Wallace & Gromit in The Curse of the Were-Rabbit
Recensie

Wallace & Gromit in The Curse of the Were-Rabbit (2005)

Het komische duo is nog altijd even innemend, de grappen nog altijd geïnspireerd en de animatie nog altijd verbluffend.

in Recensies
Leestijd: 4 min 10 sec
Regie: Nick Park | Stemmen: Peter Sallis (Wallace), Ralph Fiennes (Victor Quartermaine), Helena Bonham Carter (Lady Campanula Tottington) e.a. | Speelduur: 85 min.

Zet de woorden ‘geniaal’ en ‘klei-animatie’ naast elkaar en probeer dan maar eens niet aan Wallace en Gromit te denken. Of aan hun schepper Nick Park, die samen met het Engelse Aardman Animation de grenzen van zijn eens zo bescheiden ambacht verder heeft verlegd dan men ooit voor mogelijk had gehouden. De aan kaas verslaafde uitvinder Wallace en zijn veel slimmere, zwijgzame hond Gromit zijn sinds hun debuut in 1989 uitgegroeid tot regelrechte wereldsterren, en volkomen terecht. Hun maanavontuur A Grand Day Out was de veelbelovende introductie van een uniek komisch duo. Het vervolg, The Wrong Trousers, was meteen een meesterwerk: een technisch briljante film noir-parodie met een onvergetelijke schurk, fantastische visuele grappen en een spetterende actiefinale die de Die Hard-films naar de kroon stak. De korte film leverde Park zijn eerste Oscar op; Wallace & Gromit: A Close Shave zorgde voor de tweede.

Een dergelijk succes kan in Hollywood niet onopgemerkt of ongeëxploiteerd blijven. Jeffrey Katzenberg, hoofd van de DreamWorks animatiestudio’s, verklaarde zichzelf een Wallace & Gromit-fan en lijfde Park en Aardman in om hun eerste avondvullende claymation-film te maken. Het resultaat was Chicken Run, met de stem van Mel Gibson als belangrijkste commerciële troefkaart. De film was een geslaagd experiment, maar tevens slechts een vingeroefening, de opmaat naar een langverwachte speelfilm met Wallace en Gromit. Die is er nu, tien jaar na hun laatste verschijning. En, is hij zo goed als iedereen gehoopt had? Is Nick Park erin geslaagd hun typisch Engelse charme te behouden en de betovering 85 minuten lang te laten voortduren?

De fans kunnen opgelucht ademhalen: Wallace & Gromit in The Curse of the Were-Rabbit is grappig, ongebreideld inventief en direct herkenbaar aan de heerlijk kneuterige feelgood-factor die ook de korte filmpjes kenmerkte. De wereld van Wallace en Gromit is er één van kleine bakstenen huisjes, zelfgebreide spencers en – in dit specifieke avontuur – de jaarlijkse Grote Groentenwedstrijd. Iedereen in ‘het dorp’, van dominee Hedges tot Lady Campanula Tottington, is bezeten door de ambitie om straks met de allergrootste tomaat, bloemkool of winterpeen op de proppen te komen. Zelfs Gromit heeft een kas gebouwd voor zijn reuzencourgette, die hij iedere avond liefdevol toedekt met een elektrisch dekentje.

Het zijn dan ook drukke tijden voor Anti-Pesto, Wallace’s dienst voor diervriendelijke ongediertebestrijding. Honderden konijnen hebben het op de prijsgroenten voorzien, en iedere avond rinkelen de alarmbellen in het Anti-Pesto Hoofdkwartier (oftewel de huiskamer van Wallace en Gromit). Voor het grotere werk, zoals Lady Tottingtons landgoed, heeft Wallace de Bun-Vac 6000 uitgevonden: een enorme stofzuiger die tientallen konijntjes tegelijk uit hun holen en onbeschadigd in een glazen container kan zuigen. Om de bunnies voorgoed van hun groente-obsessie te bevrijden, beschikt Wallace over een hypnosehelm, die hij op zijn brein én op de Bun-Vac 6000 kan aansluiten. Tja, en dat kan natuurlijk nooit goed gaan, zeker niet wanneer de maan zo vol en rond is als een jonge Goudse…

De Wallace & Gromit shorts staan bekend om hun knipogen naar andere filmgenres; hier zijn dat voornamelijk oude horrorfilms uit de Universal studio’s. We maken dan ook op traditionele wijze kennis met het Weer-Konijn uit de titel: er klinkt een diep gegrom, de camera neemt een onheilspellend subjectief point-of-view aan en raast door de ooit zo vredige moestuintjes. Dreigende schaduwen en silhouetten gaan aan de verschijning van het harige monster vooraf. Later komt zelfs King Kong nog voorbij, compleet met een luchtgevecht in kermisvliegtuigjes. Ook in de digitale DreamWorks-animaties zijn filmcitaten vaste prik, maar bij Nick Park en Aardman blijven ze altijd gegrond in een oer-Engelse huiselijkheid, die de Amerikanen niet in hun vingers hebben.

Het is die jaren ’50 knusheid die, samen met de aaibaarheid van hun geboetseerde wereld, de Wallace & Gromit-films hun unieke aantrekkingskracht verleent. (Overigens is voor deze film strategisch gebruik gemaakt van digitale animatie, die de kleilook – inclusief vingerafdrukken – zo dicht mogelijk diende te benaderen.) Wat dat betreft is ook The Curse of the Were-Rabbit weer een voltreffer. De subtiliteit waarmee de kleipoppetjes (vooral Gromit, die niet eens een mond heeft maar minstens zo expressief is als Charlie Chaplin of Stan Laurel) tot leven worden gewekt, blijft simpelweg verbluffend. Toegegeven: het tempo is soms wat bedaarder dan we van de korte filmpjes gewend waren. En de schurk, een schietgrage snob met de stem van Ralph Fiennes die met Wallace strijdt om de gunsten van Lady Tottington, steekt eigenlijk maar flets af bij Feathers McGraw, de sinistere pinguïn uit The Wrong Trousers. Maar de sympathieke personages, de hoeveelheid geslaagde woord- en visuele grappen (let ook op de titels in Wallace’s boekenkast!) en de niet aflatende aandacht voor details vormen een onweerstaanbaar pakket. In de tien jaar sinds A Close Shave hebben we de geboorte en explosieve groei van de digitale tekenfilm meegemaakt, waarbij de Amerikaanse studio’s zich hebben gespecialiseerd in het aanbieden van precies datzelfde pakket. De terugkeer van Wallace en Gromit bewijst dat er naast pixels – gelukkig – nog plaats is voor Plasticine.