Saw III
Recensie

Saw III (2006)

There will be blood. LOTS of it…

in Recensies
Leestijd: 2 min 52 sec
Regie: Darren Lynn Bousman | Cast: Tobin Bell (Jigsaw), Shawnee Smith (Amanda), Bahar Soomekh (Dr. Lynn Denlon), Angus Macfayden (Jeff) | Speelduur: 107 minuten | Jaar: 2006

Saw I en II hebben het in de bioscoop en op dvd erg goed gedaan en dat smaakte de producenten naar meer. De reeks is nu een heuse trilogie geworden en zoals de purist zal beamen gaat het er in een slotdeel doorgaans het heftigst aan toe. Saw III stelt wat dat betreft niet teleur, maar biedt uiteindelijk meer van hetzelfde. Best te pruimen als het je ding is.

Elke zelfrespecterende Saw-fan heeft inmiddels begrepen waar het in dit deel om zal gaan: engerd Jigsaw heeft voor zijn slachtoffers nóg meer zieke spelletjes met moraal in petto en leerling-psychopaat Amanda mag haar ‘eindexamen’ doen. De enige complicatie die zich voordoet is de tumor in het hoofd van Jigsaw. Dat leidt tot de ontvoering van hersenchirurg Lynn die onder druk voor dit groeiende probleem moet zorgdragen. Zij komt erachter dat Jigsaw nog een tweede agenda heeft lopen. Die heeft betrekking op ene Jeff die zijn zoontje heeft verloren in een auto-ongeluk en voor de keuze staat of hij de drie betrokkenen, die elk in een geïnspireerde dodenval zijn opgesloten, moet helpen óf hen aan hun gruwelijke lot moet overlaten.

Saw III past naadloos in het rijtje films dat horror een nieuw gezicht heeft gegeven en zelfs tot een nieuw begrip heeft geleid: horror porn. De reeks ranzige en vleesrijke horrorfilms, zoals Hostel en See No Evil, intrigeren omdat ze de vraag oproepen waarom al deze smerigheid nu zo aantrekkelijk is. Blijkbaar is hardcore het credo bij dit nieuwe genre en is de bloedlust van het publiek nog steeds niet afgenomen. Op dat gegeven spelen de producers van de Saw-films al een tijdje slim in. Drie films in drie jaar en iedereen lijkt tevreden: commercieel succesvol, wisselvallige maar zeker niet genadeloze kritieken én een originele nieuwe moordenaar voor het immer groeiende freaklijstje.

Het derde deel komt dus niet als verrassing, maar de rek raakt er inmiddels wel een beetje uit. Op zoek naar nieuwe ideeën hebben schrijvers James Wan en Leigh Whannell een wat psychologischer benadering genomen, maar echt slagen doet die uiteindelijk niet. Jigsaw is als personage prima bedacht, maar mist de diepgang die überslechterik Hannibal Lecter bijvoorbeeld wél had. Flashbacks naar het verleden van Jigsaw houden de voortgang van de plot een beetje op en zijn uiteindelijk vrij nutteloos voor de kijker: Saw III is geen film die gekeken zal worden om zijn emotionele dan wel psychologische inhoud. We willen botten zien kraken; pijnlijke martelingen in close-up zien; met afkeer naar vleeswonden kijken! Deze morbide fascinatie wordt gelukkig wél bevredigd, want de sterfscènes zijn weer net zo creatief als voorheen. Wel zijn de aanloop en de inlossing van de martelingen ditmaal wat ‘bedachter’ waardoor ook de spanning wat afgenomen is.

Saw III biedt dus weinig nieuws, maar het eindresultaat is gelikter: voor het eerst is het acteerwerk dik in orde: zelfs het voorheen charismaloze slachtoffer annex wannabe-psycho Amanda (Shawnee Smith) heeft overtuigende momenten. Ook lijkt regisseur Bousman een vastere filmstijl onder de knie te hebben gekregen. Het relatief open einde biedt net voldoende aanknopingspunten voor een vierde deel dat dan ook alweer in productie is. De geldkoe wordt tot de laatste druppel uitgemolken en zo lang de fans er geen genoeg van krijgen, is dat best begrijpelijk. Voor de liefhebber is een Saw-film een welhaast orgastische beleving.