'Mercy': een fantasieloze 'Die Hard'-rip-off
Recensie

'Mercy': een fantasieloze 'Die Hard'-rip-off (2023)

Onoriginele, saaie actiefilm is een pleidooi voor streamingsdiensten om hun businessmodel te herzien.

in Recensies
Leestijd: 3 min 8 sec
Update:
Regie: Tony Dean Smith | Scenario: Alex Wright | Cast: Leah Gibson (Michelle), Jonathan Rhys Meyers (Sean Quinn), Jon Voight (Patrick Quinn), Sebastien Roberts (Ellis), Anthony Konechny (Ryan Quinn), e.a. | Speelduur: 85 minuten | Jaar: 2023

Steeds meer acteurs die al een tijd geen grote hit meer hebben gescoord, klussen bij in B-films. Een paar voorbeelden zijn Antonio Banderas, Orlando Bloom en Bruce Willis in zijn laatste jaren als acteur. Na het zien van Mercy mogen we ook Jon Voight en Jonathan Rhys Meyers aan deze lijst toevoegen. Regisseur Tony Dean Smith levert een simpele, saaie actiefilm, die veel wegheeft van Die Hard, maar dan in een ziekenhuis.

Mercy opent met een grimmige scene in een oorlogshospitaal, waar Michelle als militaire arts druk bezig is om granaatscherven te verwijderen. Plotseling wordt iemand, die later haar man blijkt, gewond binnen gebracht. Hij is niet alleen, want er is een bom aan hem vastgemaakt. Wat volgt is de zwakste bomaanslag ooit, waarna Mercy echt begint.

We maken een stap in de tijd en Michelle werkt inmiddels in een ziekenhuis. Een lid van de maffia, Ryan Quinn, wordt binnengebracht met een schotwond. FBI-agent Ellis blijft bij hem tot hij weer bijkomt. Er zijn nog meer wachtenden: zijn vader en hoofd van de maffiafamilie, Patrick Quinn, en broer, Sean Quinn. Patrick maakt zich uiteraard zorgen om zijn zoon, maar krijgt hem niet te zien. Door onhandig gedrag van zijn handlangers, waar hij niet blij mee is, mondt een bezoekje aan het ziekenhuis uit in een gijzeling.

Mercy zal niet de boeken ingaan als ingewikkeldste actiefilm. Het script bungelt met losse draadjes aan elkaar. Dit blijkt meteen uit de eerder genoemde openingsscène. Dit is de enige introductie die we krijgen van hoofdpersonage Michelle. Daarnaast zijn de dialogen simpel en veel krachttermen en uitleg worden alleen uitgesproken om het verhaal verder te helpen. Hierdoor komen de personages niet menselijk over.

Helaas is ook de aankleding saai. De gangsters zijn wel erg stereotype gekleed, vooral het verschil in kleding van de slimme en domme handlangers is duidelijk. En een dokter is uiteraard te herkennen aan een witte jas en een stethoscoop om zijn of haar nek. Het ziekenhuis is kaal aangekleed en voordat de maffialeden het ziekenhuis gijzelen is er weinig te merken van de alledaagse, typische drukte.

In een tijd waarin John Wick bekend is bij een groot deel van de liefhebbers van actiefilms, zijn de actiescènes in Mercy duidelijk een stap terug. Ze lijken slechts een uur van tevoren getraind en uitgedacht te zijn, en ogen klunzig en traag. Stoere oneliners zijn geforceerd, raken kant nog wal en laten je vooral ongemakkelijk grijnzen.

Het acteerwerk overtuigt helaas ook niet. Leah Gibson doet haar best met wat haar gegeven wordt, maar haar rol heeft weinig om het lijf. Jon Voight overtuigt niet als Ier, al lijkt hij er wel lol in te hebben. Zijn tijd in grote films zoals Mission Impossible, Deliverance en Runaway Train liggen echter ver achter hem. Hetzelfde geldt voor Jonathan Rhys Meyers, met grote rollen in series en films als The Tudors, Vikings, Mission: Impossible 3 en Alexander. Hij is nog een stuk jonger dan Voight, maar heeft de grote klussen ook niet meer voor het oprapen. In Mercy zet hij een eendimensionale schurk neer, die hij zich nooit helemaal eigen maakt.

Mercy is helaas een voorbeeld van wat er kan gebeuren als streamingdiensten en/of productiemaatschappijen de mogelijkheid krijgen om non-stop films te maken. Het verlangen naar kwaliteit in plaats van kwantiteit groeit enorm na het zien van Mercy. Als je iets simpels heel goed doet, wordt het op den duur speciaal. Als je iets simpels slechts simpel doet, krijg je Mercy. Een voordeel is dat de film te kort duurt om bij in slaap te vallen.

Mercy is te zien bij Netflix.