The Natural History of Destruction
Recensie

The Natural History of Destruction (2022)

Symfonische documentaire toont krachtig de gevolgen van bombardementen op burgerdoelen tijdens WOII.

in Recensies
Leestijd: 2 min 6 sec
Regie: Sergei Loznitsa | Scenario: Sergei Loznitsa | Speelduur: 112 minuten | Jaar: 2022

Tijdens de Tweede Wereldoorlog bombardeerden zowel de geallieerden als Duitsland burgerdoelen met het doel de tegenstander te demoraliseren. In steden zoals Keulen of Dresden overleden naar schatting zo'n zeshonderdduizend mensen als gevolg van dat geweld. The Natural History of Destruction duikt midden in dit relatief weinig besproken stuk geschiedenis. Aan de hand van archiefbeelden orkestreert de Oekraïense regisseur Sergei Loznitsa (A Gentle Creature, Donbass) een beeld van die vernietiging in een als documentaire vermomd essay.

De film speelt als een symfonie van vernietiging. Van alledaagse taferelen naar een zwart palet met oplichtende bommen, door naar mensen die hard werken om de daarvoor benodigde bommen te produceren. Zo zwelt de film aan naar een climax om weer weg te ebben naar de kalmte. Christiaan Verbeek componeerde de onheilspellende ambient voor de soundtrack, waar niet verrassend ook een overweldigend stuk van Wagner deel van uitmaakt. Alleen de ruis van vage mensenstemmen komt boven die doem uit.

Loznitsa brengt de shock-and-awevernietiging op een abstracte manier. Of ze nu aan de lopende band bommen produceren of gewoon een potje schaken in een café met swastikavlag op de achtergrond, mensen komen bevreemdend over. In zwart-wit of vale kleuren vliegt de camera over alle puin in de lege straten, die op speciaal voor de film gemaakte maquettes lijken. Als een zwaard van Damocles hangt zoiets onbevattelijks als grootschalige oorlog boven alle beelden.

Recent probeerden oorlogsfilms zoals Dunkirk en All Quiet on the Western Front oorlog zo dicht mogelijk op de huid te volgen, om die ervaring over te brengen. Die films deden dat vanuit het perspectief van het individu, maar Loznitsa kijkt juist naar het collectief. Wanneer af en toe toch een maarschalk of Churchill een praatje houdt ver van de realiteit in Dresden, poneert dat de mensheid als een vreemde entiteit zoals een Koyaanisqatsi of Bridges-Go-Round dat ook deden. Laatstgenoemde had daar echter maar vier minuten voor nodig.

Als vanzelf roept de film vragen op over collectieve schuld, geïnspireerd door het gelijknamige boek van W.G. Sebald. Hoe kan het trauma van deze bombardementen worden verenigd met de verantwoordelijkheid voor de begane gruwelijkheden in bijvoorbeeld Auschwitz? Loznitsa riposteert die vraag af en toe opzichtig. Zo blijft de camera uitdagend hangen op de bevelhebbers. Desalniettemin brengt deze documentaire de ervaring van oorlog krachtig over. Extra urgent met Poetins invasie van Oekraïne en het platgooien van steden zoals Marioepol. Misschien is dat een open deur, maar een sterkere aanklacht tegen oorlogvoering valt moeilijk te vinden.