Unruly
Recensie

Unruly (2022)

Indringende situatieschets van een heropvoedingsinstituut in het Denemarken van de jaren dertig.

in Recensies
Leestijd: 2 min 18 sec
Regie: Malou Reymann | Scenario: Malou Reymann en Sara Isabella Jønsson Vedde | Cast: Emilie Kroyer Koppel (Maren), Jesscia Dinnage (Sørine), Lena Maria Christensen (Nielsen), Amalie Drub Abildgaard (Elise), e.a. | Speelduur: 135 minuten | Jaar: 2022

Het schokkende en indringende Deense drama Unruly sluit af met pijnlijke statistieken. In de inrichting op het eiland Sprogø, dat halverwege de zeestraat tussen de twee grootste eilanden van Denemarken ligt, werden tussen 1923 en 1961 duizenden vrouwen gedwongen opgenomen en gesteriliseerd.

De tweede speelfilm van regisseur Malou Reymann is gesitueerd in 1933 in een tijd waarin de vrouw bitter weinig over zichzelf en haar eigen lichaam te vertellen had. We maken kennis met de losbandige Maren die er door haar buren bij wordt gelapt omdat ze zich kennelijk onbehoorlijk gedraagt. Een avondje dansen met haar beste vriendin en een seksuele escapade met een wat oudere man deden haar de das om.

Maren, amper zeventien, wordt ontslagen uit het naaiatelier waar ze met haar moeder werkt. De Kinderbescherming besluit de jonge vrouw op te laten nemen in een heropvoedingstehuis. Maren wordt niet geacht haar eigen beslissingen te kunnen nemen en wordt een psychische aandoening aangewreven. Op het eiland Sprogø moet ze zich met lotgenoten, onder wie kamergenoot en moeder Sørine, onderwerpen aan een bikkelhard regime.

Unruly, dat ook bekend staat onder de oorspronkelijke Deense titel Ustyrlig wat zoveel betekent als 'onbeheersbaar' is een lange en vooral deprimerende zit. Ongeloof en woede zijn de voornaamste emoties, want in deze moderne tijd is het lastig voor te stellen dat negentig jaar geleden de lichamelijke en psychische integriteit van de vrouw compleet ondergeschikt waren aan de heersende conservatieve moraal.

Reymann en haar coscenarist leggen de nadruk meer op de mensonterende omstandigheden van het opvoedingsgesticht dan op de vrouwen die ze moeten ondergaan. Ze schetsen een vertekend beeld door Maren als uitgangspunt te nemen, maar uiteindelijk gaat zij op in de systematiek en ritmiek van het instituut. Dat is vooral bezig met een strak regime en het schetsen van een florissant beeld naar de buitenwereld, bijvoorbeeld als wetenschappers of een filmster over de vloer komen.

De makke van dit gedegen drama is dan ook dat de makers Maren net zo gemakkelijk inwisselen voor Sørine als dit plotmatig nodig is. Dit vergroot de afstand tot en emotionele band met het publiek. Een teleurstellende constatering omdat hier wel degelijk een wezenlijk en onbekend verhaal wordt verteld dat vergelijkbaar is met de wantoestanden in Ierland door toedoen van de Katholieke Kerk.

Reymann vergroot zeker de kennis over de Deense wanpraktijken uit die tijd, maar had dichter bij haar personages moeten blijven. Maren maar ook Sørine zijn een vehikel om een verhaal te vertellen en vormen door hun inwisselbaarheid niet het juiste uitgangspunt. Hun verhaallijnen worden soms in grove brokken uit de doeken gedaan en missen finesse.