Komt Een Vrouw bij de Dokter
Recensie

Komt Een Vrouw bij de Dokter (2009)

Liefde en vreemdgaan in tijden van kanker. Een prachtige doch veilige boekverfilming. Vergeet Turks Fruit, hier is Komt Een Vrouw bij de Dokter.

in Recensies
Leestijd: 3 min 6 sec
Regie: Reinout Oerlemans | Cast: Carice van Houten (Carmen), Barry Atsma (Stijn), Anna Drijver (Roos), Pierre Bokma (huisarts), Jeroen Willems (Frenk) e.a. | Speelduur: 105 minuten | Jaar: 2009

Een overmaat aan expliciete seks, slecht geschreven dialogen en houterig acteerwerk. We kennen allemaal de vooroordelen die aan de Nederlandse film kleven. En laten we er vooral niet omheen draaien: Komt Een Vrouw bij de Dokter heeft alle ingrediënten in zich om deze vooroordelen opnieuw te bevestigen. De vrouw met borstkanker en de man die dwangmatig vreemdgaat staan garant voor een overdosis borsten en seks. En de totaal onervaren Reinout Oerlemans zou dan de rest kunnen verpesten. Gelukkig kunnen mensen en films ons verrassen, want Komt Een Vrouw bij de Dokter slaagt op vrijwel alle fronten met vlag en wimpel. Iets meer durf in het negeren van Kluun had alleen nog wel gemogen.

In 2003 veroverde Komt Een Vrouw bij de Dokter in korte tijd heel Nederland. Het semiautobiografische boek van schrijver Kluun beschreef liefde in tijden van kanker op een zeer indrukwekkende manier. Ondanks het zeer heftige verhaal las het boek verrassend gemakkelijk weg. Het verhaal was smeuïg, ontroerend en confronterend. Het feit dat men vrij makkelijk ging houden van hoofdpersoon Stijn, die toch eigenlijk ook een verschrikkelijke klootzak is, zegt genoeg over de schrijfkwaliteiten van Kluun.

Met verkoopcijfers van rond de achthonderdduizend kon de verfilming natuurlijk niet lang op zich laten wachten. Een gevaarlijke klus, zoals altijd bij verfilmingen van geliefde boeken. Oerlemans heeft deze druk duidelijk zeer goed gevoeld en blijft dan ook op vele punten heel dicht bij het boek. Grote stukken tekst zijn zelfs letterlijk in de film gekomen in dialoog of via voice-over van Stijn. Leuk voor de echte fans, maar het laat ook heel goed zien dat sommige literaire teksten echt niet geschikt zijn voor film. De nu opeens kazige monologen van Stijn zijn regelmatig te belachelijk voor woorden en vormen een smet op een vrijwel onberispelijke film.

Op een aantal punten laat de film het boek gelukkig iets meer los. Zo is Stijn vele malen sympathieker en zijn vreemdgaan minder extreem. Zijn escapades in Miami zitten aan het begin van de film, in tegenstelling tot het boek, waarin ze plaatsvonden toen Carmen al kanker had. Minnares Roos is, hoewel ze meer te doen heeft in de film, helaas een stuk eendimensionaler geworden. Was ze in het boek ook heel duidelijk een steun en toeverlaat voor Stijn als die in de put zat, in de film wordt ze vrijwel alleen gebruikt als seksmaatje. Waarom Roos van Stijn gaat houden komt in de film dan ook veel minder goed uit de verf. Echte liefde mag onverklaarbaar zijn, ongeloofwaardige echte liefde kan echt niet.

Gelukkig is het onmogelijk te twijfelen aan de liefde tussen Stijn en Carmen. Het zijn dan ook de scènes tussen Stijn, Carmen en dochtertje Luna die er echt uitspringen. Onder de ontelbare hoogtepunten zitten het kaalscheren van Carmen, het moment dat Carmen breekt in de auto en haar afscheid van Luna. Carice van Houten zet hier ongetwijfeld de beste rol van haar carrière neer, maar ook Barry Atsma overtuigt zowel als flitsende blaaskaak en als liefhebbende echtgenoot van een vrouw met kanker. Een zeer sensuele vrijpartij met Roos eindigt in een huilbui onder de douche: Stijn de gladjakker en Stijn het hoopje ellende liggen seconden van elkaar verwijderd.

Het adembenemende camerawerk, verbluffende acteerwerk en de mooie muziek zorgen voor het ene emotionele juweeltje na het andere. Zonder de sterk aanwezige humor zou het allemaal te veel zijn geworden. Het zorgt ervoor dat de kijker de droevige en heftige stukken beter aankan, ook al blijven het mokerslagen die hard aankomen. Al met al veel sympathieker dan het boek, en misschien ook daarom wel extra aangrijpend.