Joyeux Noël
Recensie

Joyeux Noël (2005)

Duurt lang, erg lang.

in Recensies
Leestijd: 2 min 39 sec
Regie: Christian Carion | Cast: Benno Fürmann (Nikolaus Sprink), Diane Krüger (Anna Sörensen), Guillaume Canet (Lieutenant Audebert), Gary Lewis (Palmer), Dany Boon (Ponchel), e.a. | Speelduur: 115 min.

Het is iets wat je wel vaker tegenkomt in een historische Gebaseerd Op Ware Gebeurtenissen-film: de ware gebeurtenis zelf zit wel in de film, maar dient voor weinig meer dan een leuk achtergrondje van een mooi liefdesverhaal, of een spannend drama. De personages hebben misschien wel echt geleefd, maar hun handelingen, motivatie en dialogen zijn totaal anders. Ergens is het wel logisch. Films hebben een plot nodig, een traditioneel plot heeft personages nodig en het is nu eenmaal zelden mogelijk precies te weten wat de kapitein van de Titanic zei nadat de fatale ijsberg werd geraakt.

Joyeux Noël, de Franse Oscar-inzending van dit jaar, is gebaseerd op het zogenaamde kerstbestand. Op kerstavond 1914 legden honderden soldaten in de loopgraven hun wapens even aan de kant om de vijand een fijne kerst te wensen, een glaasje te drinken of een partijtje te voetballen. Om deze ontzettend bizarre maar geweldig menselijke gebeurtenis naar een verhalende film te vertalen, werd er een aantal personages in het leven geroepen. Een opera-ster en zijn vrouw, twee broers, een priester en nog een handjevol bijrollen moeten zorgen voor een spanningsboog en een climax. Ze falen grandioos.
Waar de gebeurtenis zelf een voorbeeld is van hoe mensen mensen blijven, zijn de subplotjes die aan de personages hangen zo uit een willekeurige Hollywoodproductie gerukt. Als één van de twee broers na een kwartiertje wordt neerschoten heeft hij nog net de kans zijn broertje “Don’t stay here brother, so one of us survives” toe te fluisteren. Deze reageert vervolgens natuurlijk met een luid en uitgerekt “Noooo”, niet gehinderd door het zeikerige muziekje dat wordt ingezet. Film is nooit gelijk aan de realiteit, zelfs niet in de meest onopvallend gefilmde documentaires. Maar Joyeux Noël maakt van de werkelijkheid regelmatig kitsch, en dat hoeft nou ook weer niet.

Gelukkig richt het middenstuk zich geheel op de gebeurtenis zelf, en met succes. Alle strontvervelende bijrollen verdwijnen in het grotere geheel, en de geschiedenis neemt het, voor zover dat mogelijk is, van ze over. Als regisseur Carion zich inhoudt blijkt dat hij heel wat talent heeft, en verdomd, wat is het mooi te zien hoe de kampen kerstbomen, drank en muziek uitwisselen. Nog steeds zijn er talloze onjuistheden aan te wijzen, maar het gevoel van verbroedering en kerst wordt perfect overgebracht. Daar gaat het om, want gevoelsmatig realisme is veel en veel waardevoller dan welk feitelijk realisme dan ook.

Maar aan al het goede komt een eind. Vervolgens moet ieder afzonderlijk subplotje nog worden afgehandeld, en aangezien Carion de verder respectabele beslissing heeft gemaakt zowel Franse als Duitse en Engelse personages te volgen, zijn dat er veel en duurt het lang, erg lang. Zo is Joyeux Noël uiteindelijk eigenlijk alleen geschikt voor mensen die vinden dat een film zo goed is als zijn beste scènes; de rest ben je na een week toch weer vergeten. Zij krijgen een kort maar prachtig beeld van een helaas eenmalig menselijk wonder, de anderen krijgen voornamelijk een heel lange opeenvolging van overigens best fraai geschoten kitsch.