Early Summer
Recensie

Early Summer (1951)

Eén van Ozu's grootste tragikomische meesterwerken, prachtig gerestaureerd.

in Recensies
Leestijd: 2 min 57 sec
Regie: Yasujirô Ozu | Cast: Setsuko Hara (Noriko Mamiya), Chishû Ryû (Koichi Mamiya), Chikage Awashima (Aya Tamura), Kuniko Miyake (Fumiko Mamiya) e.a. | Speelduur: 124 minuten | Jaar: 1951

Vorig jaar was er een mini-retrospectief van de Japanse meester Yasujirô Ozu, dat begon in EYE en daarna door het land toerde. Aanleiding was een aantal digitale restauraties van zijn films, aangevoerd door een gloednieuwe Tokyo Story. De belofte bij dat programma van vijf films was dat dit jaar Ozu's meesterwerk Late Spring op dezelfde manier zou uitkomen. Dat gebeurt nu inderdaad, maar EYE heeft een leuke verrassing in petto met Early Summer: het minder bekende, maar even goede middelste deel van de Noriko-trilogie.

De andere twee delen van deze trilogie zijn Late Spring en Tokyo Story. De trilogie wordt zo genoemd omdat Ozu's muze Setsuko Hara in alle drie de films een vrouw met de naam Noriko speelt. Uiteraard is vaste Ozu-acteur Chishû Ryû telkens haar vader of vaderfiguur. In Late Spring wonen zij samen als alleenstaande vader en dochter en zorgt Noriko voor haar vader. Uit sociale druk trouwt zij, terwijl eigenlijk geen van beiden daar echt gelukkig mee is. In Tokyo Story worden Ryû en zijn vrouw door geen van hun kinderen echt gewaardeerd, behalve door schoondochter Noriko, de eenzame weduwe van hun tweede zoon. Communicatieproblemen tussen generaties en de rol van vrouwen in het Japan van na de Tweede Wereldoorlog keren in beide films terug.

Het onderliggende thema is willen dat het leven hetzelfde blijft, maar weten dat dit niet kan. Waardoor oudere Japanse tradities botsen met de twintigste eeuw waarin Ozu leefde. Zijn hele oeuvre bestaat grotendeels uit een spel met variaties en herhalingen, zowel van film tot film als op kleiner niveau in scènes. Ook in Early Summer presenteert Ozu een variant op dezelfde verhalen en thema's . Noriko is een moderne, jonge vrouw die botst met de traditie van het (gearrangeerde) huwelijk. Zij is content met haar leven als werkende vrouw als onderdeel van een grote familie (ze woont samen met haar ouders, grootouders en haar broer en diens gezin), maar bijna iedereen om haar heen vindt dat het hoog tijd is dat ze gaat trouwen.

Op papier is dat voer voor melodrama misschien, maar in de handen van Ozu wordt het zoals bijna altijd een humanistische tragikomedie. Terwijl verschillende familieleden een match voor Noriko proberen te vinden, laat Ozu zowel de vervelende bemoeienis zien van een grote familie die dicht op elkaar woont, als de warmte en liefde die daar ook bij komt kijken. Een familie-eenheid die niet meer van deze tijd is en dus niet op dezelfde manier kan blijven voortbestaan. Uiteraard gaat dat gepaard met veel drinkende mannen die vunzige grappen aan elkaar vertellen, en recalcitrante kinderen (de zoontjes van de broer) wier brutaliteit de grootouders niet begrijpen. Weinigen kunnen een komisch hoogtepunt maken van een jochie dat ontevreden een brood van zijn bord schopt zoals Ozu dat kan.

De komedie in Early Summer varieert van soms makkelijk te missen visuele grappen rondom de positie van de objecten onderaan het kader van het scherm, tot het woord 'poep' als punchline van een uitgebreid gesprek. Hij combineert het met een voortkabbelend en op het eerste oog afstandelijk drama, totdat hij een typische Ozu-truc uithaalt. Met korte dialoog, één regel tekst of een zucht waar een wereld aan emoties achter schuilgaat, laat hij je opeens voelen hoezeer de onderhuidse gevoelens van de personages ongemerkt ook onder jouw huid zijn gaan zitten. Hartverscheurende humor, nu heel mooi digitaal gerestaureerd op een manier die het verdient in de bioscoop gezien te worden.