In from the Side
Recensie

In from the Side (2022)

Brits romantisch drama is zo slecht dat het pijn aan de ogen doet.

in Recensies
Leestijd: 2 min 53 sec
Regie: | Matt Carter | Scenario: Matt Carter | Cast: Alexander Lincoln (Mark), Alexander King (Warren), Will Hearle (Henry), Pearse Egan (Pinky), Peter McPherson (John) e.a. | Speelduur: 134 minuten | Jaar: 2022

'De Gay Rugby Film waar we allemaal op wachtten', belooft de trailer van de Engelse romantische dramafilm In From the Side. Misschien voor diegenen die van dikke lagen kitsch, soap en brave homo-erotiek houden, maar de rest zal moeten blijven wachten. Alle goede bedoelingen ten spijt, zelfs als 'guilty pleasure' werkt deze film niet. Een gemiste kans, want het uitgangspunt is niet oninteressant.

Mark heeft zich onlangs aangesloten bij de Londense gay rugbyclub Stags en valt al snel voor de woest aantrekkelijke sterspeler Warren. Ze belanden na een avondje stappen tussen de lakens, wat voor Mark geen probleem is. Hij heeft een relatie met John, die veel op reis is voor zijn werk. Voor Warren ligt dit anders. Niet in de laatste plaats omdat zijn vriend óók een belangrijke speler bij de Stags is. Een hoop stiekem gedoe ontvouwt zich, want o wee als de rest van de club lucht krijgt van deze affaire.

Wat prettig aan deze film is, is de vanzelfsprekende manier waarop deze subcultuur gepresenteerd wordt. Waar in veel LGBTQ-drama's homofobie, taboes of andersoortige ellende vaak op zijn minst een bijrol speelt, is daar in In From the Side helemaal geen sprake van, wat ook wel eens verfrissend is. Het rugbywereldje met al z'n rituelen wordt bovendien best authentiek neergezet. Niet gek, aangezien regisseur Carter in zijn eigen leven ook rugbycoach is.

Maar dan de rest. Het flinterdunne scenario, de vlakke personages, het houterige spel, het totale gebrek aan chemie tussen beide heren: het is allemaal van een bedenkelijk niveau. En die muziek! Werkelijk iedere scène wordt dichtgesmeerd met de zoetsappigste violen die je ooit gehoord hebt. Wie hier met goede moed nog een guilty gay pleasure in kan zien, zal na een minuut of tachtig toch ook stilletjes beginnen te hopen dat het einde in zicht is, maar helaas - de film sukkelt dan nog bijna een uur door.

We krijgen ook helemaal niks over deze jongens te weten, behalve dat ze smoorverliefd op elkaar zijn. Als Warren op een gegeven moment eindelijk iets over zichzelf wil vertellen, wordt hij abrupt afgekapt door Mark: "bespaar me je prins-op-het-witte-paard-verhaaltjes" zegt-ie letterlijk, waarna weer een belegen vrijscène volgt. Het enige wat Mark en Warren kennelijk moeten zijn, zijn twee beeldschone mannen die elkaar hijgend tegen kluisjes drukken als niemand kijkt.

Onbedoeld komisch wordt het als Mark Warren vraagt om kerst te komen vieren bij z'n ouders in Zwitserland. Marks' ouders vinden het in zijn geheel niet gek dat er een wildvreemde man mee komt terwijl schoonzoon John nog in beeld is. Sterker, in een tenenkrommende scène tussen Mark en zijn vader wordt hem liefdevol op het hart gedrukt vooral te pakken wat hij pakken kan. Grappig hoe zoiets werkt: had een heteroman in een boy-meets-girlverhaal hetzelfde advies van z'n vader gekregen, dan was de wereld te klein geweest. Als het hoofdstuk Zwitserland vervolgens afgesloten wordt met een kitscherige sequentie waarbij de videoclip van Last Christmas verbleekt, voel je je als kijker bijna in de maling genomen. Is dit nou ironie?

Een geheime liefde, de dynamiek binnen een sportclub: het zijn elementen waar een meeslepend verhaal omheen gebouwd kan worden, maar de makers van In From the Side lijken uitsluitend geïnteresseerd in het zo aantrekkelijk mogelijk in beeld brengen van de hoofdrolspelers. Pure pulp dit.