L’'avenir
Recensie

L’'avenir (2016)

Isabelle Huppert schittert in dit contemplatieve portret van een Franse filosofielerares die zichzelf gedwongen ziet haar leven opnieuw uit te vinden.

in Recensies
Leestijd: 2 min 39 sec
Regie: Mia Hansen-Løve | Cast: Isabelle Huppert (Nathalie Chezeaux), Roman Kolinka (Fabien), André Marcon (Heinz), Edith Scob (Yvette) e.a. | Speelduur: 100 minuten | Jaar: 2016

De Franse regisseur Mia Hansen-Løve brak twee jaar geleden definitief door met Eden, een muzikaal drama over een dj-collectief dat zich in het clubleven van de jaren negentig verliest in een wereld van seks, drugs en housemuziek. Het verhaal was losjes gebaseerd op haar eigen broer, die ook meeschreef aan het script. Voor haar nieuwste film kiest Hansen-Løve een onderwerp dat hier niet verder vanaf kon staan – een echtscheiding op latere leeftijd – maar eveneens nauw aan haar familie verbonden is: net als het hoofdpersonage Nathalie gaven allebei haar ouders les in filosofie.

We volgen Nathalie Chezeaux tijdens een heftige periode van haar leven. Haar man blijkt er na een huwelijk van vijfentwintig jaar al geruime tijd een verhouding met een jongere vrouw op na te houden, ze staat op het punt haar baan te verliezen en haar dementerende moeder begint langzaam af te takelen. Toch probeert Nathalie tussen alle ingrijpende veranderingen door het hoofd koel te houden en door te gaan. In kleine stapjes probeert ze haar leven opnieuw uit te vinden.

Het is een film die veel vraagt van haar hoofdrolspeelster, maar gelukkig heeft Hansen-Løve met Isabelle Huppert – die eerder dit jaar al overtuigend werk leverde in o.a. Verhoevens Elle – een fantastische vertolkster in huis. Huppert speelt de rol op heerlijk nuchtere wijze, wat zo nu en dan leuke scènes oplevert, bijvoorbeeld in de gesprekken met haar aan sterallures lijdende moeder, of een komische aanvaring met een opdringerige belager in een bioscoop, die op strenge, doch beleefde wijze vriendelijk wordt verzocht op te hoepelen. Tegelijkertijd weet Huppert ook op genuanceerde manier de kwetsbaarheden en het verdriet van haar personage bloot te leggen. De onderkoelde reactie op de mededeling van haar man dat hij haar verlaat voor een andere vrouw is haarfijn afgemeten, maar de pijn is direct voelbaar.

Toch wordt L’Avenir ondanks alle misère die Nathalie te verwerken krijgt allerminst een deprimerende of zware kijkbeurt. Dat is grotendeels te danken aan de vastberaden en optimistische instelling van haar hoofdpersonage, die zich niet makkelijk uit het veld laat slaan. Bovendien is het verfrissend om te zien dat waar de protagonist in een dergelijke film plotsklaps alle nieuwe vrijheden van het single leven zou gaan ontdekken, of zich juist direct vastklampt aan de eerstvolgende liefde, Nathalie een stuk onafhankelijker is ingesteld. “Ik heb het geluk intellectuele voldoening te vinden – dat is reden genoeg om gelukkig te zijn” verklaart zij op een gegeven moment, waarmee Hansen-Løves film een licht feministisch karakter krijgt.

Geen hartstochtelijke romances of overdreven sentimenteel gedoe te bekennen dus, in plaats daarvan levert Hansen-Løve rustige, contemplatieve cinema, vol subtiele emoties en filosofische benaderingen, zonder de kijker daarbij al teveel een bepaalde gedachtewijze op te dringen. Het is een prettige kijkervaring om een paar uurtjes mee te lopen in een ingrijpende periode van iemands leven – waarbij de eigenwijze kat van Nathalies moeder als een leuke rode draad in het verhaal fungeert – al blijft L’Avenir uiteindelijk wellicht iets te vrijblijvend om écht een onuitwisbare indruk achter te laten.