Unfriended
Recensie

Unfriended (2014)

Als pesten tegenwoordig digitaal gaat, kun je er natuurlijk op rekenen dat de vergelding dat ook doet.

in Recensies
Leestijd: 2 min 49 sec
Regie: Levan Gabriadze | Cast: Shelley Hennig (Blaire Lily), Moses Jacob Storm (Mitch Roussel), Renee Olstead (Jess Felton), Will Peltz (Adam Sewell), Jacob Wysocki (Ken Smith), e.a.| Speelduur: 83 minuten | Jaar: 2014

Het horrorgenre kent een lange lange traditie van combinaties tussen enge situaties en veilige locaties. Niet voor niets is het gros van de slashers gesitueerd in de Amerikaanse buitenwijken waar een groot deel van het beoogde publiek zijn dagen slijt en vinden de meest angstaanjagende taferelen van een horrorklassieker als The Exorcist plaats in de slaapkamer. Het is waarschijnlijk deze gewoonte die heeft geleid tot de golf van foundfootagehorror waar we de laatste jaren mee zijn doodgegooid. Een videocamera werd in het verleden immers met name gebruikt voor het filmen van alledaagse situaties: een verjaardagsfeestje, een vakantie of de sportwedstrijden en balletuitvoeringen van je kinderen. Door deze esthetiek te gebruiken voor onalledaagse situaties, ontstaat bij de kijker een gevoel van ongemak, vanwaar het slechts een kleine stap is naar bang maken.

De videocamera is vandaag de dag echter voor velen een lichtelijk achterhaald stukje technologie. De camera zit tegenwoordig namelijk in onze telefoons en computers. Tel daarbij op dat de interfaces van deze apparaten voor velen vertrouwder zijn dan het uitzicht uit hun slaapkamerraam en je hebt zeer bruikbare ‘locatie’ voor een horrorfilm. Unfriended maakt daarvan gebruik door alle gebeurtenissen te laten zien op het beeldscherm van de laptop van een van de hoofdpersonages. En waar veel filmmakers zich gedwongen zien fictieve computerprogramma’s en websites te hanteren, wordt in Unfriended echt Facebook, Skype, Spotify en Google gebruikt. Het draagt allemaal bij aan een gevoel van alledaagse vertrouwdheid dat al snel wordt ondermijnd wanneer er een vrij letterlijke ‘ghost in the machine’ blijkt te zitten.

De situatie neemt dusdanig onalledaagse vormen aan dat het ondenkbaar is dat hoofdpersonage Blaire geheel in stilte aan haar laptop zit. Gelukkig weten de makers de verleiding te weerstaan deze verbale reacties in de film te betrekken: het enige wat we van haar zien en horen, zit in de Skype-conversaties die ze met haar vrienden voert. Echter, tussendoor leren we van alles over haar door de wijze waarop ze haar laptop gebruikt. Er wordt getoond hoe ze van het ene scherm naar het andere flitst, hoe ze direct Google raadpleegt wanneer ze iets niet kan plaatsen en hoe ze met sommigen een-op-een communiceert zodat ze die persoon niet in de Skype-groepsconversatie ten overstaan van de anderen hoeft te confronteren. Maar nog interessanter: we krijgen bijna letterlijk haar gedachten te zien in de vorm van getypte reacties die na enkele seconden overpeinzing toch worden aangepast of verwijderd.

Door deze intrigerende invalshoek is het des te spijtiger dat de film op tal van andere vlakken nogal conventioneel in elkaar steekt. De jeugdige acteurs kwijten zich naar behoren van hun taak, maar dat kan niet verhullen dat hun personages nauwelijks uitstijgen boven het clichébeeld van oppervlakkige pubers. De digitale klopgeest waarmee zij worden geconfronteerd, blijkt een goede opzet om aandacht te schenken aan het alsmaar groeiende probleem van online pesten, maar de filmmakers lijken niet zozeer geïnteresseerd in de motieven als wel de gruwelijke wraakactie die ten uitvoer wordt gebracht. Het spijtigste is echter nog wel dat enkele keren met de spartaanse opzet wordt gebroken door enkele tonen non-diëgetische horrormuziek te injecteren. Wat overblijft is een dertien-in-een-dozijn horrorfilm, die door zijn ongebruikelijke vorm net van de middelmaat wordt gered.