. Ondanks al zijn onderzoek is Eliezers grootste wapenfeit dan ook een aan hem gewijde voetnoot in het werk van een collega. Van een behoorlijk andere orde is zijn zoon Uriel, die in zijn vaders voetsporen getreden is en dus op hetzelfde vakgebied actief is. Hoewel de twee elkaar best kunnen verdragen, is duidelijk dat de onderlinge verschillen vrij groot zijn. De jovialiteit en gemakzucht van Uriel bevallen Eliezer duidelijk in het geheel niet, maar hij is te afstandelijk om zich daar over uit te spreken.

Al zestien jaar wordt Eliezer voorgedragen voor de nationale staatsprijs (wat in Israël zo’n beetje het hoogst haalbare is) maar iedere keer wordt hij gepasseerd, wat zijn verbitterdheid alleen maar versterkt. Totdat hij op een dag dan toch het verlossende telefoontje ontvangt dat hij de prestigieuze prijs zal krijgen. De volgende dag krijgt Uriel op een besloten vergadering verrassend nieuws te horen: niet zijn vader, maar hij is degene aan wie de prijs is toegekend. Ze hebben alleen de verkeerde professor Schkolnik gebeld… Het nieuws heeft de media echter al bereikt en Eliezer heeft zelfs al iets gedronken op zijn overwinning. Uriel kan het dus niet over zijn hart verkrijgen zijn vader van het slechte nieuws op de hoogte te stellen, vooral niet omdat hij hem de laatste jaren qua waardering steeds meer voorbij is gestreefd. Uriels loyaliteit komt echter met een prijskaartje.

Footnote geeft een boeiende inkijk in de academische wereld en durft deze zo nu en dan stevig het vuur aan de schenen te leggen. Zo wordt het achterkamertjesgekonkel ineens behoorlijk letterlijk in beeld gebracht wanneer de vergadering waarvoor Uriel is uitgenodigd, blijkt plaats te vinden in een dusdanig klein hok dat het herhaaldelijk tot een droogkomische situatie leidt wanneer er iemand naar binnen of buiten wil. Deze humoristische tinten bieden echter de omkadering van een uiterst sterk geschreven en geacteerde dialoog tussen Uriel en de rivaal van zijn vader, die niet geheel toevallig het hoofd van de commissie is die jaarlijks de staatsprijs uitreikt.

Maar wat ook helpt zijn enkele subtiele details. Zo zien we Eliezer constant op sportschoenen lopen, wat bij iemand van zijn leeftijd en statuur niet bepaald lijkt te kloppen. De film besteedt hier nooit aandacht aan, maar in contrast met de zichtbare ijdelheid van zijn zoon kan het worden opgevat als een teken van Eliezers onverstoorbare karakter. Waarschijnlijk vindt hij het gewoon lekker lopende schoenen en geeft hij er verder niets om welke indruk hij hiermee wekt; precies het gedrag wat hem in de academische wereld tot zo’n zonderling heeft gemaakt. Je mist er als kijker niet enorm veel aan wanneer je dit soort zaken niet opmerkt, maar het laat wel zien dat de makers hun personages goed overdacht hebben.

De twee hoofdpersonages zijn dan ook waar de film op drijft. Voor beiden wordt je als kijker initieel een behoorlijk andere kant opgestuurd dan waar de film uiteindelijk eindigt. Langzaam maar zeker verschuift de sympathie in het scenario van vader naar zoon, maar de wijze waarop dat gebeurt, voelt behoorlijk naturel. Spijtig dus dat Uriels eigen zoon zo onderontwikkeld blijft. Sporadisch komt hij even in beeld om te laten zien dat hij het loyaliteitsgevoel noch de ambities van zijn vader lijkt te hebben geërfd, maar weinig hiervan voegt iets toe aan de onderlinge verhoudingen. Een jammerlijk verspilde kans, want het had juist erg boeiend kunnen zijn om Uriel zowel met zijn zoon- als vaderrol te zien worstelen. Maar hoewel het verhaal met een focus op drie generaties nog wat interessanter was geweest, blijft het verhaal met twee ervan ook nog zeer de moeite waard.