Recensie

The Act of Killing (2012)

Een weerzinwekkende documentaire over de sadistische massamoordenaars ten tijde van de militaire coup in Indonesië.

in Recensies
Leestijd: 2 min 59 sec
Regie: Joshua Oppenheimer | Cast: Haji Anif, Syamsul Arifin, Sakhyan Asmara, Anwar Congo, e.a. | Speelduur: 115 minuten | Jaar: 2012

Het is één van bloederigste bladzijdes uit de geschiedenis van het land, maar gek genoeg een die buiten Indonesische grenzen altijd sterk onderbelicht is gebleven. Nadat het leger in 1965 middels een militaire coup aan de macht komt, begint een grootschalige vervolging van de oppositie. Deze mensen werden door het leger als communisten bestempeld en één voor één afgevoerd naar kampen. Onder leiding van lokale gangsters roeiden de zogenaamde doodseskaders minstens één miljoen van deze vermeende communisten uit. Documentairemaker Joshua Oppenheimer deed ruim tien jaar onderzoek naar deze doodseskaders en hun slachtoffers.

Het bijzondere aan The Act of Killing is dat juist niet de slachtoffers aan het woord worden gelaten, maar de daders. Het is haast onvoorstelbaar, maar de sadistische kampleiders lopen nog altijd vrij rond in het land. Sterker nog, ze genieten zelfs de nodige aanzien in de samenleving en worden neergezet als rolmodellen voor de jeugd. In het kader van de documentaire wordt hen gevraagd om hun ervaringen als kampleiders te verfilmen in elk genre dat ze willen. Zo komen er klassieke filmnoir- en gangsterscènes voorbij, maar ook westernscènes en uitbundige musicalnummers. De film die de kampleiders maken is echter vooral een middel voor Oppenheimer om hen in het dagelijks leven te kunnen volgen.

Dit levert een aantal vreemde taferelen op, die je af en toe de mond doen openvallen van verbazing. Wanneer Anwar Congo (de hoofdpersoon in kwestie) voor in beeld verschijnt, heeft hij met zijn spierwitte pluizige haar en kleurrijke outfit op het eerste gezicht wel iets weg van Nelson Mandela. Het is moeilijk voor te stellen dat achter zijn pretoogjes en rimpelige gezicht een seriemoordenaar schuilgaat, totdat hij een stuk ijzerdraad en een houten plank tevoorschijn haalt. Vervolgens geeft Congo een demonstratie van de meest effectieve manier om een communist te executeren. Hij had de methode opgepikt uit een oude gangsterfilm en begon hem te gebruiken omdat het minder rommel gaf om op te ruimen. Op deze manier heeft de man in slechts een paar jaar tijd honderden, zo niet duizenden mensen om het leven gebracht. Gelukkig biedt het naspelen van de gebeurtenissen toch nog enige vergelding. Wanneer Congo later in de film zelf in positie van de slachtoffer wordt gezet, dringt het besef opeens door. De catharsis is helemaal compleet wanneer hij een van de locaties bezoekt en letterlijk ziek wordt van wroeging.

De laconieke manier waarop de kampleiders hun verhaal doen, alsof het de normaalste zaak van de wereld is, is ronduit angstaanjagend. Voor hen gaat het leven dan ook gewoon door. Al snel blijkt dat dictatuur en corruptie nog steeds aan de orde van de dag zijn. Op openlijke wijze perst een van de kampleiders voor het beeld van de camera een winkelier af en koopt hij de arme bevolking om om op zijn politieke partij te stemmen. Vervolgens bezoeken ze een peprally van de Pancasila Youth, een paramilitaire organisatie die angstvallig veel overeenkomsten vertoont met de Duitse Hitlerjugend en die het volk nog altijd probeert de hersenspoelen met waanbeelden over de dreiging van het communisme.

Of het land echt ooit beter zal worden is dus nog maar de vraag. Gelukkig weet Oppenheimer met zijn documentaire de situatie eindelijk aan de kaak te stellen. Hoe hij het vertrouwen van de kampleiders heeft weten te winnen en ze zo openlijk hun verhaal kan laten vertellen is een prestatie van formaat. The Act of Killing geeft een weerzinwekkende inkijk in de psyche van de moordenaars en kan worden gezien als een echte eyeopener.