Recensie

Iron Man (2008)

Een personage zegt op een gegeven moment “this is the coolest thing I’ve ever seen”, en dat gevoel weet de film keer op keer op te roepen.

in Recensies
Leestijd: 2 min 54 sec
Regie: Jon Favreau | Cast: Robert Downey Jr. (Tony Stark), Jeff Bridges (Obadiah Stane), Gwyneth Paltrow (Pepper Potts), Terrence Howard (Rhodey) | Speelduur: 126 minuten | Jaar: 2008

De zomer komt eraan! Alle tekenen wijzen erop: er dartelen lammetjes in de wei, er zijn steeds meer blote benen op straat te zien en… de eerste bigbudget popcornfilm van de zomer is gearriveerd. Zo’n film met gelikte effecten, coole oneliners en vooral: veel explosies.

Deze zomer bijt Iron Man het spits af. Opnieuw een Marvelsuperheld, maar dit keer heeft hij geen bovennatuurlijke krachten tot zijn beschikking, maar alleen zijn hersens en zijn handen. En geld. Heel veel geld, want Tony Stark staat aan het hoofd van een enorm wapenimperium, en naast wapens maken houdt hij maar van één ding: het goede leven. Gokken, drinken, vrouwen, snelle auto’s en hippe gadgets.

Hij is heel goed in wapens maken, maar hij houdt zich niet echt bezig met de mensen die erdoor geraakt worden. Dan wordt hij, na een wapendemonstratie, gekidnapt en in een Afghaanse grot gevangen gehouden. De opdracht? Een replica maken van zijn superraket (toepasselijk de “Jericho” genaamd), met als basismateriaal andere Starkwapens die de bebaarde ontvoerders blijken te hebben. In plaats daarvan last hij een rudimentaire maar haast onverwoestbare wapenuitrusting van ijzer om te kunnen ontsnappen.

Het is een klassiek wordingsverhaal: de held, die eerst een vrij doelloos leven leidde, ontdekt wat hij kan doen en besluit tegen het kwaad te gaan vechten. Bij dit soort verhalen draait het dan ook niet echt om de plot of om de vraag of de held aan het einde zal overwinnen. Nee, waar het om gaat is simpelweg hoeveel momenten er inzitten die een “wow!” ontlokken, hoeveel momenten die een grijns van oor tot oor op je gezicht weten te toveren. En dat soort momenten zitten er in Iron Man volop, vooral in de scènes waarin Stark een geavanceerder pak vervaardigt en uittest.

Het lastige van Iron Man is dat Tony Stark wel een erg jingoïstische held is: niet alleen is hij een overtuigd wapenverkoper, maar hij gelooft oprecht dat het goed is dat Amerika door de geavanceerde wapens het machtigste land is en moet blijven. Zelfs na zijn hervorming twijfelt hij er geen moment aan dat de goede wapens in de goede handen elk probleem kunnen oplossen. Hoe maak je zo iemand sympathiek, vooral nu er een controversiële oorlog aan de gang is? Nou, door het casten van Robert Downey Jr. zo blijkt. Hij is volkomen te geloven als hedonist, maar hij lijkt zichzelf nooit helemaal serieus te nemen, en het is onmogelijk een hekel aan hem te hebben. Net als de journaliste die hem aan het begin van de film benadert, kun je wel beginnen met kritische vragen stellen, maar uiteindelijk beland je toch met hem in bed.

Het is jammer dat regisseur Jon Favreau de boog niet helemaal strak weet te houden. Hierdoor krijg je tijd je dingen af te vragen (doen mobieltjes het nog op die hoogte?) die eigenlijk bij zo’n film niet horen. Ook heeft de film een iets lagere dosis actie dan je misschien zou verwachten, en weten de setstukken je ondanks de state of the art effecten niet echt op het puntje van je stoel te houden. Maar hé, een personage zegt op een gegeven moment “this is the coolest thing I’ve ever seen”, en dat gevoel weet de film keer op keer op te roepen. Wat wil je nog meer om de zomer in te luiden?