The Doors: When You're Strange
Recensie

The Doors: When You're Strange (2009)

Matige documentaire over The Doors blijft hangen in oppervlakkige ophemeling van Jim Morrison, jarenzestigclichés en een voice-over vol platitudes van Johnny Depp.

in Recensies
Leestijd: 3 min 10 sec
Regie: Tom Dicillo | Cast: Jim Morrison, Ray Manzarek, Robbie Krieger, John Densmore, Johnny Depp (voice-over), e.a. | Speelduur: 87 minuten | Jaar: 2009

Het is de vraag voor wie regisseur Tom DiCillo deze nieuwe documentaire over The Doors, en dan met name Jim Morrison (hoe kan het ook anders), maakte. De hardcore fans zullen het opgegraven beeldmateriaal dat nog niet eerder werd vertoond, graag willen zien, maar zullen verder niks nieuws te weten komen over de band of de bandleider. Johnny Depp gooit er via een banale voice-over het ene na het andere cliché over de jaren zestig uit en uiteindelijk komt de film niet verder dan een halfslachtige mythologisering van Jim Morrison waarvan de betrouwbaarheid verdacht is.

Zo wordt er op een gegeven moment vastgesteld dat Morrison de eerste keer dat hij moest optreden met The Doors zo bang was voor zijn publiek dat hij het niet durfde aan te kijken en het hele concert met zijn rug naar de mensen stond. Even verderop in de film wordt nonchalant beweerd dat Morrison geboren was voor de roem en het podium. Als de filmmakers over zoiets simpels al niet eens consequent kunnen zijn, roept dit de vraag op hoe betrouwbaar de rest van hun verhaal over The Doors is. Sommige livebeelden worden zo gemonteerd dat het niet te zien is of de beelden ook echt bij de liedjes horen. Zo lijken we te kijken naar beelden van het beruchte concert in Miami waar Morrison werd gearresteerd, maar krijgen we niets te zien van de daadwerkelijke arrestatie. Nooit krijgen we een lied in zijn geheel te zien of te horen.

Het verhaal van The Doors wordt door middel van archiefbeelden en familiefilmpjes van 1965 tot de dood van Morrison in 1971 gevolgd. Volgen is echter het verkeerde woord, want na het begin verliest de documentaire focus en wordt het voor de kijkers die niet bekend zijn met The Doors moeilijk om nog goed te begrijpen wat er precies gebeurd is. Ondertussen is de tekst die DiCillo Depp laat oplepelen in een voice-over weinig verhelderend. Op de momenten dat niet het ene cliché na het andere cliché over de jaren zestig en de tegencultuur voorbijkomt, wordt er voornamelijk verteld wat we zelf al kunnen zien op het scherm.

Of er wordt simpelweg maar wat gegokt, zoals tijdens een scène waarin Morrison zich voorafgaand aan een concert onder het publiek begeeft en Depp ons vertelt dat het moeilijk is om te weten wat Morrison op dat moment denkt of voelt en twee nietszeggende suggesties geeft. Het vervelendste zijn echter de vreemde, overbodig ingevoegde scènes uit het psychedelische, enigszins morbide HWY - An American Pastoral, een experimentele, door Morrison zelf gefinancierde film waarin hij liftend door de Verenigde Staten trekt. Een traditionele ‘pratende hoofden’-aanpak met Ray Manzarek, Robbie Krieger, John Densmore en andere betrokkenen was misschien nog wel interessanter geweest. Nu blijft de documentaire steken in platitudes over het tijdperk, de muziek en The Doors.

Gelukkig wordt de zelfkant van Morrisons verslavingsleven niet genegeerd, maar het is wel frustrerend hoe hij wederom op een voetstuk geplaatst wordt terwijl we vooral beelden zien van een Morrison aan de drugs en later de drank terwijl hij er op het podium steeds vaker een potje van maakt. Hoe meer hij wordt beschreven als een goddelijke verschijning, hoe minder daarvan is terug te zien. De kracht van de beelden kan echter niet helemaal ongedaan gemaakt worden, hoe DiCillo ook zijn best doet. Wat hij wel aardig beschrijft – in woord en beeld – is de bijdrage van de drie bandleden aan de muziek. Desondanks raakt het trio ondergesneeuwd in de chaos rondom Morrison en ligt de focus maar eventjes op hen. Wat Morrison nou echt zo bijzonder maakte en The Doors zo belangrijk, blijft enigszins begraven onder de ineffectieve ophemeling van de zanger en de jarenzestigclichés.