Go Short festival [aankondiging]

Go Short, het nieuwe Nijmeegse festival voor korte film, zet breed in.

Een heel festival wijden aan korte films is een vrij gewaagde actie. Weliswaar kan een goede korte film juist door zijn compactheid in staat zijn het publiek van de eerste tot de laatste seconde te pakken, het genre is toch een ondergeschoven kindje. Het is alweer jaren geleden dat bioscopen de moeite namen korte films te draaien als voorafje bij een gewone filmvoorstelling, en op festivals behoren de verzamelprogramma’s met korte films zelden tot de eerste keus van de bezoekers. Op televisie steken Canvas en de NPS nog af en toe hun nek uit voor de korte film, maar het blijft een fenomeen in de marge. Zoals verhalenbundels maar zelden de verkoopaantallen van bestsellerromans halen, kan een korte film, hoe geslaagd ook, maar moeilijk uit de schaduw van het avondvullende equivalent treden.

Des te sympathieker is het initiatief Go Short, het eerste internationale korte filmfestival van Nederland. Als zulke festivals in België, Frankrijk en Canada kunnen bestaan, moet het ook in Nijmegen kunnen, dachten organisators Kirsten Ruber en Lisa ter Berg. Zij zien de toekomst voor het genre zonnig in, mede vanwege de invloed van nieuwe media. Op YouTube duurt geen enkele video immers lang en ook op je mobieltje of je iPod bekijk je eerder een korte dan een lange film, stelt Ruber. De NPS speelt hier tijdens het festival op in met het project Micromovies, waarvoor de omroep zeven jonge Nederlandse filmmakers korte telefoonfilmpjes liet maken. Tijdens Go Short kun je ze gratis downloaden via bluetooth.

Maar de hoofdmoot van het festival is te vinden in arthouse LUX, waar Go Short zo’n honderdvijftig korte films vertoont. Naar eigen zeggen werd de organisatie bedolven onder inzendingen van over de hele wereld. Go Short zet dan ook breed in, met competitieprogramma’s van animatie tot documentaire en verschillende retrospectieven. Daarnaast zijn er lezingen, debatten en een masterclass met de Zweedse ‘King of Shorts’ Jens Jonsson. Jonge filmmakers mogen tijdens zijn les een beroep doen op Waldemar Torenstra, tevens de ambassadeur van Go Short; de jonge acteur prijkt met een schaar in zijn haar op de festivalaffiches.

Of Torenstra in staat zal zijn een breed publiek naar Go Short te trekken, is nog de vraag. De korte films op de persscreening waren overwegend ‘moeilijk’ te noemen, van de bekroonde Ierse animatie The Crumblegiant tot de associatieve Nederlandse muziekfilm Steigerpijp. Van eerder genoemde shortsmaestro Jens Jonsson draait Brother of Mine, een bijzonder pijnlijk inkijkje in de relatie tussen twee tienerbroers in een gebroken gezin, terwijl in het IJslandse Two birds zich een nog beklemmender puberdrama ontvouwt.

Het zou dus kunnen dat je er tijdens Go Short even voor moet gaan zitten - maar dan heb je ook wat. Zo won het Duitse Toyland dit jaar een Oscar als beste korte film, en niet voor niets. Dit even scherp gefilmde als gespeelde Tweede Wereldoorlogsprookje over een Duitse moeder die voor haar zoontje verzwijgt waarheen zijn joodse buurjongen ‘op reis’ gaat, is hartverscheurend, en evenaart in veertien minuten met gemak de impact van een complete film.

Go Short international short film festival Nijmegen, 18 tot en met 22 maart, www.goshort.nl

NieuwsFilm

meest populair