Tax Me If You Can
Recensie

Tax Me If You Can (2022)

Soms denk je van "Ho, de draad ben ik kwijt." Een heel simpel docuutje over een best wel ingewikkeld onderwerp.

in Recensies
Leestijd: 2 min 36 sec
Regie: Yannick Kergoat | Scenario: Yannick Kergoat, Elsa Chabrol en Denis Robert | Cast: Daniel Bertossa, Yves Bertossa, John Christensen, Antoine Deltour, Alain Deneault, Margaret Hodge, Pascal Saint-Amans, Eric Vernier, Margrethe Vestager, Gabriel Zucman, e.a. | Speelduur: 114 minuten | Jaar: 2022

Als deze documentaire ooit op de publieke omroep wordt uitgezonden, kan het cabaretduo Van der Laan en Woe (Even Tot Hier) best een intro inspreken, eindigend met de woorden "Belastingontduiking door de ultrarijken in honderdveertien minuten, here we go..." Want als Tax Me If You Can iets goed doet, is het op een even heldere als humoristische manier de vinger op een zere plek leggen. Namelijk: hoe de politiek belastingontduiking al jaren als enorm probleem signaleert, maar nooit effectief aanpakt.

De Europese Unie zegt officieel: in Europa zijn geen belastingparadijzen. Die bestaan hier gewoon niet, geen discussie mogelijk. Maar als je de deals die Nederland heeft gesloten met bepaalde grote bedrijven onder de loep neemt, dan snap je al heel gauw waarom ons kleine kikkerlandje bezaaid ligt met brievenbusfirma's. Misschien zijn er wel meer virtuele dan echte bedrijven in ons land. Dus wat nou, geen belastingparadijzen in de EU?

Dit is allemaal geen nieuws. Dat beweert Tax Me If You Can, de nieuwe docu van de Franse filmmaker Yannick Kergoat, ook allerminst. Maar wat deze film wel doet is zorgen dat wij economische leken ook eens kunnen meepraten over ingewikkelde financiële constructies die alleen maar als doel hebben om vermogen te verbergen voor de belastingdienst. Klinkt best lastig te volgen, en dat zou het ook zijn. Ware het niet dat Kergoat zijn film heeft volgepropt met heldere uitleganimaties en leuke grapjes.

Hij schetst een uitgebreid beeld van hoe dit probleem al decennialang bestaat en wordt aangemerkt als probleem, al sinds de dagen van het Zwitserse bankgeheim. Toen dat werd versoepeld, sprongen andere landen in het vacuüm om inkomsten te verhullen voor de Grote Boze Fiscus, die briesend aan de deur stond te kloppen. Van lege vennootschappen tot lucratieve belastingdeals om multinationals zowat onbelast te houden. En het leukste van dit alles: hoe moreel verwerpelijk we het allemaal ook vinden, niets hiervan is buitenwettelijk.

Tax Me If You Can heeft iets activistisch. De film is doorspekt met een boodschap die je best boos mag maken, maar steekt die ook in genoeg suikerwater om hem makkelijk en zoet naar binnen te laten glijden. Daarmee vermijdt hij de zeer gemakkelijke val om louter een informatiedump te worden. Aan de andere kant bestaat het risico dat de kern van het betoog redelijk makkelijk weer van je afglijdt. Ietsje meer boze nasmaak zou wel lekker zijn geweest.

Het is bovendien niet bepaald Pixar's Tax Me If You Can. De animaties hebben vaak meer weg van een sterke thuis geknutselde infographic dan iets wat heel filmisch aandoet. Misschien is het een ironisch statement: hoeveel budget kun je tegen een project als dit aansmijten zonder je geloofwaardigheid te verliezen? Maar misschien is het ook een bewuste marketingkeuze: deze documentaire werkt op tv net zo goed als op het witte doek. Dat vermindert de urgentie om ervoor naar de bios te gaan, maar garandeert misschien wel een langer leven na de release.