Alle Tijd
Recensie

Alle Tijd (2011)

Hoe het speelfilmdebuut van de ooit machtigste casting director van Nederland tegenvalt door een slechte casting.

in Recensies
Leestijd: 3 min 3 sec
Regie: Job Gosschalk | Cast: Paul de Leeuw (Maarten), Karina Smulders (Molly), Teun Luijkx (Teun), Christopher Parren (Melvin), Lineke Rijxman (Reina,) Alwin Puelinckx (Arthur), e.a. | Speelduur: 97 minuten | Jaar: 2011

Job Gosschalk was van 2000 tot 2008 casting director van Kemna Casting, het machtigste castingbureau van Nederland. Hij maakte een carrièreswitch en komt nu met Alle Tijd, een persoonlijk drama met komische inslag. Paul de Leeuw werd in zijn eerste serieuze hoofdrol gecast en dat is Gosschalks grootste instinker geweest. De Leeuw is financieel een tactische keuze, maar inhoudelijk allesbehalve dat.

Het hart van Alle Tijd wordt gevormd door Maarten en zijn veel jongere zus Molly. Ze hebben een bijzondere band doordat Maarten na het overlijden van hun ouders verantwoordelijk werd voor de opvoeding van Molly. Maarten werd daarin bijgestaan door zijn beste vriendin Reina, maar heeft zichzelf altijd weggecijferd. Wanneer Molly besluit samen te gaan wonen, krijgt Maarten last van het zogenaamde lege-nestsyndroom. De twee komen los van elkaar en Maarten wordt verliefd, maar dan wordt Molly ziek en zijn ze opnieuw op elkaar aangewezen.

Naast de terminale ziekte van Molly worden ook andere thema’s als homoseksualiteit, acceptatie en eenzaamheid aangesneden. Het maakt Alle Tijd ondanks de komische inslag soms overdadig zwaar. Zeker omdat zich ook nog allerlei relationele problemen voordoen. Maar dat is niet het grootste probleem, dat zit hem namelijk in de dialogen en de casting.

Het scenario van Alle Tijd is weer zo’n typisch voorbeeld van zwak geschreven dialogen waarin subtekst tot uitgesproken tekst wordt verheven. Uitleggerig is er een andere term voor. In het eerste half uur van de film is dit het ergst waardoor menigeen zijn interesse al volledig zal verliezen. Voorbeelden van vreemde en bijna tenenkrommende scènes zijn die waarin Maarten met een broodtrommel achter universiteitsstudente Molly aanholt. Een andere is die waarin Maarten twee glazen ijsthee maakt, compleet met ijs, citroen en stamper, en zowel hij als Molly vervolgens zeggen “ik houd helemaal niet van ijsthee“ om de glazen vervolgens in de gootsteen te pleuren. Een grote frons is op deze en andere momenten een niet meer dan logische reactie.

Cinematografisch gezien oogt de film over het algemeen verzorgd, maar in de montage zitten wel enkele amateuristisch ogende cuts. Daarnaast blijft het een grote vraag waarom de scène waarin Maarten ruzie heeft met Arthur nu per se met regenmachines gedraaid moest worden terwijl de zon overduidelijk schijnt. Dat vrijwel de gehele film in Den Haag werd gedraaid werkt daarentegen wel verfrissend.

Job Gosschalk nam in 2000 Kemna Casting over van Hans Kemna. Toen hij zijn eerste, zeer succesvolle productiestappen zette met Alles Is Liefde besloot hij het bedrijf in 2008 over te dragen en zich te richten op schrijven, regisseren en produceren. Hij regisseerde S1ngle en maakt nu dus zijn speelfilmdebuut met Alle Tijd. Het is verbazingwekkend waarom zo’n ervaren casting director Paul de Leeuw in de hoofdrol van een zware film als deze cast. De Leeuw is nu eenmaal geen groots acteertalent, zijn kracht ligt bij presenteren en het spelen van typetjes. Hij blijkt niet in staat om het brede scala aan emoties dat in deze rol van hem gevraagd wordt op een gelaagde, realistische wijze te tonen.

Ook de casting van de Vlaamse Alwin Puelinckx in een bijrol is wat vreemd, want in het scenario wordt niets over zijn Vlaamse achtergrond gezegd. Het lijkt alsof hem gevraagd is zo Nederlands mogelijk te spreken, maar het Vlaamse accent sijpelt er af en toe doorheen. Karina Smulders lijkt aanvankelijk wat oud voor haar rol, maar ze speelt grandioos. Mede dankzij haar en het uiteindelijk toch pakkende verhaal is Alle Tijd geen totale flop, maar meer een slechte variant van het veelgeprezen Simon.