Hysteria
Recensie

Hysteria (2011)

Een hysterische en ondeugende komedie over de ontstaansgeschiedenis van de vibrator. Het romantische verhaallijntje voegt voor de verandering eens wat toe.

in Recensies
Leestijd: 2 min 35 sec
Regie: Tanya Wexler | Cast: Maggie Gyllenhaal (Charlotte Dalrymple), Hugh Dancy (Dr. Mortimer Granville), Jonathan Pryce (Dr. Robert Dalrymple), Rupert Everett (Lord Edmund St. John-Smythe), Felicity Jones (Emily Dalrymple) e.a. | Speelduur: 100 minuten | Jaar: 2011

Onder de vrouwen van het Victoriaanse Engeland waarde een mysterieuze ziekte rond. De dames leden aan hysterie, een aandoening met een seksuele oorsprong waar symptomen als depressie, prikkelbaarheid en woede-uitbarstingen aan gekoppeld werden. De ongeneeslijke aandoening kon tijdelijk tot rust worden gebracht door middel van massages van het bekken. Dokter Dalrymple heeft zijn hele praktijk er voor omgebouwd en ontvangt ontevreden, veelal welgestelde dames die wel wat verlichting kunnen gebruiken. Bijwerking van de behandeling is een ongekend orgasme dat je dan maar voor lief moet nemen. De zaak loopt zo goed dat hij de jonge werkloze arts Mortimer Granville aanneemt om hem bij te staan. Deze moet wennen aan de behandelmethode en krijgt al snel last van kramp in zijn vingers.

Het uitgangspunt van Tanja Wexlers Hysteria lijkt een wanhopige poging van de filmindustrie om weer eens in extremen te duiken om te kunnen vermaken. Het bizarre is dat deze ondeugende komedie gebaseerd is op historische feiten. Het begint niet voor niets met de disclaimer: ‘Gebaseerd op ware gebeurtenissen. Echt.’ Het zet met deze aankondiging gelijk de toon. De aandoening was eind negentiende eeuw een serieus probleem voor de opgefokte dames. Er is de vernuftige geest van uitvinder Edmund St. John-Smythe, een vriend van Granville, voor nodig om de dames geautomatiseerd van hun problemen af te helpen. Het leidde tot de uitvinding van de vibrator, waardoor de hysterie uiteindelijk in geen velden of wegen meer te bekennen was en de dames voor hun eigen genot konden zorgen.

Wexler weet met haar scenaristen dit haast ongeloofwaardige gegeven samen te laten smelten met een goed getroffen tijdsbeeld, rake humor en een romantisch verhaallijntje dat nu eens niet afgezaagd aandoet. Dalrymple heeft namelijk twee mooie dochters, van wie buitenbeentje Charlotte de idealiste is. Ze dopt haar eigen boontjes wel en werkt belangeloos voor de minder bedeelden, maar onderhoudt een moeizame relatie met haar stugge vader. De rol van Gyllenhaal lijkt er aanvankelijk met de haren bijgesleept, maar vormt een aangenaam contrast met de ietwat saaie Granville die het aanvankelijk nog met de andere dochter van zijn baas aanlegt.

De bescheiden romantiek steekt mooi af tegen de opgewonden clientèle die de hele praktijk van Dalrymple bij elkaar kirt. De hele hordes chique dames die met gespreide benen hun behandeling krijgen zijn hilarisch. Ze ondergaan het allemaal met frisse tegenzin, maar genieten er ondertussen met volle teugen van. In korte komische scènes schetst Wexler de explosieve groei van de praktijk die al snel een opnamestop heeft en met wachtlijsten moet gaan werken. Dit gegeven alleen zou Hysteria al tot een zeer geslaagde komedie hebben gemaakt. De uitstekende vertolkingen van vooral Gyllenhaal en Everett brengen het geheel, net als de wanhopige patiëntes, tot grote hoogtepunten. Als je geïnteresseerd bent in de ontwikkeling van de vibrator door de jaren heen en een bezoekje aan het Seksmuseum te gênant vindt, blijf dan even zitten bij de aftiteling.