Robert Mitchum Est Mort
Recensie

Robert Mitchum Est Mort (2010)

Een aangename ode aan de Europese liefde voor de Amerikaanse film in de vorm van een roadmovie.

in Recensies
Leestijd: 2 min 20 sec
Regie: Olivier Babinet en Fred Kihn | Cast: Olivier Gourmet (Arsène), Pablo Nicomedes (Franky), Bakary Sangaré (Douglas), Danuta Stenka (Katia), Nils Utsi (Sarrineff), e.a. | Speelduur: 91 minuten | Jaar: 2010

De één meter en vijfentachtig centimeter lange Robert Mitchum was in de jaren veertig en vijftig een van Hollywoods beruchtste filmsterren, die destijds, maar vooral later veel erkenning kreeg. De voormalige amateurbokser en zwerver werd een badboy-icoon binnen Hollywood en de rest van de wereld. Dus als een Franse film hem in de titel noemt is het verre van verbazingwekkend dat het plot iets met film te maken heeft. Dat het een fijne ode aan de Franse relatie met Hollywood en oude rock-‘n-roll betreft, past goed bij een titel die de herinnering aan de grote Mitchum oproept.

De verwijzingen naar Jean-Luc Godard en Aki Kaurismäki, twee Europese regisseurs die ook vaak met die relatie speelden, zijn dan ook niet van de lucht. Alleen al het kleurgebruik doet op verschillende momenten aan hun stijlen denken. Daarnaast heeft de hoofdrolspeler van Kaurismäki's Le Havre twee bijrolletjes. Ook de invloed van de Amerikaan Jim Jarmusch is te zien, onder andere in de manier waarop mensen soms naast elkaar zitten en tegen elkaar praten. Franky Pastor is een werkloze Franse acteur die droomt van het spelen in Amerikaanse films. Thuis praat hij mee met oude Hollywoodfilms op televisie alsof hij de dialoog ter plekke acteert. Zijn maffe manager Arsène neemt hem op sleeptouw naar de poolcirkel, waar de legendarische (fictieve) regisseur Sarrineff een Amerikaanse film zou draaien.

Franky heet eigenlijk Cosmé, maar zijn manager Arsène heeft hem Franky genoemd omdat dit beter voor zijn carrière zou zijn. Arsène heeft wel meer van dat soort onorthodoxe managementmethodes. Hij steelt een auto van een autodealer door suggestief een revolver op het dashboard te leggen tijdens een proefrit en overtuigt met datzelfde wapen een Poolse filmprofessor om met zijn studenten een ‘showreel’ voor Franky te maken. Arsènes rare fratsen zijn regelmatig hilarisch en tegen de tijd dat hij naar een mooie sportwagen kijkt en zegt: “we nemen toch de bus niet”, weet je precies hoe laat het is. Een heerlijke rol van Olivier Gourmet.

Dankzij die eigenaardigheden wordt Robert Mitchum Est Mort een ietwat bizarre, charmante roadmovie, waarin langzamerhand duidelijk wordt wie nu echt wanhopig is om Franky te laten doorbreken. Westerns, film noir (twee genres waarin Mitchum excelleerde) en rock-‘n-roll geven smaak aan het avontuur van de Fransen door Europa. Ondanks de humor overheerst toch een licht melancholische sfeer, geheel in lijn met voorbeelden Kaurismäki en Jarmusch. De hoge kwaliteit van die heren halen regisseurs Babinet en Kihn niet, daarvoor hebben ze uiteindelijk te weinig te zeggen. Desalniettemin is Robert Mitchum Est Mort een meer dan aangename ode aan de Europese liefde voor de Amerikaanse film.